Druk in een gas

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
FysicaSecundair onderwijs

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

De leerkracht pompt een fietsband op met een fietspomp. Wat zie je gebeuren?

Slide 2 - Open vraag

Wat meet de meter die op de fietspomp staat?

Slide 3 - Open vraag

In welke eenheid wordt druk gemeten?

Slide 4 - Open vraag

Hoe verandert de druk tijdens het oppompen?

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

eenheid druk
 1 bar = 1000 hPa
1 bar = 100 kPa
1 kgf/cm² = 98066,5 Pa
1 kPa = 98 kgf/cm²
psi = pounds per square inch
100 psi = 7 kgf/cm²
1 psi = ??? Pa

Slide 7 - Tekstslide

Hoeveel Pascal is één psi
(pound per square inch)?
Antwoord op 1 Pascal nauwkeurig.

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Hoe ontstaat druk in een gas volgens jou?

Slide 11 - Open vraag

Hoeveel seconden is Δt = 10 ps
A
1010s
B
1011s
C
1012s
D
1013s

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Link

Welke uitspraken zijn juist?
A
De deeltjes bewegen heel snel
B
De deeltjes botsen tegen de wand
C
De deeltjes worden aangetrokken tot de wand

Slide 14 - Quizvraag

Welke uitspraken zijn juist (deel 2)
A
Druk ontstaat door botsing deeltjes tegen wand
B
Druk ontstaat door botsing deeltjes tegen elkaar
C
De deeltjes zitten allemaal tegen elkaar

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Welke grootteorde van kracht verwacht je in de duikfles?
Kies uit 1N, 10N, 100N, 1kN, 10kN, 100 kN, 1 MN (antwoord zonder spatie)

Slide 22 - Open vraag

Maak de berekening op een cursusblad en upload hier een foto.

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Tekstslide

Waarom heeft een spijker een scherpe punt?
A
Je moet een grote kracht uitoefenen om een kleine druk te bekomen
B
Je moet een grote kracht uitoefenen om een grote druk te bekomen
C
Je veroorzaakt met een kleine kracht een grote druk
D
Je veroorzaakt met een kleine kracht een kleine druk

Slide 25 - Quizvraag

Je verplaatst een stoel van het terras naar het gras. Welke uitspraak is correct?
A
De druk van de stoel is in beide situaties even groot
B
De druk van de stoel is groter op het gras
C
De druk van de stoel is kleiner op het gras
D
De stoel oefent geen druk uit op het terras

Slide 26 - Quizvraag

Trekkersrugzakken hebben brede riemen. Verklaar.

Slide 27 - Open vraag

Slide 28 - Tekstslide

Upload een foto van je oefening.

Slide 29 - Open vraag

Slide 30 - Tekstslide

Wat is de fout gebruikte eenheid op de vorige slide?
A
Lengte
B
Breedte
C
Dikte
D
Gewicht

Slide 31 - Quizvraag

Slide 32 - Tekstslide

Welke grafieklijn stelt de druk in functie van het oppervlak voor?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 33 - Quizvraag

Hoe groot is de massa?
A
5 g
B
50 g
C
500 g
D
5 kg

Slide 34 - Quizvraag

druk

Slide 35 - Woordweb

Hoe vond je deze les met LessonUp?
😒🙁😐🙂😃

Slide 36 - Poll