§3.2 Temperatuurverschillen op aarde (H/V)

§3.2 Temperatuurverschillen op aarde
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

§3.2 Temperatuurverschillen op aarde

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van de les
- Je kunt uitleggen wat de functie van de atmosfeer is. 
- Je kunt beschrijven waarom er op aarde een leefklimaat is.
- Je kunt de invloed van de stand van de zon op de temperatuur benoemen.
- Je kunt de invloed van de stand van de geografische breedte op de temperatuur benoemen.
- Je kunt de gemiddelde dagtemperatuur van een bepaalde plaats berekenen.

Slide 2 - Tekstslide

Atmosfeer
- Nooit te koud, nooit te warm
- Goed om te leven
- Leefbare luchtlaag
- Zonnestralen verwarmen het aardoppervlak

Slide 3 - Tekstslide

Hoe hoger hoe kouder
Elke km omhoog is 6 graden kouder.

Dus elke 100 meter omhoog is 0,6 graden in temperatuur omlaag.

Slide 4 - Tekstslide

Vanaf de voet van de berg kom je dan achtereenvolgens:
--> loofbomen (met blaadjes) 
--> naaldbomen (met naalden) 
--> bergweide
tegen. 
--> Helemaal boven in de bergen groeit er niets. Daar zijn de rotsen kaal en ligt er eeuwige sneeuw.

Slide 5 - Tekstslide

1. Stel, je bent op vakantie in Chili en je maakt een bergtocht. Je begint in San Pedro de Atacama . 
- Hoe hoog ligt de top?....... m.
- Op welke hoogte ligt San Pedro de Atacama?......m.

Slide 6 - Tekstslide

2. Wat is de temperatuur in San Pedro Atacama? ......... graden celcius

Slide 7 - Tekstslide

3. Lees deze twee uitspraken.
'Lekker weer voor een mooie wandeling. Gelukkig heb ik mijn korte broek aan.'

'Het wordt een koude tocht. Ik trek mijn dikke trui aan.'

Welke uitspraak is slimmer?
En waarom?

Slide 8 - Tekstslide

Per 100 meter stijging wordt het ..?.. graden kouder
A
0.6 graden
B
6 graden
C
60 graden
D
helemaal niet

Slide 9 - Quizvraag

Per 1000 meter stijging wordt het ..?.. graden kouder
A
0.6 graden
B
6 graden
C
60 graden

Slide 10 - Quizvraag

Bereken de temperatuur op de verschillende hoogtes in de tekening.

Slide 11 - Tekstslide

De stand van de zon
- Zon in de middag op z'n hoogste punt. Dan het krachtigst.
- Stralen dan rechter op aarde, dus hogere kracht.
- In de ochtend straling schuiner op het aardoppervlak, daardoor minder krachtig.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Maximum- en minimum temperatuur
Elke dag worden de hoogste (maximum) en laagste (minimum) temperaturen gemeten.

Deze gegevens worden gebruikt om de gemiddelde temperatuur te meten. En dus uiteindelijk gebruikt voor het bepalen van het klimaat.

Slide 14 - Tekstslide

Van de evenaar tot de pool
- op elke breedteligging is de stand van de zon anders.

- op de evenaar staan ze loodrecht, hierdoor altijd warm.

- meer naar het noorden en naar het zuiden staan de zonnestralen schuiner, daardoor groter oppervlak verwarmen.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide