§5.2 Polaire en apolaire stoffen

Oplossen en mengen
Polaire en apolaire stoffen
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Oplossen en mengen
Polaire en apolaire stoffen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je leert over polaire atoombindingen
  • Je leert over de ruimtelijke bouw van dipoolmoleculen.
  • Je leert over polaire en apolaire stoffen.

Slide 2 - Tekstslide

Polaire atoombinding
  • Atoombinding: twee atomen hebben een of meerdere gemeenschappelijke elektronenparen
  • Polaire atoombinding: beide atomen trekken niet even hard aan het gemeenschappelijke elektronenpaar. Beide hebben een partiële lading, weergegeven met δ en δ+
  • Bij zouten heb je het over een ionbinding

Slide 3 - Tekstslide

Dipoolmoleculen en polaire stoffen
  • Stoffen die uit dipoolmoleculen bestaan heten polaire stoffen. 
  • Een stof met moleculen die geen dipool zijn, is een apolaire stof.
  • Alkanen zijn altijd apolair of er moeten één of meer waterstofatomen zijn vervangen door een ander atoom.

Slide 4 - Tekstslide

Dipool-dipool binding
Dipool-dipool binding is sterker dan bindingen tussen de moleculen van een apolaire stof.

Slide 5 - Tekstslide

Ruimtelijke bouw en dipool
Gebruik hiervoor BInas tabel 55.
Er is sprake van een dipoolmolecuul als in het molecuul polaire bindingen aanwezig zijn en de ruimtelijke bouw de effecten van de polaire bindingen niet opheft.

Slide 6 - Tekstslide

Nabespreken
  • Je leert over polaire atoombindingen
  • Je leert over de ruimtelijke bouw van dipoolmoleculen.
  • Je leert over polaire en apolaire stoffen.

Slide 7 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je geleerd hebt deze les

Slide 8 - Open vraag

Stel een vraag over iets wat je nog graag wilt weten

Slide 9 - Open vraag

Ga aan de slag in het boek met opgaven: .....

Slide 10 - Tekstslide