3.4 marktvormen

Planning
- Korte terugblik / bespreken opdrachten
- Instructie marktvormen
- werken aan de opdrachten

Aan het einde van de les: 
- weet jij welke 4 marktvormen er zijn.
- weet jij wat de kenmerken van deze marktvormen zijn.

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Planning
- Korte terugblik / bespreken opdrachten
- Instructie marktvormen
- werken aan de opdrachten

Aan het einde van de les: 
- weet jij welke 4 marktvormen er zijn.
- weet jij wat de kenmerken van deze marktvormen zijn.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Marktvormen
Wat weet jij al van het begrip: 'marktvormen'?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Marktvormen
Soorten marktvormen:
1. Volkomen concurrentie 
2. Monopolistische concurrentie 
3. Oligopolie 
4. Monopolie 

Slide 6 - Tekstslide

Volkomen concurrentie:
- Veel aanbieders
- Veel vragers
- Homogeen product: klant maakt geen onderscheid.

Monopolistische concurrentie
- Veel aanbieders
- Veel vragers
- Heterogeen product: klant maakt wel onderscheid


Slide 7 - Tekstslide

Oligopolie:

- Weinig aanbieders
- Veel vragers
- Heterogeen product

- Gevaar voor prijzen-
oorlog.


Slide 8 - Tekstslide

Oligopolie:

- Weinig aanbieders
- Veel vragers
- Heterogeen product

- Gevaar voor prijzen-
oorlog.


Slide 9 - Tekstslide

Monopolie
- Één aanbieder
- Veel vragers
- Prijs komt niet tot stand door marktwerking!

Slide 10 - Tekstslide

Aanbieders
Eén
(Overheid)
Enkele


Veel


Veel
Heterogeen / homogeen 
Beide

Heterogeen --->
Homogeen  --->

Homogeen


Heterogeen
Voorbeelden
bankbiljetten, electriciteitsnetwerk
smartphones
benzine, electriciteit

suiker, graan


frisdrank, spijker- broeken
Marktvorm
Monopolie

Oligopolie


Volkomen 
concurrentie

Monopolistische concurrentie

Slide 11 - Tekstslide

Marktvormen
1. Volkomen concurrentie -> slechte machtspositie.
2. Monopolistische concurrentie ->klein beetje macht.
3. Oligopolie -> goede machtspositie.
4. Monopolie -> extreem goede machtspositie.

Slide 12 - Tekstslide

Welke marktvorm hoort bij de markt van telefoons.
A
Oligopolie
B
Monopolistische concurrentie
C
Monopolie
D
Volkomen concurrentie

Slide 13 - Quizvraag

Wanneer is er sprake van een monopolie?
A
Als er weinig aanbieders zijn en veel vragers
B
Samen met kerstmis bordspellen spelen
C
Als er veel aanbieders zijn en veel vragers
D
Als er één aanbieder is en veel vragers

Slide 14 - Quizvraag

Hoe ontstaat een evenwichtsprijs?
A
Dit ligt aan de evenwichtshoeveelheid
B
Waar de vraag gelijk is aan het aanbod. hier ontstaat de prijs.
C
Dit mag de winkelier zelf bepalen.
D
Zodra het evenwicht is gevonden tussen inkomsten en uitgaven.

Slide 15 - Quizvraag

En nu...
- Maken opdracht 40 t/m 47 
- Probeer eerst elkaar te helpen

Slide 16 - Tekstslide