BS1: Je omgeving waarnemen

BS1: Je omgeving waarnemen
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

BS1: Je omgeving waarnemen

Slide 1 - Tekstslide

Planning 
Uitleg BS1
Controlevragen
Opdrachten maken & bespreken
Afscheid nemen :(

Slide 2 - Tekstslide

Waar denk jij aan bij het woord WAARNEMEN? 
Waarnemen

Slide 3 - Woordweb

Leerdoelen
  • Je kunt de werking van zintuigen beschrijven.
  • Je kunt de zintuigen noemen met hun ligging en hun prikkel.

Slide 4 - Tekstslide

Drempelwaarde

Slide 5 - Tekstslide

B1: Je omgeving waarnemen
Zintuigen

Oren: 
  • Gehoorzintuig
  • Evenwichtszintuig

Slide 6 - Tekstslide

Zintuigen & prikkels
Geluid
Licht
Warmte
Kou
Druk
Aanraking/ tast
Geur
Smaak

Slide 7 - Tekstslide

Waarnemen
Om je omgeving waar te nemen gebruik je zintuigen.

Zintuig = orgaan dat reageert op invloeden uit je omgeving.

Invloed = prikkel

Slide 8 - Tekstslide

Prikkels
Invloeden vanuit de omgeving.
Opgevangen door zintuigen, waardoor je ze kunt waarnemen.

Licht, geluid, geur, smaak en aanraking.

Slide 9 - Tekstslide

Zintuigen
Hebben speciale zintuigcellen die prikkels opvangen.

Sturen een impuls (elektrisch signaal) naar de hersenen, via de zenuwen.
In je hersenen wordt je bewust van de prikkels.

Slide 10 - Tekstslide

Filmpje
Centrale zenuwstelsel bestaat uit?
Waar bestaat het zenuwstelsel uit?
Welke zintuigen worden in het voorbeeld benoemt?
Welke prikkels worden in het voorbeeld benoemt?
Wat is het respons?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Zintuigen
Alle zintuigen samen = zintuigenstelsel


Slide 13 - Tekstslide

Zintuigen en prikkels
  • Elk zintuig vangt andere prikkels op.
  • Sommige vangen er maar 1 op, andere 4.

Slide 14 - Tekstslide

zintuigen in de huid

Slide 15 - Tekstslide

Pijnpunten
  • Pijnpunten nemen pijn waar. 
  • Pijnpunten zijn vrije uiteinden van een gevoelszenuw. 

Slide 16 - Tekstslide

Drempelwaarde
In de zintuigcellen ontstaan alleen impulsen als de prikkel sterk genoeg is.

De kleinste prikkel die een impuls veroorzaakt  = de drempelwaarde

Beïnvloeding van de drempelwaarde door gewenning

Slide 17 - Tekstslide

Het centrale zenuwstelsel bestaat uit:
A
Zenuwen
B
Zenuwen en Ruggenmerg
C
Zenuwen en Hersenen
D
Hersenen en Ruggenmerg

Slide 18 - Quizvraag

Welke zintuigen zitten in de huid?
A
Tast, druk, warmte, koude en pijn
B
Tast, druk, warmte, koude en gehoor
C
Warmte, koude, zicht en pijn
D
Smaak en reuk

Slide 19 - Quizvraag

Welk deel van een zintuig maakt impulsen wanneer het prikkels opvangt?
A
De tastknopjes
B
De zintuigcellen
C
De zenuwcellen
D
De impulscellen

Slide 20 - Quizvraag

Geef aan welke pijl geen een
prikkel aan en welke het impuls?
A
Blauwe pijlen = impuls Rode pijlen = prikkel
B
Rode pijlen = prikkel Blauwe pijlen = impuls
C
Dat is niet te zien in de afbeelding
D
Beide kleuren geven dit niet aan

Slide 21 - Quizvraag

Welke zintuigen zitten in de huid ?

Slide 22 - Open vraag

Heeft de neus van een hond een hogere of een lagere drempelwaarde dan jouw neus?
A
Hij is gevoeliger dus een hogere drempelwaarde
B
Hij is minder gevoelig dus een hoger drempelwaarde
C
Hij is gevoeliger dus een lagere drempelwaarde
D
Hij is minder gevoelig dus een lagere drempelwaarde

Slide 23 - Quizvraag

Opdrachten maken
Individueel in stilte
Nabespreken 

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide