B/K 2 woordbenoemen LW WW ZNW BN TW VZ

Welke is het werkwoord?
A
over
B
bloemen
C
stoel
D
gegaan
1 / 19
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welke is het werkwoord?
A
over
B
bloemen
C
stoel
D
gegaan

Slide 1 - Quizvraag

* werkwoorden zijn doewoorden

* je checkt met ik.....
                              hij.....
                              wij....

* Let op splitsbare werkwoorden! 
                              check met ik......
                              opbellen.... Ik bel jou op.
                              


Slide 2 - Tekstslide

Welke is het lidwoord?
A
onder
B
ver
C
een
D
ze

Slide 3 - Quizvraag

* lidwoorden: er zijn er maar 3!

* de
* het
* een

Slide 4 - Tekstslide

Welke is het zelfstandig naamwoord?
A
twee
B
zitten
C
liefde
D
naar

Slide 5 - Quizvraag

* woorden voor mensen,  dieren, dingen 

* namen!

* je kunt er een lidwoord voorzetten: de - het - een

* je kunt het NIET weglaten

Slide 6 - Tekstslide

Welke is het bijvoeglijk naamwoord?
A
ijzeren
B
hij
C
verstaan
D
het

Slide 7 - Quizvraag

* bijvoeglijk naamwoord: het zegt iets meer over een znw

* je kunt het WEL weglaten 

* de ............ appel

Slide 8 - Tekstslide

Welke is het voorzetsel?
A
tussen
B
paard
C
vieze
D
staan

Slide 9 - Quizvraag

VOORzetsels zet je VOOR..

* je zet het voor ............ de kastjes

* je zet het voor ............ het feest

Slide 10 - Tekstslide

Welke is het telwoord?
A
op
B
maan
C
hand
D
enige

Slide 11 - Quizvraag

telwoorden:

*getallen

* woorden die een hoeveelheid zijn. Je kunt ze vervangen door 2 of 2e

Slide 12 - Tekstslide

WW?
A
computer
B
smeerde
C
dezelfde
D
de

Slide 13 - Quizvraag

LW?
A
het
B
in
C
riem
D
achter

Slide 14 - Quizvraag

ZNW?
A
regenbui
B
douchen
C
honderd
D
hem

Slide 15 - Quizvraag

VZ?
A
hij
B
bol
C
na
D
is

Slide 16 - Quizvraag

BN?
A
gitaar
B
grappige
C
boosheid
D
derde

Slide 17 - Quizvraag

Welke woordsoort vind je nog moeilijk om te vinden?

Slide 18 - Open vraag

TW?
A
paste
B
verder
C
enkele
D
tafels

Slide 19 - Quizvraag