Les 1

Detailhandel - klas 2
Je hebt 3 minuten de tijd voor:
- je KIEMklapper op tafel;
- je chromebook op tafel;
- je oortjes op tafel;
- je etui op tafel;
- je telefoon in de telefoonzak;
- je kauwgom in de prullenbak;
- op de juiste plek zitten (zie klapper docent).


Oftewel: je zit klaar om de les te starten

Gedragsverwachtingen:
Ik luister naar de uitleg.
Ik steek mijn vinger op als ik iets wil vragen.
Ik gebruik mijn chromebook op de juiste manier. 
Tijdens het zelfstandig werken ben ik stil.
Ik ruim mijn spullen stil op.

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomiePraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Detailhandel - klas 2
Je hebt 3 minuten de tijd voor:
- je KIEMklapper op tafel;
- je chromebook op tafel;
- je oortjes op tafel;
- je etui op tafel;
- je telefoon in de telefoonzak;
- je kauwgom in de prullenbak;
- op de juiste plek zitten (zie klapper docent).


Oftewel: je zit klaar om de les te starten

Gedragsverwachtingen:
Ik luister naar de uitleg.
Ik steek mijn vinger op als ik iets wil vragen.
Ik gebruik mijn chromebook op de juiste manier. 
Tijdens het zelfstandig werken ben ik stil.
Ik ruim mijn spullen stil op.

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 3: Schoonmaken
Klas 2

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
- Wat weten jullie al over schoonmaken?
- Bekijken hoofdstuk 2 (blz. 55)
- Klassikaal doornemen theorie schoonmaken en vuil in de winkel
- Maken opdracht 1 t/m 8 in je klapper
- Maken op EduHint:
'waarom schoonmaken'
 - Afsluiting (11.30 uur)

Slide 3 - Tekstslide

Doel
Aan het einde van de les kan ik uitleggen wat schoonmaken is en kan ik verschillende soorten vuil noemen.

Slide 4 - Tekstslide

Schoonmaken

Slide 5 - Woordweb

In een winkel....
A
hoef je nooit schoon te maken
B
maak je alleen schoon als iets zichtbaar vies is
C
maak je schoon om de artikelen heen
D
wordt elke dag schoongemaakt

Slide 6 - Quizvraag

Wat is derving?
A
Ander woord voor schoonmaken
B
Verlies doordat iets vuil of kapot is
C
Dozen op een rolcontainer
D
Een manier van klanten aanspreken

Slide 7 - Quizvraag

Onzichtbaar vuil
Zichtbaar vuil
Koffievlek
Dode huidcellen
Prop papier

Slide 8 - Sleepvraag

Droog vuil
Aangekleefd vuil
Koffievlek
Prop papier
Kauwgom

Slide 9 - Sleepvraag

Lezen/bekijken
Klassikaal lezen en bekijken blz. 55

Slide 10 - Tekstslide

Lezen
Klassikaal lezen blz. 56

Slide 11 - Tekstslide

Lezen
Klassikaal lezen blz. 57 en 58

Slide 12 - Tekstslide

Derving
Als een artikel vies of kapot is, kun je het niet meer verkopen. Ook als het over de datum is of het is niet meer compleet, noem je het derving.

Slide 13 - Tekstslide

Vuil
Zichtbaar vuil = alles wat je met het 'blote oog' kunt zien.
Bijvoorbeeld: papiertjes, kruimels, kauwgom etc.

Onzichtbaar vuil = alles wat je niet met het 'blote oog' kunt zien.
Bijvoorbeeld: bacteriën 

Slide 14 - Tekstslide

Zichtbaar vuil
Droog vuil = vuil wat je met een bezem of stofzuiger weg kunt halen.
Bijvoorbeeld: kruimels

Aangekleefd vuil = waarvoor je schoonmaakmiddelen of andere hulpmiddelen nodig hebt.
Bijvoorbeeld: vetvlekken

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag!
- Maak opdracht 1 t/m 8 (blz. 56 t/m 59)
- Maak op Eduhint 'waarom schoonmaken' 
Let op! Schrijf je percentage in je klapper!

Klaar?
- Korte praktijkopdracht

Slide 16 - Tekstslide

Schoonmaken is...
A
reclame maken
B
nieuwe voorraad in de winkel zetten
C
het opruimen van de winkel
D
het weghalen van vuil

Slide 17 - Quizvraag

Waarom schoonmaken in de winkel?

Slide 18 - Open vraag

Waarom schoonmaken in de winkel?
- Voorkomt onveilige situaties
- Geeft een betere uitstraling
- Voorkomt derving
- Het is hygiënisch

Slide 19 - Tekstslide

Noem de twee soorten vuil:

Slide 20 - Open vraag

Noem een voorbeeld van droog vuil en van aangekleefd vuil

Slide 21 - Open vraag

Tot volgende week!

Slide 22 - Tekstslide