Herhalingsles
1 / 25
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Waar voel je de aardbeving het meest?
A
Overal even erg
B
Onder water
C
Epicentrum
D
Aardkern
Slide 2 - Quizvraag
Wat is het epicentrum?
Slide 3 - Open vraag
Hoeveel graden kan het in de binnenkern worden?
A
50-100 graden
B
900-1000 graden
C
5000-6000 graden
D
10.000-20.000 graden
Slide 4 - Quizvraag
Aardkern
Aardkorst
Mantel
Heetste deel van de aardbol
Heet, vloeibaar, stroperig gesteente
Harde, oude steen
Slide 5 - Sleepvraag
Welke aardlaag zit waar?
Aardkern
Aardkorst
Aardmantel
Slide 6 - Sleepvraag
Wat is de schaal van Richter?
Slide 7 - Open vraag
Welke 3 bewegingen zijn er?
Slide 8 - Open vraag
Welke gevolgen hebben platen die uit elkaar gaan?
Slide 9 - Open vraag
Welke gevolgen hebben platen die tegen elkaar aanbotsen?
Slide 10 - Open vraag
Hoe noemen ze de losse delen van de aardkorst?
Slide 11 - Open vraag
Hoeveel lagen heeft de aarde en welke lagen zijn dat?
Slide 12 - Open vraag
Bekijk de afbeelding en geef het juiste antwoord
A
1= aardkorst, 2=mantel, 3=aardkern
B
1=aardkern, 2=mantel, 3=aardkorst
C
1=aardoppervlak, 2=magma, 3=kern
D
1= oppervlakte, 2= lava, 3= aardkorst
Slide 13 - Quizvraag
Nederland
Spanje
Italië
Griekenland
Frankrijk
Egypte
Slide 14 - Sleepvraag
Van welk land is Rome nu de hoofdstad?
A
Spanje
B
Frankrijk
C
Italië
D
Engeland
Slide 15 - Quizvraag
Wat is de betekenis van bondgenootschap?
A
Geld of goederen die je moet betalen aan het bestuur.
B
Samenwerking
C
Baas van een groot rijk
D
Alles wat met het besturen van een gebied te maken heeft.
Slide 16 - Quizvraag
Wat is de betekenis van politiek?
A
Geld of goederen die je moet betalen aan het rijk.
B
Gemengde culturen van Grieken en Romeinen
C
Baas van een groot rijk
D
Alles wat met besturen van een gebied te maken heeft.
Slide 17 - Quizvraag
Bij welk begrip hoort deze omschrijving: geld of goederen die je moet betalen aan het bestuur.
A
Keizer
B
belasting
C
oudheid
D
rijk
Slide 18 - Quizvraag
Bij welk begrip hoort deze omschrijving: baas van een groot rijk.
A
Keizer
B
Landbouwstedelijke samenleving
C
oudheid
D
rijk
Slide 19 - Quizvraag
Oudheid is een andere naam voor het tweede tijdvak: Grieken en Romeinen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 20 - Quizvraag
Het tweede tijdvak duurt van 3000 v.c. tot 500 n.c.
A
juist
B
onjuist
Slide 21 - Quizvraag
De Bataven en de Romeinen schreven de afspraken van hun bondgenootschap op in een verdrag.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 22 - Quizvraag
Wie is de baas bij de Romeinen?
A
Romein
B
Paus
C
Keizer
D
Volk
Slide 23 - Quizvraag
Bataven en Friezen waren Germaanse stammen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 24 - Quizvraag
De rivier de Maas was de grens van het Romeinse rijk
A
Juist
B
Onjuist
