4.2 - Prokaryoten

Deze les
- Wat weet je al?
- Uitleg over 4.2
- Opdrachten maken

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
- kenmerken van bacteriën noemen
- kenmerken van virussen noemen
- kenmerken van schimmels noemen
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Deze les
- Wat weet je al?
- Uitleg over 4.2
- Opdrachten maken

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
- kenmerken van bacteriën noemen
- kenmerken van virussen noemen
- kenmerken van schimmels noemen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Basisstof 4.2

Voorkennisvragen:
  1. Onder welke groep vallen de bacteriën en de archaea?
  2. Wat hebben bacteriën en archaea met elkaar gemeen?
  3. Wat is bijzonder aan de groep cyanobacteriën?
  4. Wat is een verschil tussen de archaea en de bacteriën?
  5. Wat is de functie van ribosomen?
BINAS mee?
timer
2:30

Slide 2 - Tekstslide

1. prokaryoten
2. geen celkern
3. autotroof
4. samenstelling celwand en -membraan en bouw ribosomen.
5. Eiwitten maken
Waarom hebben bacterien ook ribosomen nodig?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prokaryoten
Bacteriën = eencellige prokaryoten: geen celkern of interne membranen. Erfelijk materiaal ligt los in het cytoplasma. Vaak één cirkelvormig chromosoom (geen eiwitmoleculen).

Plasmiden = kleinere cirkelvormige chromosomen (naast grote chromosoom). 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderdelen (Binas 79A)

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bacteriecel (en archea)

soorten bacteriën (79A)
Gemiddeld 10x kleiner dan dierlijke, plantaardige of schimmelcel (1 tot 10 micrometer)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deling bij prokaryoten
- Ongeslachtelijk
- Chromosomen kopiëren --> hoeven niet
uit elkaar getrokken te worden, want zitten
direct los
- DNA zit aan celmembraan vast, daardoor
krijgen beide cellen 1 chromosoom

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als een gemiddelde bacterie 10x korter is dan een dierlijke cel, hoeveel kleiner is het volume dan?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Nuttige prokaryoten
  1.  beschermlaag tegen ziekteverwekkers
  2. 'Darmflora' helpt bij vertering van voedsel
  3.  Biotechnologie voor produceren van 
    o.a. yoghurt, zuurkool,  insuline (hormoon)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

71M1 DNA-techniek

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

(Schadelijke) prokaryoten 
  •  Eten ook (resten van) dieren en planten
  • Veroorzaken veel ziektes (zie 79A). Denk bijv. aan
    - (keel)ontsteking
    - salmonella           
    - cholera                 
    - tubercolose       
  • Delen ontzettend snel, sommige wel elke
    20 min onder goede omstandigheden.
Hoeveel bacteriën kan je dan hebben na 24 uur? (2^70 = 1 triljard = 1.000.000.000.000.000.000.000)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schimmels
- wel celkern en celwand
- geen bladgroen
- heterotroof
- meercellig/eencellig

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chemo-autotroof
Sommige Archeae (en enkele bacterien) zijn chemo-autotroof: in staat om organische stoffen te maken uit anorganische stoffen met behulp van energie uit een chemische reactie.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Virus
Geen organisme, want
- niet levend
- bestaat niet uit cellen
- geen cytoplasma/kernplasma
- zelf geen stofwisseling (gastheer nodig!)

Vallen dus niet onder eukaryoten of prokaryoten. Bestaat vooral uit DNA/RNA, omgeven door eiwitmantel (capside).

DNA-virussen of RNA-virussen (RNA bevat ook erfelijke info)

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Gem. 0,1 µm lang.
  • Discussie of virus leeft - zie 77D - argumenten voor/tegen?
    • Virus dat op bacteriën richt heet 'bacteriofaag'

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:06
Hoe heet het onderdeel op het celmembraan waar het virus aan koppelt?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

00:20
Hoe heet het als iets ingesloten wordt door het membraan en dan naar binnen gewerkt wordt?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

00:36
Hoe heten deze onderdelen waarin het DNA/RNA wordt? (antwoord in meervoud)

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

00:43
Op welk onderdeel liggen deze ribosomen in het filmpje?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

4.2 Opdrachten havo
'Prokaryoten'
Maak opdrachten 14 t/m 25

(eerst 10 min. in stilte)



timer
10:00

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Van welk celtype ('rijk') is deze cel?
A
Planten
B
Schimmels
C
Bacteriën
D
Dieren

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk organel stelt 2 voor?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Het mitochondrium speelt een belangrijke rol bij vrijmaken van energie. Daartoe worden een organische en anorganische stof opgenomen in de cel.
Welke anorganische stof wordt opgenomen en met welk transporttype?
A
water, met diffusie
B
water, met actief transport
C
zuurstof, met diffusie
D
zuurstof, met actief transport

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Rechts zie je de 4 rijken staan. Sleep het juiste rijk naar de bijbehorende cel.
Dier

Plant
Schimmel
Bacterie

Slide 29 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Prokaryoot, kan autotroof zijn. 
Geen celwand, tussen 10-100µm lang
Wel vacuole en celkern, heterotroof
Met celkern, maakt eigen organische stoffen uit anorganische stoffen
Dier

Plant
Schimmel
Bacterie

Slide 30 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Coloradokever leeft o.a. op de Aardappel (Solanum tuberosum), op de Tomaat (Solanum lycopersum) en
op Bitterzoet (Solanum dulcamara).
Behoren deze planten tot hetzelfde genus (geslacht)?
En tot dezelfde soort?
A
alleen tot dezelfde soort
B
alleen tot hetzelfde geslacht
C
tot dezelfde soort en hetzelfde geslacht
D
Dat kun je niet weten, er ontbreken gegevens

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze les (zelfstandig in stilte)
Eerst: toets bekijken en evaluatie ST thema 2 en 3 invullen (link in planner)

Klaar? 
- opdrachten 4.1 en 4.2 afmaken en nakijken
- oefenen met links in LessonUp 4.1
Alles klaar? Aan de slag met een ander vak.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies