WW spellingspel 1MH

Werkwoordspelling                                                                                        
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Werkwoordspelling                                                                                        

Slide 1 - Tekstslide

1. Welke zin is juist?
A
Sjaan verhuisde gisteren.
B
Sjaan verhuisdde gisteren.
C
Sjaan verhuiste gisteren.

Slide 2 - Quizvraag

2. De bezorgde broodjes zijn afgeleverd.
A
fout
B
goed

Slide 3 - Quizvraag

Vul bij de volgende vragen de verleden tijd in.

Slide 4 - Tekstslide

3. kleven (vt)
Nog altijd […] de kauwgom aan mijn schoen.

Slide 5 - Open vraag

4. Faxen (vt)
De meeste bedrijven [...] niet meer met hun klanten.

Slide 6 - Open vraag

5. De buurman (barsten) in lachen uit toen hij mij zag.
A
barste
B
barstte
C
barsten
D
barstten

Slide 7 - Quizvraag

6. Sterk of zwak?

BIJTEN
A
sterk
B
zwak

Slide 8 - Quizvraag

7. Welke spelling is correct?
A
Hij besteldde
B
hij bestelde

Slide 9 - Quizvraag

8. Welke spelling is correct?
A
Hij bevrijde
B
hij bevrijdde

Slide 10 - Quizvraag

9. Welke spelling is correct?
A
Zij misten de trein.
B
Zij mistten de trein.

Slide 11 - Quizvraag

10. Welke spelling is correct?
A
Zij pufden.
B
Zij puften.

Slide 12 - Quizvraag

11. De paarden .... (draven) vrolijk door het weiland.
A
draavden
B
draafden
C
draavde
D
draafde

Slide 13 - Quizvraag

12. Moeder (dubben) .................over het juiste antwoord.

Slide 14 - Open vraag

13. Max..........zijn voorsprong
A
vergroten
B
vergrote
C
vergrootte

Slide 15 - Quizvraag