3.5 De regering regeert

De Staten-Generaal bestaan uit:
A
alle gekozen volksvertegenwoordigers in Nederland
B
de Eerste en de Tweede Kamer
C
de volksvertegenwoordigers uit de Tweede Kamer
D
de regering en het parlement
1 / 37
volgende
Slide 1: Quizvraag
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

De Staten-Generaal bestaan uit:
A
alle gekozen volksvertegenwoordigers in Nederland
B
de Eerste en de Tweede Kamer
C
de volksvertegenwoordigers uit de Tweede Kamer
D
de regering en het parlement

Slide 1 - Quizvraag

Het parlement bestaat uit:
A
de koning en de ministers
B
de ministers en de staatssecretarissen.
C
de Eerste en de Tweede Kamer
D
alle gekozen volksvertegenwoordigers in Nederland

Slide 2 - Quizvraag

Tot de taken en bevoegdheden van de Tweede Kamer behoren:
I. het stemmen over wetsvoorstellen.
II. de controle van ministers en staatssecretarissen.
III. het indienen van wetsvoorstellen

A
I is juist, II en III zijn onjuist
B
I en III zijn onjuist, II is juist
C
I, II en III zijn juist
D
I is juist, II en III zijn onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Welke bewering is of welke beweringen zijn juist?
Leden van de Eerste Kamer:
I. hebben het budgetrecht.
II. kunnen een wetsvoorstel aannemen of verwerpen.
III. hebben meer mogelijkheden om de ministers te controleren dan de Tweede Kamerleden.
IV. worden om de vier jaar gekozen.


A
I en II zijn juist
B
III en IV zijn juist
C
I, II en IV zijn juist
D
Alleen II is juist

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

3.5 De regering regeert
lesboek bladzijdes 88 t/m 91

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen 
  • Je kent het verschil tussen het kabinet en de regering
  • Je kan uitleggen hoe een regering tot stand komt
  • Je kan de taken van de koning benoemen 

Slide 7 - Tekstslide

De regering -  Rutte IV - welke partijen? 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Regering
Ministers en de koning
Kabinet
Ministers en staatssecretarissen

Slide 10 - Tekstslide

Minister 
Kajsa Ollongren 
Minister van Defensie  

Slide 11 - Tekstslide

Staatssecretaris

Christophe van der Maat  
Staatssecretaris van Defensie

Slide 12 - Tekstslide

1. Wetgevend
2. Controleren van het kabinet
Vak K
Ministers en staatssecretarissen 

Slide 13 - Tekstslide

Waarom een regering/kabinet?
  • Te lastig om met 150 mensen politiek te bedrijven
  • Dagelijks bestuur nodig  
  • Trias politica 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Taken 
  • De minister-president (premier) leidt het kabinet. Taken van het kabinet zijn:
  • Opstellen van wetsvoorstellen.
  • Uitvoeren van aangenomen wetsvoorstellen.
  • Leidinggeven aan hun ministerie.
  • Het jaarlijks opstellen van de rijksbegroting.

Slide 16 - Tekstslide

Hoe komt het kabinet/de regering tot stand?

Slide 17 - Tekstslide

Verkenner 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Gom van Strien (PVV - Eerste Kamerlid)
Ronald Plasterk (PvdA) 

Slide 20 - Tekstslide

De informatiefase 
  • De Tweede Kamer kiest een informateur die onderzoekt welke partijen samen een meerderheid hebben en willen samenwerken en daarmee een coalitie/kabinet/regering vormen. Kan maanden tot een jaar in beslag nemen
  • De coalitiepartijen stellen een regeerakkoord op met daarin de plannen voor de komende jaren.






Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Kim Putters

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

De formatiefase 
  • De formateur (meestal de toekomstige minister-president) zoekt naar geschikte ministers en staatssecretarissen.
  • Het aantal zetels dat een regeringspartij in de Tweede Kamer heeft, bepaalt vaak het aantal kabinetsleden dat een partij mag leveren.

Slide 25 - Tekstslide

Soorten kabinetten 
  • Meerderheidskabinet 
  • Minderheidskabinet
  • Kabinet met gedoogsteun
  • Zakenkabinet
  • Extraparlementair kabinet 

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Kabinetscrisis 
Een kabinetscrisis kan ontstaan als:
  • kabinetsleden het structureel onderling niet eens zijn.
  • de Tweede Kamer zijn steun opzegt.

  • Meestal vervroegde verkiezingen 

  • Demissionair kabinet --> zonder missie 

  • Controversiële onderwerpen 

Slide 28 - Tekstslide

Wat doet de koning? 

Slide 29 - Tekstslide

Wat doet de koning?
Taken van de koning:
  • Handtekening onder wetten

  • Overleg met minister-president --> wekelijks
  • Land vertegenwoordigen bij staatsbezoeken
  • Ministers beëdigen
  • Troonrede voorlezen - Prinsjesdag
  • Ministeriële verantwoordelijkheid 
  • Voorzitter Raad van State 

De koning is wel staatshoofd, maar hij heeft geen macht.

Slide 30 - Tekstslide

Hoe kan het dat de koning bijna geen macht heeft in nederlad ? 





Grondwet van 1848!

Slide 31 - Tekstslide

Prinsjesdag...
Prinsjesdag is altijd op de derde dinsdag in september. De vakantie is voorbij en het nieuwe werkjaar van de regering start.

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Video

Slide 34 - Video

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video

Huiswerk 
Alleen lezen paragraaf 3.6 De regering regeert, lesboek bladzijdes 88 t/m 91 

Geen maakwerk 

Slide 37 - Tekstslide