02- Present Simple and Continious

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today
  • You will learn how to use the present simple and present continuous.
  • You will have practiced these tenses.
  • A quick listening Test.
  • Nu Engels?!

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

I have enrolled in Nu Engels.
A
Yes
B
No
C
Wha?

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

The Tenses
Verb tenses tell us how an action relates to the flow of time.

(Verb = Werkwoord)

I study.
I am studying.
I studied.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sentences

    We play football every Tuesday night.
    He does exercises every week.
    We are watching a movie at my house.
    I am taking a university test.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Examples
Things which are always true:

    Water boils at 100 degrees.


Things which are happening at the moment of speaking:

    The water is boiling now, so you can put in the pasta.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

How?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

When do we use the present simple?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

I always ... to the pub on Sunday.
A
walk
B
walks
C
walked
D
walkd

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

The present continuous is...
A
happening now.
B
happening over a longer time.
C
to be + verb + ing.
D
all of the above.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk hulpwerkwoord gebruik je bij de present continuous?
A
to have
B
to be
C
to do
D
to can

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

present continuous
We ......... (watch) a film.
A
were watching
B
are watching
C
watch
D
watched

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present continuous:
A
We are eating lunch at the cafeteria.
B
They have eaten lunch at the cafeteria before.
C
She ate lunch at the cafeteria.
D
He has eaten lunch at the cafeteria.

Slide 22 - Quizvraag

Present continuous
1. aan te geven dat iets NU aan de gang is. Signaalwoorden zijn o.a: "now, at the moment, listen..." enz.
2. aan te geven dat je iets van plan bent. Meestal staat er bij wanneer je in de toekomst dat van plan bent.
3. irritatie aan te geven
Maak de present continuous door: vorm van 'to be' (am/is/are) + ww+ ing
Susanne is singing right now
Tasks
Teams - Kanaal English:

Present Simple or Present Continuous?

Fill in the form.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Warm Up:

Work in groups. Share information on how you use computers in your free time. Compare answers with other groups and make a list of uses for your class.



timer
1:00

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Listening
You are going to hear four people talk about how they use computers. Before you listen, try to predict the uses they describe.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Now listen to the recordings and note the actual uses
described.
1 teacher
2 uni student
3 Louise
4 Artist

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Now listen to the recordings and note the actual uses
described.
1 teacher
2 uni student
3 Louise
4 Artist

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1 How does the story-telling program encourage children to work together?
2 In what way is the children's reaction to this program different from other uses they make of computers?
3 What is the OU student studying?
4 What opportunity has she to meet other students?
5 What can you do with Pets 3?
6 What does Louise do with clipart?
7 How did the artist display work to dealers in the past?
8 What is the difficulty in selling through a Website?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1 the more children involved, the more
interactive the program becomes
2 the computer doesn't get in the way of
learning, it's simply a tool
3 maths

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4 face to face at tutorials, through help group
on line
5 adopt a pet, name it, feed it, take its picture
6 makes cards for her friends
7 using slides
8 getting people to visit your site

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Describe how you use computers in your study and in your free time. (150 – 200 words)

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

How did it go?
😒🙁😐🙂😃

Slide 34 - Poll

Deze slide heeft geen instructies