Renaissance en humanisme

tijdvak 5 - Ontdekkers en hervormers
1500 - 1600

nieuw tijdvak
einde middeleeuwen, begin 
vroegmoderne tijd
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

tijdvak 5 - Ontdekkers en hervormers
1500 - 1600

nieuw tijdvak
einde middeleeuwen, begin 
vroegmoderne tijd

Slide 1 - Tekstslide

we gaan door naar een nieuw tijdvak, maar ook naar een nieuwe periode in de geschiedenis.
wat zijn de verschillen?

Slide 2 - Tekstslide

tijdvak 3 en 4 - middeleeuwen
500 - 1500
  • landbouw samenleving; aan het einde van de middeleeuwen nam de handel weer toe en ontstond een landbouw stedelijke samenleving
  • kerk was zeer machtig; iedereen in Europa was christelijk (memento mori - gedenk te sterven!)
  • Vorsten kregen aan het einde van de middeleeuwen weer meer macht; centralisatie

Slide 3 - Tekstslide

tijdvak 5 - Renaissance/ vroegmodern
1500-1600
  • landbouw stedelijke samenleving
  • ontdekkingsreizen
  • bovenlaag van de samenleving wil zélf nadenken
  • de klassieke oudheid als voorbeeld
  • in Europa is iedereen christelijk, maar wel Reformatie
  • Nederlandse Opstand

Slide 4 - Tekstslide

Tijdvak 5  - Ontdekkers en hervormers 
1500 - 1600


De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid
&
Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling

Slide 5 - Tekstslide

Lesdoelen
  • je kunt uitleggen wat de renaissance inhoudt en waardoor die juist in Italië ontstond
  • je kunt uitleggen wat er verandert aan het mensbeeld in de renaissance 
  • je kunt uitleggen wat er verandert aan het wereldbeeld in de renaissance
  • je kunt uitleggen wat het nieuwe mens- en wereldbeeld te maken heeft met de klassieke Oudheid
  • je kunt uitleggen wat humanisten zijn
  • je kunt uitleggen wat een homo universalis is

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Noord-Italiaanse stadstaten
15e eeuw -  Italië is nog geen land
In het noorden van Italië lagen veel onafhankelijke stadstaten die aan het einde van de middeleeuwen rijk waren geworden van de handel. 
In deze stadstaten ontstond de renaissance, maar waarom?

Slide 8 - Tekstslide

Renaissance
ontstaat in de 15e eeuw in de Noord-Italiaanse stadstaten, oorzaken:

  • Bloeiende handel zorgde voor veel rijkdom
  • In Italië waren nog veel oude Romeinse gebouwen 
  • In de Italiaanse bibliotheken waren nog veel klassieke geschriften 

Wat ook hielp: de val van Constantinopel (hoofdstad van het Oost Romeinse Rijk) , waardoor handelaren en geleerden naar Italië vluchtten en allerlei klassiek Romeinse geschriften meenamen

Slide 9 - Tekstslide

Vanaf 1000 bloeide Europa op. Er was (1) meer veiligheid, (2) een toename van de handel en (3) werd een christelijke eenheid onder gezag van de paus.

Wat zien we daar onder anderen van? Kruistochten (behalve naar het Heilige Land ook naar het oosten om de slavische volkeren te bekeren. daarnaast ook de bevrijding van het Iberisch schiereiland op de moslims). Opkomst handelssteden (Vlaanderen, Hanze en Noord-Italië). Kortom Europa was niet meer naar binnen gericht maar had haar blik ook op de rest van de wereld gericht.

Slide 10 - Tekstslide

Renaissance
In deze stadstaten ontstond bij rijke bovenlaag van handelaren en bankiers een nieuw levensgevoel.
  • Niet langer altijd alleen maar luisteren naar Kerk + koning;  zelf nadenken!
  • Genieten van leven op aarde én niet alleen maar denken aan leven na de dood. Waarom zouden we niet genieten van onze rijkdommen op aarde?! 

De Romeinen deden dit eeuwen geleden ook al, dus goed voorbeeld! 
Renaissance = wedergeboorte van klassieke oudheid

klassiek = zoals de Grieken en de Romeinen deden in tijdvak 2

Slide 11 - Tekstslide

Renaissance
Motto van de middeleeuwen = memento mori
Motto renaissance = carpe diem.

Er ontstond een nieuwe belangstelling voor klassieke oudheid (= tijd van Grieken + Romeinen)

Humanisten waren belangrijk,  zij bestudeerden op kritische wijze klassieke teksten, hadden discussies over politiek en durfden zelfstandig na te denken

memento mori = gedenk te sterven (want als je dat maar vaak genoeg doet, dan ga je vanzelf goed leven volgens de Bijbel, want je wil natuurlijk wél naar de Hemel)
carpe diem = pluk de dag (geniet van het leven!)

Slide 12 - Tekstslide

Homo Universalis
Voor rijke burgers wordt  kritische denkhouding de basis
Hieruit ontstaat: de homo universalis 
Homo universalis = breed geschoolde kunstenaar/wetenschapper die al zijn talenten gebruikt.
Leonardo Da Vinci is goed voorbeeld van homo universalis! 
Hij kon schilderen, deed anatomisch onderzoek, ontwierp helicopters en tanks etc. 
Hij was van alle markten thuis en daarmee voorbeeld voor andere mannen.

Slide 13 - Tekstslide

Mona Lisa geschilderd door Leonardo da Vinci

Slide 14 - Tekstslide

Anatomische studies verricht door Da Vinci.
Da VInci sneed zelf lijken open om te kunnen onderzoeken hoe het menselijk lichaam in elkaar zit.  Hij maakte zelf ook aantekeningen zoals je op dit blad kunt zien. Maar omdat hij bang was dat andere mensen zijn informatie zouden stelen, maakt hij zijn aantekeningen in spiegelschrift

Slide 15 - Tekstslide

Da VInci maakte ook een ontwerp voor een soort tank, eeuwen voor de eerste tanks echt in gebruik werden genomen tijdens WOI

Slide 16 - Tekstslide

het ontwerp dat Da Vinci maakte voor een helikopter met behulp van een luchtschroef. 
De eerste echte helikopter werd voor het eerst gebruikt in 1907.
Het ontwerp van Da Vinci heeft nooit echt gevlogen; de constructie is te zwaar om te kunnen opstijgen.

Slide 17 - Tekstslide

Wetenschappelijke belangstelling
Dankzij boekdrukkunst verspreidde de nieuwe renaissance ideeën over  Europa, vooral via handelscontacten
Kritische denkhouding van humanisten  was basis voor nieuwe wetenschappelijke belangstelling die ontstond. 
Mensen begonnen weer zelfstandig na te denken, in plaats van altijd te luisteren naar Kerk  + koning. 
De wetenschappelijke manier van denken was niet nieuw, de Griekse filosofen waren er mee begonnen. Maar in de middeleeuwen was het vooral de Kerk geweest die bepaalde over welke onderwerpen zelf mochten nadenken

Slide 18 - Tekstslide

Ander mens- en wereldbeeld
In de renaissance verandert het mensbeeld,  jij als individu (eigen persoon) bent belangrijk, niet grote groepen van mensen (iedereen in de kerkgemeenschap/stad etc)
Geloof is niet meer allesbepalend,  elite is ook niet alleen maar bezig met het leven na de dood (want Carpe diem!). Mensen gaan zelf nadenken.

Hierdoor meer interesse in leven op aarde en (werking van) natuur, er ontstaat een ander wereldbeeld

Slide 19 - Tekstslide

Lesdoelen
  • je kunt uitleggen wat de renaissance inhoudt en waardoor die juist in Italië ontstond
  • je kunt uitleggen wat er verandert aan het mensbeeld in de renaissance 
  • je kunt uitleggen wat er verandert aan het wereldbeeld in de renaissance
  • je kunt uitleggen wat het nieuwe mens- en wereldbeeld te maken heeft met de klassieke Oudheid
  • je kunt uitleggen wat humanisten zijn
  • je kunt uitleggen wat een homo universalis is

Slide 20 - Tekstslide

Gebruik de bron Twee conclusies over het boek van Leonardo Bruni:
- Bruni keurt een politieke ontwikkeling uit de late middeleeuwen af.
- Bruni loopt vooruit op een culturele ontwikkeling in de tijd van de renaissance.

Leg beide conclusies uit, waarbij je je antwoord telkens ondersteunt met een verschillend kenmerkend aspect.
Let op: je mag een kenmerkend aspect maar één keer gebruiken.

Slide 21 - Open vraag

Tijdvak 5  - Ontdekkers en hervormers 
1500 - 1600


De hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke oudheid
&
Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling

Slide 22 - Tekstslide

Lesdoelen
  • je kent de kenmerken van de klassieke kunst en kunt die herkennen in gebouwen, 
  • je kent kenmerken van de klassieke kunst  en kunt die herkennen in schilderijen en beelden
  • je weet waarom kunstenaars meer (zelf)portretten maken en hun werk signeren

Slide 23 - Tekstslide

Renaissance 
Bij klassieken stond individu (jij als eigen persoon) centraal
Klassieke erfgoed wordt voorbeeld voor rijke burgers en kunstenaars

Slide 24 - Tekstslide

Renaissance, architectuur 
De klassieken worden voorbeeld voor architecten 
Dat betekent in de praktijk:
  • gebruik  van zuilen
  • gebruik van koepels
  • symmetrie in de plattegrond van gebouw en gevels

Slide 25 - Tekstslide

Bramante - Tempietto 
Alberti - Santa Maria Novella 

Slide 26 - Tekstslide

Villa Rotonda
Duomo

Slide 27 - Tekstslide

Renaissance, beeldende kunst 
De klassieken worden voorbeeld voor beeldend kunstenaars 
Dat betekent in de praktijk:
  • naast christelijke onderwerpen ook mythologische onderwerpen 
  • Kunstenaars probeerden hun werk zo "echt" mogelijk te maken door gebruik van perspectief, aanbrengen van details en anatomisch correcte weergave menselijk lichaam

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Da Vinci - Dame met hermelijn
Michelangelo -  plafond Sixtijnse Kapel

Slide 30 - Tekstslide

Michelangelo - David

Slide 31 - Tekstslide

Mens centraal in Gods schepping
humanisten vonden: Mens staat centraal in Gods schepping
daarom in de renaissance veel meer zelfportretten en het signeren van kunst.

Slide 32 - Tekstslide

Zelfportret Leonardo da Vinci
Zelfportret Ghiberti

Slide 33 - Tekstslide

Federico da Montefeltro en zijn vrouw Battista Sforza

Slide 34 - Tekstslide

Lesdoelen
  • je kent de kenmerken van de klassieke kunst en kunt die herkennen in gebouwen, 
  • je kent kenmerken van de klassieke kunst  en kunt die herkennen in schilderijen en beelden
  • je weet waarom kunstenaars meer (zelf)portretten maken en hun werk signeren

Slide 35 - Tekstslide

voor alle zekerheid volgt hierna een kort filmpje met uitleg over de renaissance

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Video

Middeleeuwen of Renaissance?

"Ik ben kritisch en leergierig"
A
Middeleeuwen
B
Renaissance

Slide 38 - Quizvraag


A
Middeleeuwen
B
Renaissance

Slide 39 - Quizvraag


A
Middeleeuwen
B
Renaissance

Slide 40 - Quizvraag


A
Middeleeuwen
B
Renaissance

Slide 41 - Quizvraag


A
Middeleeuwen
B
Renaissance

Slide 42 - Quizvraag


Vooral aandacht voor leven na de dood.

A
Middeleeuwen
B
Renaissance

Slide 43 - Quizvraag

Wanneer is de periode van de Renaissance?
A
1500-1600
B
1400-1530
C
17e eeuw
D
1300-1450

Slide 44 - Quizvraag

Welke uitdrukking past bij de Renaissance?
A
Carpe diem
B
Ora et labora
C
Memento Mori
D
Bid en werk

Slide 45 - Quizvraag

Wat is geen oorzaak voor het ontstaan van de renaissance?
A
rijke kooplieden in Italiaanse stadsstaten
B
Italiaanse handelaren gingen naar het Oosten
C
belangstelling voor romeinse gedichten etc.
D
ontkerkelijking

Slide 46 - Quizvraag


Gebruik de bron
Dit beeld stelt David voor, een figuur uit de Bijbel. Dit beeld is gemaakt aan het begin van de Tijd van ontdekkers en hervormers.

➤Waarom past dit beeld zo goed bij de ideeën van de Renaissance? 


Gebruik de bron 

A
Het is een beeld dat bij een Bijbelverhaal hoort. In de Renaissance waren de Kerk, de Bijbel en het christendom belangrijker dan tijdens de Middeleeuwen.
B
Kunstenaars uit de Renaissance wilden net zulke kunst maken als kunstenaars in de Oudheid. Dit beeld ziet er uit als een écht mens, net als beelden uit de Tijd van Grieken & Romeinen.
C
David leefde in Noord-Italië, waar de Renaissance begon.
D
David leefde in de Oudheid. In de Renaissance was er veel aandacht voor de Oudheid.

Slide 47 - Quizvraag

zelf verder werken
lees §5.1 
maak opdracht 2 en 5

Slide 48 - Tekstslide