Les 2: Migratie en cultuuruitingen

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar
         Jas uit, telefoon in Zakkie
         Pen en schrift I&S/JdW-map op tafel
         Start je laptop op en open LessonUp
timer
5:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom bij Individuals & Society
Unit 4: Wereldwijk
Learner Profile: Communicators/Inquirers
ATL: Communication skills/Information literacy skills
Related concepts: Culture
Key concept: Global Interactions
Wereldwijd contact leidt tot overeenkomsten, diversiteit en verbinding tussen culturen in de Haagse Schilderswijk.
Global context: Globalization and sustainability
Schrijf dit op in je schrift / notities

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
  • Leerdoelen
  • Huiswerk bespreken
  • Migratiegeschiedenis Nederland
  • Cultuuruitingen op straat
  • Reflectie en leerdoelen check

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
- Je kan de migratiegeschiedenis van Nederland in de 20e eeuw kort in je eigen woorden navertellen.
- Je kan voorbeelden geven van cultuur op straat als gevolg van migratie.

 
 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht periode 4 (GS)
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Migratie
Zichtbaar- heid van culturen in de wijk (FA)
Rijke tekst
Data-analyse
Geen les
Data-analyse
Herhalingsweek

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke migratieachtergrond
heeft de grootste groep bewoners van de Schilderswijk?
A
Antilliaans
B
Turks
C
Marokkaans
D
Surinaams

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wanneer kwamen veel gastarbeiders naar Nederland?
A
begin jaren '50
B
begin jaren '60
C
begin jaren '70
D
begin jaren '90

Slide 8 - Quizvraag

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de verschillende lesfasen gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt leerlingen willekeurig met open vragen. Hierbij stimuleert de docent het kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen werk met elkaar te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden in te zetten.


Uit welke landen kwamen gastarbeiders naar Nederland?
A
Marokko, Turkije, Indonesië, Griekenland, Joegoslavië
B
Marokko, Turkije, Spanje, Italië, Polen
C
Marokko, Turkije, Polen, Roemenië, Joegoslavië
D
Marokko, Turkije, Spanje, Griekenland, Joegoslavië

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bewoners Schilderswijk:
Naar migratieachtergrond
Key concept: Global Interactions
ATL: Communication skills/Information literacy skills
?

Slide 10 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Migratieachtergrond
Hieronder vind je de officiële definitie van het begrip migratieachtergrond volgens het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek - een instelling die alle feiten en cijfers over Nederland bijhoudt). Vergelijk deze definitie met die van jezelf en pas het eventueel aan (hoeft niet zo uitgebreid als hieronder). Schrijf nu je definitieve, nette, definitie op je Cornell-blad.
Doe het zo: "Migratieachtergrond = .....""

Migratieachtergrond:
Het begrip "migratieachtergrond" wordt gebruikt om te verwijzen naar mensen van wie ten minste één van de ouders in het buitenland is geboren, ongeacht hun eigen geboorteplaats. Een migratieachtergrond verwijst naar de situatie waarin iemand zelf of ten minste één van zijn of haar ouders in een ander land is geboren en/of afkomstig is uit een andere culturele of etnische groep dan de meerderheid van de bevolking in het land waarin ze wonen. Het betekent dat iemand of zijn/haar familie op een bepaald punt in hun leven heeft besloten om hun land van herkomst te verlaten en naar een ander land te verhuizen, hetzij om economische, politieke of persoonlijke redenen.

Slide 12 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Persoonlijke reflectie
Beantwoord de volgende vragen op de volgende slides:

1. Heb jij zelf een migratieachtergrond en zo ja op welke manier?
(Bijv. "Ja, mijn vader is in Nederland geboren en mijn moeder in Tunesië", of "Ja, allebei mijn ouders zijn in Marokko geboren"). 
2. Ken jij iemand (in je familie, vrienden of buurt) die als gastarbeider naar Nederland is gekomen. Zo ja, weet je uit welk land en wanneer (en eventueel nog andere dingen)?

Slide 13 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende Unit. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag op basis van het Learner Profile en de ATL-skills. Dit wordt vastgelegd in Toddle. Samen blikken docent en leerlingen vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Instructie
  • De volgende video gaat over de migratiegeschiedenis van Nederland in de 20e eeuw.
  • Maak aantekeningen op je Cornell-blad terwijl je naar de video kijkt.
  • Schrijf dus alle belangrijke zaken op.
  • Dit mag in de taal die jij wil 

Slide 14 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Zichtbare cultuuruitingen: eten

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke andere cultuuruitingen kun je nog bedenken?

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Reflectie op leerdoelen
- Je kan de migratiegeschiedenis van Nederland in de 20e eeuw kort in je eigen woorden navertellen.
- Je kan voorbeelden geven van cultuur op straat als gevolg van migratie (zie volgende slide).

Slide 18 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende Unit. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag op basis van het Learner Profile en de ATL-skills. Dit wordt vastgelegd in Toddle. Samen blikken docent en leerlingen vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Exit: upload een foto van een andere cultuuruiting dan eetcultuur

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies