Normen en waarden

Normen en waarden






Diversiteit
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Normen en waarden






Diversiteit

Slide 1 - Tekstslide

Normen
&
waarden

Slide 2 - Woordweb

Normen en waarden
2 verschillende begrippen

Normen
Ongeschreven regels 
Richtlijnen hoe je sociaal gewenst met elkaar omgaat

Waarden
Dingen die je belangrijk vindt 
De zaken die waardevol gevonden worden door iemand of een groep mensen

Slide 3 - Tekstslide

Voorbeelden
Norm: Als iemand je helpt met iets, bedank je die persoon.
Waarde: Dankbaarheid, Beleefdheid

Norm: Je staat op voor ouderen of zwangere vrouwen, bijv. in het openbaar vervoer.
Waarde: Respect voor ouderen / anderen


Slide 4 - Tekstslide

Verschillen per cultuur
  • Geen mes op tafel
  • Eten met je rechterhand
  • Boeren na het eten
  • Assertief 

Voorbeelden?


Slide 5 - Tekstslide

(Hand)gebaren

Slide 6 - Tekstslide

Betekenis van het handgebaar?

Slide 7 - Open vraag

Wat is de betekenis van het handgebaar?

Slide 8 - Open vraag

?

Slide 9 - Open vraag

Gebaren
• Welke gebaren maak jij vaak met je handen en wat is daar de betekenis van?
• Hebben deze gebaren dezelfde betekenis voor je medestudenten?

Slide 10 - Tekstslide

Verschillen per generatie?

Slide 11 - Tekstslide

Klagen over de jeugd
Van wie zijn deze citaten 
Onze jeugd heeft een sterke hang naar luxe, slechte manieren, minachting voor het gezag en geen eerbied voor ouderen. Ze geven de voorkeur aan kletspraatjes in plaats van training. Jonge mensen spreken hun ouders tegen, houden niet hun mond in gezelschap en tiranniseren hun leraren.

Jonge mensen denken dat ze alles weten, en zijn altijd erg zeker van hun zaak.


Slide 12 - Tekstslide

Citaten
Socrates, 5e eeuw voor Christus

Aristoteles, 4e eeuw voor Christus

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht
1. Kies vijf waarden die voor jou belangrijk zijn

Leg deze waarden op volgorde, welke krijgt plaats 1 tot en met 5
http://www.opstapnaar.be/waardentest/ 

2. Aan de hand van de waarden ga je in subgroep vragen stellen aan elkaar: Wat maakt dat deze waarden voor jou belangrijk zijn? Hoe zet je deze waarden in, in je leven en werk? Kom je wel eens in conflict met je eigen waarden etc.

3. Daarna kies je normen die voor jou belangrijk zijn, bij elke waarde 2 normen.
Ga in hetzelfde subgroep in gesprek over jouw normen. 



Slide 14 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen normen en waarden?
A
Waarden zijn idealen die je belangrijk vindt en normen zijn de getoonde gedragingen die daarbij horen.
B
Normen zijn idealen die je belangrijk vindt en waarden zijn de getoonde gedragingen die daarbij horen.

Slide 15 - Quizvraag

Norm of waarde?
Bij begroeting de hand schudden.
A
Norm
B
Waarde

Slide 16 - Quizvraag

Norm of waarde?
Mensen met respect behandelen
A
Norm
B
Waarde

Slide 17 - Quizvraag

Norm of waarde?
Iemand aankijken tijdens een gesprek
A
Norm
B
Waarde

Slide 18 - Quizvraag

Waardoor worden verschillen in normen en waarden onder meer veroorzaakt?

Slide 19 - Open vraag