Romantiek en realisme + drogredenen

Romantiek en realisme
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Romantiek en realisme

Slide 1 - Tekstslide

Schilderij van Vincent Van Gogh

Slide 2 - Tekstslide

Beschrijf objectief en zo gedetailleerd mogelijk wat je ziet.

Slide 3 - Open vraag

Beeld je in: de schoenen zijn van je recent overleden grootvader. Beschrijf hier wat je voelt.

Slide 4 - Open vraag

1. Je vriend of vriendin wil een strandwandeling maken bij zonsondergang.
A
Dat doen ze toch alleen in de film.
B
Leuk! Alleen dat zand in mijn schoenen …
C
Supercool idee!
D
/

Slide 5 - Quizvraag

2. Kaarsen zijn …
A
levensgevaarlijk voor brand!
B
overbodig, we hebben toch elektriciteit?
C
gezellig!

Slide 6 - Quizvraag

3. Wat kook jij voor je date?
A
Ik kook wat mijn date lekker vindt.
B
Ik maak iets wat ik zelf lekker vind.
C
Ik sta vroeg op en doe boodschappen: dat viergangenmenu komt er niet vanzelf.
D
Yes! Weer diepvriespizza.

Slide 7 - Quizvraag

4. Liefde is …
A
een illusie.
B
een chemische reactie in je hersenen.
C
alles.

Slide 8 - Quizvraag

5. Je kijkt met je lief televisie. Wat staat er op het programma?
A
een superheldenfilm van Avengers
B
een documentaire over de ontbossing in Brazilië
C
een romantische komedie op Play5

Slide 9 - Quizvraag

6. De Eiffeltoren is …
A
een uniek architectonisch hoogstandje van 7 300 ton staal, gebogen naar de wil van één man.
B
hét symbool van de stad van de liefde.
C
een leuk monument, maar wel hoog om een selfie van ons twee bij te nemen!

Slide 10 - Quizvraag

7. Samen picknicken is …
A
intens genieten!
B
een straf! Ik heb hooikoorts en een zwakke rug.
C
leuk, maar geef mij toch maar een diepvriespizza!

Slide 11 - Quizvraag

8. Wanneer er tijdens een fuif een slow start …
A
ga ik vlug nog een pintje halen.
B
trek ik dat meisje / die jongen dicht tegen me aan.
C
excuseer ik mij drie minuten lang omdat ik op tenen trap. Ik kan echt niet dansen.

Slide 12 - Quizvraag

Punten
1 a= 1 / b=2 / c=3
2 a=1 / b=2 / c=3 
3 a= 3 / b=2 / c=4 / d=1
4 a= 1 / b=1 / c=3
5 a= 2 / b=1 / c=3 
6 a= 1 / b=3 / c=2 
7 a= 3 / b=1 / c=2 
8 a= 1 / b=3 / c=2   

Slide 13 - Tekstslide

8 tot 14 punten
Romantiek is een onbekend woord voor jou. Je denkt vooral aan de mogelijke gevaren van bepaalde activiteiten en je hebt zelf graag de touwtjes in handen. Leer wat meer te genieten van het leven en geef meer aandacht aan je lief. Want voor je het weet, blijf je alleen achter en dat is pas een ramp!

Meer dan 22 punten
Kaarsen, rozenblaadjes, een romantische film onder een dekentje of een gezellige uitstap naar Parijs. Jij bent een romanticus en laat jouw hart de beslissingen nemen. Als een echte Afrodite of Cupido overstelp jij jouw lief met een overdosis liefde en gevoelens. Heerlijk, maar let wel op: het leven is geen Disneyfilm, in sommige situaties blijf je best met beide voeten op aarde.
14 tot 22 punten
Jij bent een echte realist. Je bekijkt de liefde op een objectieve manier en weegt voor- en nadelen af. Af en toe probeer je jouw romantische kant te tonen, maar jouw hersenen nemen het al snel over van je hart. Overdenk niet alles te veel en blijf de romantische kant van jezelf verder ontwikkelen.

Slide 14 - Tekstslide

Romantiek 
  • 19e eeuw (1800-1850)
  • reactie op verlichting (Eeuw van de Rede)
  • verbeelding en gevoel
  • subjectief
  • kunstenaars en schrijvers waren zeer ontevreden
  • werkelijkheid ontvluchten
  • verlangen naar verleden
  • nationalisme
  • mysterie en de dood
  • veel gevoel in de taal
Realisme
  • 19e eeuw (1850-1880)
  • objectief
  • gedetailleerde beschrijving van de werkelijkheid
  • milieuschildering
  • fotografische weergave van de realiteit

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Bekijk het filmpje dat de leerkracht toont over de zussen An en Els. Ze kozen beide voor een totaal ander leven.
In wie herken jij je het meest en waarom?

Slide 18 - Tekstslide

RECENTE POPCULTUUR, OUDE INSPIRATIEBRONNEN
In de popmuziek, reclame, online of op televisie grijpt men voortdurend terug naar elementen uit allerlei historische kunststromingen. Aan de hand van de volgende opdracht leg je een link tussen deze stromingen en hun hedendaagse invulling.

Slide 19 - Tekstslide

Taylor Swift - Willow
1 a Hoe ziet de zangeres eruit? Beschrijf de stijl. 
b Waar en wanneer speelt het verhaal zich af? Beschrijf de decors.
c Beschrijf wat er met het personage gebeurt in de clip.
d Ligt de nadruk in de clip op het verstand of op het gevoel? Motiveer je antwoord met voorbeelden uit de clip.
2 Geef nu een conclusie. Leg een link tussen de stromingen uit het vorige deel en de clip. De clip gebruikt realistische / romantische elementen.

Slide 20 - Tekstslide

Drogredenen

Slide 21 - Tekstslide

1) Geef de stelling van de overheid.
2) Welke vergelijking maakt Gunther? Is dat een goed argument? Leg uit.
3) Wat voor argument gebruiken Jelle de Beule en de overheid door het filmfragment te laten zien? Is dat een geslaagd argument? Leg kort uit.

Slide 22 - Open vraag