Week 2 - Module 1.1 - Communicatie

COMMUNICATIE
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 1.5 min

Onderdelen in deze les

COMMUNICATIE

Slide 1 - Tekstslide

Voorstellen

- Bereikbaar via Teams
- Op donderdag niet aanwezig
- Wat vinden jullie belangrijk tijdens de lessen? 
- Zaken die ik belangrijk vind tijdens de lessen


Slide 2 - Tekstslide

Wat verwacht/hoop je te leren bij het vak communicatie?

Slide 3 - Woordweb

Studiewijzer
  1. Kanaal algemeen
  2. Bestanden
  3. Lesmateriaal
  4. Communicatie
  5. Studiewijzer bespreken

Slide 4 - Tekstslide

Digitale leeromgeving
Communicatie en ondersteunen

Werken in Thieme Meulenhoff

Theorie + opdrachten


Slide 5 - Tekstslide

Lesplanning week 1

- Voorstellen
- Uitleg vak communicatie
- Start theorie 
- Aan de slag opdrachten en doen.

Slide 6 - Tekstslide

Les 1

Slide 7 - Tekstslide

Lesdoelen
Module 1| Professioneel communiceren
Leerdoelen en inleiding
Theorie en opdrachten

Hoofdstuk 1: Communicatie
1.1 Wat is communicatie?
1.2 Communicatiestijlen
1.3 Communiceren met ruis
1.4 Feedback geven en krijgen
1.5 Communiceren via social media



Slide 8 - Tekstslide

Doel
  • Je kent de vormen van communicatie.
  • Je herkent verschillende betekenissen van communicatie in het contact.
  • Je leert wat het belang is van communicatie in je werk. 

Inleiding: samen het praktijkvoorbeeld doornemen




Slide 9 - Tekstslide

Praktijksituatie

Slide 10 - Tekstslide

Wat is een visuele beperking, geef een voorbeeld hiervan?
In Nederland zijn er ongeveer 300.000 mensen met een visuele beperking. Hiervan hebben ongeveer 200.000 mensen een ernstige vorm.

Slide 11 - Open vraag

Hoofdstuk 1 - Communicatie
Communicatie =
Bewust of onbewust overbrengen van een boodschap. Hoe doe je dit?

Kan ook eenzijdig zijn. 

Interactie = 
Wederzijdse beïnvloeding. 
Eenzijdige communicatie kan dus niet binnen de interactie. 

Slide 12 - Tekstslide

Hoofdstuk 1 - Communicatie
Communicatieschema

Zender: Geeft de boodschap
Ontvanger: Ontvangt de boodschap.

Effectieve communicatie: de boodschap wordt ontvangen (begrepen) zoals bedoeld door de zender. 


Communicatie kan verlopen op verschillende manieren: mondeling, schriftelijk, symbolen etc. Wat valt hier volgens jullie onder?

Slide 13 - Tekstslide

Hoofdstuk 1 - Communicatie
Effectieve communicatie

1. De boodschap moet goed geformuleerd worden door de zender en moet ook nog eens goed ontvangen worden

Of bovenstaande lukt is afhankelijk van de interpretatie en het referentiekader van je gesprekspartner. 


"Ik heb echt zin in vandaag"
"Ik heb ontzettend mijn best gedaan"
"waarschijnlijk lukt mij dat wel"


Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Communicatie
Communicatiestijlen
De manier waarop jij jezelf 
uitdrukt binnen de communicatie. 

Je kan wisselen tussen stijlen 
maar iedereen heeft een voorkeursstijl. 


Slide 16 - Tekstslide

Opdracht: Communicatieboard
Individuele opdracht – ongeveer 30 minuten
Doel - Je maakt een visuele collage waarin je laat zien wie jij bent als communicator. Je gebruikt kleuren, vormen, woorden, beelden, symbolen en kreten die bij jou passen.


Wat komt er in jouw Communicatieboard?
Gebruik voorbeelden/afbeeldingen die iets zeggen over: Jouw stijl van communiceren (bijv. rustig, direct, zorgzaam, grappig, observerend…)
Jouw favoriete manier van contact maken (bijv. via humor, een compliment, een vraag, een glimlach…)
Situaties waarin jij je op je gemak voelt in communicatie
Momenten waarop communicatie voor jou lastig is
Wat jij belangrijk vindt in contact met anderen
Hoe jij communiceert met mensen van verschillende leeftijden of achtergronden
Een quote, emoji of beeld dat jou als communicator typeert
Je hoeft geen lange teksten te schrijven — beeldtaal, steekwoorden en symbolen zijn juist de bedoeling!

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Opdracht: Communicatieboard
Deel 2 (in groepjes) - bepaal aan de hand van de tijd of je deel 2 wel of niet doet

Inleveren
Lever je Communicatieboard in via Teams onder de opdracht “Communicatieboard – Individueel”.

1. Presenteer je communicatieboard aan drie andere klasgenoten. Ga vervolgens met je groepje in gesprek over hoe jullie gewend zijn te communiceren.

2. Noteer de belangrijkste overeenkomsten en verschillen binnen jullie groepje, deze vertel je tijdens de terugkoppeling.



Slide 19 - Tekstslide

Les 2

Slide 20 - Tekstslide

Lesdoelen
Module 1| Professioneel communiceren
Theorie en opdrachten

Hoofdstuk 1: Communicatie
1.1 Wat is communicatie?
1.2 Communicatiestijlen
1.3 Communiceren met ruis
1.4 Feedback geven en krijgen
1.5 Communiceren via social media



Slide 21 - Tekstslide

Hoofdstuk 1 - Communicatie
Verbale communicatie =
Alle communicatie waarbij iemand met woorden (gesproken/ geschreven) informatie overbrengt. 

Nonverbale communicatie =
Alle communicatie die niet via woorden verloopt (dit gebeurt bewust en onbewust). 


- Non verbale communicatie ondersteunt de verbale communicatie maar kan de verbale communicatie ook tegenspreken. In het laatste geval spreek je van tegenstrijdige communicatie. 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Communicatie - Hoofdstuk 1
Vormen van non verbale communicatie:

- Uiterlijk
- Lichaamshouding
- Gebaren
- Oogcontact
- Stem
- Gezichtsuitdrukkingen

Slide 24 - Tekstslide

Communicatie - Hoofdstuk 1
De vier aspecten van een boodschap:

1. Inhoudelijk aspect
De feitelijke woorden, inhoud.

2. Relationeel aspect
De relatie die jij met diegene hebt.

3. Appellerend aspect
Het doel en invloed wat je wilt uitoefenen.

4. Expressief aspect
Eventuele onderliggende emotie(s)

Slide 25 - Tekstslide

Hoeveel procent van onze communicatie bestaat uit non verbale communicatie?
A
50
B
70
C
90
D
100

Slide 26 - Quizvraag

Onderuitgezakt in je stoel zitten is een voorbeeld van ....
A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie
C

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

De docent legt de theorie uit tijdens de les, de docent is de ...
A
Zender
B
Ontvanger

Slide 29 - Quizvraag

Een poster is een voorbeeld van ...
A
Eenzijdige communicatie
B
Tweezijdige communicatie

Slide 30 - Quizvraag

Het lezen van een informatiebrochure
Intakegesprek met een client 
Chat in een groepsapp
Eenzijdige communicatie 
Tweezijdige communicatie 
Meerzijdige communicatie 

Slide 31 - Sleepvraag

Vormen van communicatie 
Sleep de onderstaande onderdelen naar de juiste plaats in het schema
Een Emoji
Een spotprent / cartoon
Een YouTube video

Slide 32 - Sleepvraag

Wat betekend effectief..
A
Snel
B
Functioneel
C
Doelmatig

Slide 33 - Quizvraag

Wat betekend effectieve communicatie..
A
Het doel wordt begrepen van de boodschap
B
de boodschap is snel en duidelijk.

Slide 34 - Quizvraag

Minke biedt zacht mompelend haar excuses aan. mompelen is...
A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie

Slide 35 - Quizvraag

Minke biedt zacht mompelend haar excuses aan. Excuses uitspreken is....
A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communcaite

Slide 36 - Quizvraag

Slide 37 - Tekstslide

Een bericht schrijven over WhatsApp is een voorbeeld van
A
Non verbale communicatie
B
Verbale communicatie

Slide 38 - Quizvraag

welke functie heeft een boek
in het communicatieschema
A
boodschap
B
zender
C
ontvanger
D
medium

Slide 39 - Quizvraag

Het inhoudsniveau van een bericht gaat over...
A
Dit is de letterlijke inhoud van de boodschap, zoals de geschreven tekst of de gesproken woorden.
B
Dit is hoe de ontvanger de boodschap interpreteert. De relatie tussen zender en ontvanger en de verwachtingen van de ontvanger spelen hierin een belangrijke rol.

Slide 40 - Quizvraag

Het betrekkingsniveau van een bericht gaat over......
A
Dit is hoe de ontvanger de boodschap interpreteert. De relatie tussen zender en ontvanger en de verwachtingen van de ontvanger spelen hierin een belangrijke rol.
B
Dit is de letterlijke inhoud van de boodschap, zoals de geschreven tekst of de gesproken woorden.

Slide 41 - Quizvraag

Een blog is een vorm van verbale communicatie
A
Juist
B
Onjuist

Slide 42 - Quizvraag

Terugblik.

Jop vraagt aan Jelle of hij de deur dicht wil doen. Het doel van Jop is dat de deur wordt dicht gedaan.

Over welk communicatie aspect spreken we hier?
A
Inhoudelijk
B
Relationeel
C
Appellerend
D
Expressief

Slide 43 - Quizvraag

Een artikel op Facebook is een voorbeeld van:
A
Verbale communicatie
B
Non verbale communicatie

Slide 44 - Quizvraag

Jij wilt graag dat een cliënt zijn/ haar bed gaat verschonen.

Je vraagt 'Ga je vandaag je bed verschonen?'

Over welk communicatieaspect gaat het hier?
A
Inhoud
B
Relationeel
C
Appellerend
D
Expressief

Slide 45 - Quizvraag

Opdrachten
Werken in Thieme Meulenhoff

Theorie + opdrachten
Licentie: Thieme Meulenhoff

Boek: Communicatie en ondersteunen
Module 1, hoofdstuk 1: opdrachten niveau 3 : 1 t/m 6



Slide 46 - Tekstslide

Lesdoelen
Je kent de basisgrippen van communicatie

Je ben je bewust van je basishouding en stijl in communicatie

Je kan ruis herkennen


Slide 47 - Tekstslide