§3.4 De bezetting van Nederland

1 / 58
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 58 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 12 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

§3.4 De bezetting van Nederland
Deel I: Nederland wordt bezet

Slide 3 - Tekstslide

Filmpje
Propagandafilm 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Huiswerk
Schrijf op in je agenda
Maken opdracht 4b, 5, 7, 8, 10 van §3.4
Leren H3 voor toetsweek

Slide 6 - Tekstslide

Maak de juiste combinaties
Genocide
Pogrom
Razzia
Shoah
Uitsluiting
Vervolging
Actie om gericht een bevolkingsgroep op te pakken
Uitmoorden van een volk
Opjagen en opsluiten van een bevolkingsgroep
Ander woord voor Holocaust
Gewelddadige aanval op joodse bewoners
Een groep niet laten meedoen aan de samenleving

Slide 7 - Sleepvraag

Leerdoelen
Je kunt:
  • Hoe de Duitsers in Nederland aan de macht komen door:
    - De gebeurtenissen van 10 tot 15 mei in de juiste volgorde te zetten
  • Uitleggen welke gevolgen dat heeft voor:
    - politiek
    - cultuur
    - economie
    - dagelijks leven

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt:
  • Drie manieren benoemen hoe Nederlanders op de Duitse bezetting reageren
  • Uitleggen hoe Nederland wordt bevrijd

Slide 9 - Tekstslide

Filmpje
Het begin van de oorlog

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

De meidagen
Ondanks neutraliteit wordt Nederland 10 mei 1940 aangevallen
Het slecht getrainde en uitgeruste leger biedt harde weerstand
Na het bombardement van R'dam geeft Nederland zich over
De regering en het koningshuis vluchten naar Engeland

Slide 12 - Tekstslide

10 mei
  • Start aanval op Nederland
  • Operatie 'Fall Gelb'

Slide 13 - Tekstslide

Vraag
Noem minstens twee strategische locaties in Nederland die de Duitsers volgens de kaart probeerden te veroveren.

Slide 14 - Tekstslide

Vraag
Hoe wordt de Duitse aanvalstactiek, waarbij snelheid een grote rol speelt, genoemd? 

Slide 15 - Tekstslide

11 - 13 mei
  • Sterk verouderd leger
  • Zware gevechten
    - Grebbenberg  
    - Afsluitdijk
    - Rotterdam
    - Moerdijkbrug

Slide 16 - Tekstslide

Filmpje
De aanval op Moerdijk

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

14 mei
Koningin vlucht naar Engeland

Slide 20 - Tekstslide

14 mei
Bombardement Rotterdam
  • 800 doden
  • 80.000 daklozen

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Vraag
Leg uit dat het bombardement op Rotterdam een voorbeeld is van totale oorlogvoering

Slide 23 - Tekstslide

Gevolgen bezetting
Politiek
VeranderingDemocratie afgeschaft, parlement ontbonden, regering naar Engeland
Continuïteit: Ambtenaren werken onder Duitse leiding door.
Economisch
  • Nederland moet gaan produceren voor Duitsland. 
  • Nederlandse mannen moeten werken in Duitse fabrieken.
  • Gevolg is schaarste in Nederland.
Cultureel
  • Vrijheid van meningsuiting wordt afgeschaft,
  • censuur ingevoerd
  • Radio's moet men inleveren. 
Dagelijks leven
Normaal leven werd vermoeilijkt (strijd, onvrijheid, honger, etc). Uitsluiting en vervolging van de joodse Nederlanders, razzia's en deportaties.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht
Lees: 'Nederland bezet'
Onderstreep: De maatregelen
Schrijf op: Bij welke fasen passen de verschillende maatregelen

Slide 26 - Tekstslide

Filmpje
Gevolgen van de bezetting

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Leerdoelen
Je kunt:
  • Hoe de Duitsers in Nederland aan de macht komen door:
    - De gebeurtenissen van 10 tot 15 mei in de juiste volgorde te zetten
  • Uitleggen welke gevolgen dat heeft voor:
    - politiek
    - cultuur
    - economie
    - dagelijks leven

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

§3.4 De bezetting van Nederland
Deel 2: De reactie van de bevolking

Slide 31 - Tekstslide

Zet in de juiste volgorde
Op je wisbord: 


A. De koningin vlucht naar Londen
B. Nederland capituleert
C. Operatie Fall Gelb begint
D. Rotterdam wordt gebombardeerd 

Slide 32 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt drie manieren benoemen hoe Nederlanders op de Duitse bezetting reageren, 
    - Door uit te leggen wat collaboratie is en hier minimaal 2 voorbeelden van noemen
    - Door uit te leggen wat passief verzet is door hier een voorbeeld van te noemen
    - Door uit te leggen wat actief verzet is door hier een voorbeeld van te noemen

  • Je kunt uitleggen hoe Nederland wordt bevrijd*

Slide 33 - Tekstslide

Reactie van de bevolking
In de oorlog reageren Nederlanders op 3 manieren
Verzet
De bezetter tegenwerken
Aanpassing
Doorgaan met het leven
Collaboratie
Samenwerken met de bezetter

Slide 34 - Tekstslide

Collaboratie
5% van de Nederlanders kiest voor samenwerking
Velen van hen zitten bij de NSB.
Anderen werken samen om er beter van de worden
Zij worden burgemeesters, vrijwilligers in het leger etc.

Slide 35 - Tekstslide

Verzet
Ook 5% van de bevolking kiest voor het verzet
Verzet
Actief verzet
Passief verzet
Gewelddadig verzet
Geweldloos verzet
Het bieden van tegenstand
De maatregelen die de Duitsers oplegden niet naleven (zoals radio niet inleveren)
Met geweld de bezetter aanvallen (zoals aanslagen & overvallen) 
Zonder geweld de bezetter actief dwarsbomen (zoals onderduikers helpen, kranten verspreiden & spionage)

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Filmpje
Collaboratie, aanpassing en verzet

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Video

Slide 40 - Video

Schrijf op je wisbord:
Hoe heet het samenwerken met de bezetter tijdens de tweede wereldoorlog?

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video

Denk na:
Past het meewerken van Nederlandse ambtenaren bij 'aanpassing' of 'collaboratie'. 

Wat vind jij? 

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Video

Denk na:
Past het meewerken van de Nederlandse Spoorwegen bij het vervoeren van Nederlandse Joden  bij 'aanpassing' of 'collaboratie'. 

Wat vind jij? 

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Video

Schrijf op je wisbord
Is de april-mei staking een voorbeeld van actief verzet of passief verzet?

Slide 47 - Tekstslide

Schrijf op je wisbord
Is de april-mei staking een voorbeeld van gewelddadig verzet of geweldloos verzet?

Slide 48 - Tekstslide

Aan de slag 

Maak:
Maak het werkblad 
Hulp: Aantekening
Hoe?: In tweetallen (fluisterend)
Uitkomst?: Voorbeelden bij verzet en collaboratie
Klaar?*: Maak opdrachten van het huiswerk
timer
25:00

Slide 49 - Tekstslide

Stap 1

Wat: Geef antwoord op de vragen: Wat is
  • verzet
  • collaboratie 
  • algemeen belang
  • eigen belang
Hulp: Aantekening
Hoe?: In tweetallen (fluisterend)
Uitkomst?: Betekenis bij verzet en collaboratie
Klaar?*: Bekijk stap 2
timer
3:00

Slide 50 - Tekstslide

Stap 2

Wat: Lees de persoonsbeschrijving van de eerste 3 personen, vul de kwadrant in
Hulp: Kwadrant op het werkblad
Hoe?: In tweetallen (fluisterend)
Uitkomst?: Je vormt je eigen mening over verzet en collaboratie
Klaar?*: Ga aan de slag met stap 3
timer
10:00

Slide 51 - Tekstslide

Stap 3

Wat: Leg uit waarom je deze personen op deze plek in de kwadrant hebt gezet
Hulp: Stap 3 op je werkblad
Hoe?: In tweetallen (fluisterend)
Uitkomst?: Je vormt je eigen mening over verzet en collaboratie
Klaar?*: Ga verdere met de andere persoonsbeschrijvingen en doe hetzelfde
timer
10:00

Slide 52 - Tekstslide


Bekijk de bron. Was Lou Manche een aanhanger of tegenstander van de NSB? Leg je antwoord uit door na te gaan wie wordt bedoeld als 'ware Nederlander' en wie niet

Slide 53 - Open vraag

De bevrijding
De Geallieerden hebben tot doel Duitsland te verslaan
Nederland wordt hierbij deels bevrijd in 1944
Door hevige weerstand rond Arnhem wordt de rest niet bevrijd
Nederland zal nog tot 5 mei 1945 deels bezet blijven

Slide 54 - Tekstslide

Hongerwinter
Het zuiden van Nederland was bevrijd, het westen niet
Hier kwamen bijna gaan voorzieningen (voedsel, gas) meer
Ook was dit een uitzonderlijk strenge winter
Gevolg: honger en een tekort aan alles

Slide 55 - Tekstslide

Filmpje
De Hongerwinter en de bevrijding

Slide 56 - Tekstslide

Slide 57 - Video

Resumé
Pak je schrift
Schrijf voor jezelf op (of bedenk 4 vragen over) wat we deze les besproken hebben
Wie, Wat, Waarom, Wanneer
timer
2:00

Slide 58 - Tekstslide