TT mögen & dürfen, wollen & möchten

Werkwoorden - wollen & möchten , dürfen & mögen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Werkwoorden - wollen & möchten , dürfen & mögen

Slide 1 - Tekstslide

Samenvatting
uitzonderingen:  wollen & möchten

wollen:                          möchten:                                       
ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
will
willst
will

wollen
wollt
wollen
wollen betekent:
  • willen
  • zullen (bij een voorstel)

möchten betekent:
  • graag zouden willen
en gebruik je als je:
  • beleefd wil zijn
  • een wens uitspreekt
möchte
möchtest
möchte

möchten
möchtet
möchten

Slide 2 - Tekstslide

En nu jij!
Je krijgt 7 vragen:
  • 3x betekenis
  • 4x werkwoordsvorm


Slide 3 - Tekstslide

"Nein, ich ... meine Hausaufgaben nicht machen!"
1/3
A
wollen
B
möchten

Slide 4 - Quizvraag

"Guten Tag Herr Müller, ... Sie auch einen Stück Kuchen?"
2/3
A
wollen
B
möchten

Slide 5 - Quizvraag

"... wir zusammen ins Kino gehen heute Abend?"
3/3
A
wollen
B
möchten

Slide 6 - Quizvraag

wollen (Julia)
1/4
A
wollt
B
willt
C
will
D
wollet

Slide 7 - Quizvraag

möchten (ihr)
2/4
A
möchtet
B
möchten
C
möcht
D
möchtetet

Slide 8 - Quizvraag

wollen (meine Freundin und ich)
3/4

Slide 9 - Open vraag

möchten (du)
4/4

Slide 10 - Open vraag

Samenvatting
uitzonderingen:  dürfen & mögen

dürfen:                          mögen:                                       
ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
darf
darfst
darf

dürfen
dürft
dürfen
dürfen betekent:
  • mogen, toestaan

mögen betekent:
  • houden van ("to like")
  • lusten
  • aardig vinden

Let op! "to love" = lieben
mag
magst
mag

mögen
mögt
mögen

Slide 11 - Tekstslide

En nu jij!
Je krijgt 7 vragen:
  • 3x betekenis
  • 4x werkwoordsvorm


Slide 12 - Tekstslide

Man ... in der Schule nicht rennen!
1/3
A
dürfen
B
mögen
C
lieben

Slide 13 - Quizvraag

Ja, ich ... dein neuer Freund.
Er ist sehr nett.
2/3
A
dürfen
B
mögen
C
lieben

Slide 14 - Quizvraag

Ich ... meine Freundin sehr,
ich will sie heiraten!
3/3
A
dürfen
B
mögen
C
lieben

Slide 15 - Quizvraag

dürfen (ich)
1/4
A
darf
B
dürfe
C
darfe
D
dürf

Slide 16 - Quizvraag

mögen (ihr)
2/4
A
magt
B
möget
C
mögt
D
maget

Slide 17 - Quizvraag

mögen (du)
3/4

Slide 18 - Open vraag

dürfen (Frau Bäcker)
4/4

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Tekstslide