Kapitel 6 Start

Kundendienst und Kassenzettel
Kunden = klanten
Kassenzettel = kassabon
Zettel = briefje
Het hoofdstuk gaat over winkelen en alles daaromheen
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Kundendienst und Kassenzettel
Kunden = klanten
Kassenzettel = kassabon
Zettel = briefje
Het hoofdstuk gaat over winkelen en alles daaromheen

Slide 1 - Tekstslide

werken = arbeiten
het werk = die Arbeit, der Job 
 de bijbaan =  der Nebenjob (dus bijvoorbeeld kranten rondbrengen, of vakken vullen)

Slide 2 - Tekstslide

  • In einem Laden aushelfen
  • in einem Seniorenheim aushelfen
  • Nachhilfe geben
  • Hunde Gassi führen
  • Prospekte austragen
  • Zeitungen austragen
  • In een winkel helpen
  • In een bejaardenhuis helpen
  • bijles geven
  • honden uitlaten
  • folders rondbrengen
  • kranten rondbrengen
Voorbeelden van bijbaantjes
Beispiele von Nebenjobs

Slide 3 - Tekstslide

Bekijk het volgende filmpje en beantwoord de vragen!

Slide 4 - Tekstslide

7

Slide 5 - Video

00:32
Over welke bijbaan gaat dit?
A
vakkenvuller
B
kranten rondbrengen
C
caissière
D
bijles geven

Slide 6 - Quizvraag

01:14
Hoeveel kassa's heeft de winkel?
A
26
B
200
C
8000
D
20

Slide 7 - Quizvraag

01:52
Hoeveel wisselgeld zit er in de kluis?
A
74 euro
B
470 euro
C
4 euro
D
47 euro

Slide 8 - Quizvraag

03:18
Hoe vroeg staat hij op dag 2 op?
A
kwart voor 5
B
kwart over 5
C
even na vijven
D
even voor vijven

Slide 9 - Quizvraag

03:50
Wat moet hij doen voordat hij aan de kassa gaat zitten?
A
vrachtwagens leegmaken
B
geld tellen
C
vakken vullen
D
de winkel inspecteren

Slide 10 - Quizvraag

05:38
Hoeveel procent van de Duitsers betaalt in de supermarkt nog contant? (= mit Bar Geld)
A
80
B
78
C
7
D
15

Slide 11 - Quizvraag

06:28
Hoe voelt hij zich na een paar uur aan de kassa?
A
Hij heeft hoofdpijn
B
Alsof hij bij een toernooi zit
C
Ontspannen
D
Alsof hij in een tunnel zit

Slide 12 - Quizvraag

Maak het huiswerk (liefst online) 
Kijk in de ELO welke opgaven je moet maken

Slide 13 - Tekstslide