Hoofdstuk 3 het grootboek

Hoofdstuk 3 het grootboek
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfsadministratieMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 3 het grootboek

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Een debiteur is een afnemer
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Als ik een factuur ontvang bij de goederen wordt de post crediteuren hoger
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quizvraag

noem de twee hulprekeningen van het eigen vermogen

Slide 5 - Open vraag

Als ik een creditnota verstuur veranderen er drie posten op de balans. Welke is NIET juist
A
debiteuren
B
bank
C
eigen vermogen
D
voorraadgoederen

Slide 6 - Quizvraag

Welke stelling is onjuist. Als ik per kas verkoop
A
neemt voorraad goederen af
B
daalt debiteuren
C
stijgt de kas
D
stijgt het eigen vermogen

Slide 7 - Quizvraag

hoofdstuk 2

Slide 8 - Tekstslide

het grootboek
Niet elke keer een nieuwe balans.
Daarom grootboekrekeningen.     
Vroeger op een losse kaart in        
een boek.                                                
Een grootboekrekening is de weergave van alle debet- en creditboekingen van een bepaalde soort: links de debetboekingen en rechts de creditboekingen.

Slide 9 - Tekstslide

scrontrovorm voorbeeld vanaf pagina 54
voorbeeld vanaf pagina 56
En uiteraard moeten de debetzijden en creditzijden gelijk zijn aan het balanstotaal. 

Slide 10 - Tekstslide

veranderingen in de grootboekrekeningen
Boekingsregels

Slide 11 - Tekstslide

stappenplan boeken mutaties

Slide 12 - Tekstslide

alles in een schema
voorbeeld vanaf pagina 60

Slide 13 - Tekstslide

reminder docent:-)
Wijs op het overzicht dat je op It's learning hebt geplaatst!!

Slide 14 - Tekstslide

next week
leren tot 3.4
lezen vanaf 3.4
maken kennisvragen, daar heb je het hele hoofdstuk voor nodig, 7 en 8 hoef je niet te doen.
maken 1-2(a niet)-4-5(a niet)

Slide 15 - Tekstslide

hoe ziet een balans eruit:
gebruik de volgende begrippen:

vaste activa, debiteuren, vlottende activa, eigen vermogen, debet, credit, hypotheek, crediteuren, activa, passiva, waar komt het geld vandaan, waar heb ik het geld aan uitgegeven.

Slide 16 - Tekstslide

veranderingen in de grootboekrekeningen
Boekingsregels

Slide 17 - Tekstslide

alles in een schema

Slide 18 - Tekstslide

Hulprekeningen van het eigen vermogen 3.4 
Welke twee rekeningen kennen we al?
  • kosten
  • winst
Er is nog een hulprekening namelijk:
  • privé
privéopname: als je geld uit de onderneming haalt.
privéstortingen: als je geld in de onderneming stort.
of spullen bijvoorbeeld een printer 

Slide 19 - Tekstslide

Als je aparte grootboekrekeningen gebruikt voor kosten, opbrengsten en privé dan kun je eenvoudig zien wat de oorzaken zijn van de veranderingen van het eigen vermogen.
voorbeeld op pagina 63
we gaan door met het voorbeeld op pagina 64. Hou de boekingsregels bij de hand. Regels 5 t/m 8 gaan we nu gebruiken. 
Let op:
regel 5 en 6 was in hoofdstuk 2 een rekening namelijk brutowinst!

Slide 20 - Tekstslide

next week

kennisvragen indien nog niet gemaakt.
opdrachten 6-7
let op de instructie vanaf opdracht 8!!
8-9-14-15

Slide 21 - Tekstslide