1.18 - Spreken

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t, havo, vwo
• Leerjaar 1

Spreken

Luister naar de volgende tekst:

Wat valt je op in dit stukje?

vms.thiememeulenhoff.nl

Leestekens in een tekst:

• komma:  geeft een pauze aan
• vraagteken: geeft een vraag aan
• uitroepteken: geef een uitroep aan

vb: Anne, Marie en Mustafa zitten gezellig in een café.

of:  Annemarie en Mustafa zitten gezellig in een café.

Wat gebeurt er met je stem?

• punt: Je stem gaat iets omlaag
• vraagteken: Je stem gaat iets omhoog
• uitroepteken: Je stem wordt iets luider (bozer/enthousiaster)
• komma: je pauzeert even voor je verder gaat
• beletselteken ...: je wacht even, houdt je adem in om de spanning op te bouwen.

in tweetallen:

Doe samen de opdrachten 69, 70 en 71

(5 minuten)

Direct en indirecte rede

Yfke schreeuwde dat zij eigenlijk nooit boos wordt, maar dat ze het nu wel is.

Yfke schreeuwde: "Ik ben eigenlijk nooit boos, maar nu ben ik het wel!"

maak opdr 73

maak opdr 73

1. indirecte rede
2. directe rede
3. indirecte rede
4. directe rede
5. directe rede

maak opdr 73

1. "Scheidsrechter, jij kan echt niet fluiten," riepen de supporters tijdens de wedstrijd.
2. Oma zei dat ze helemaal geen zin had om te gaan klaverjassen.
3. "De reparatie van de auto is nogal duur," zei Jaap.
4.  Ik vroeg me af welke bus ik naar huis moet nemen na het einde van de voorstelling.
5. Jop vroeg wanneer we weer pepernoten kunnen kopen.

huiswerk:

opdr opdr 74