thema 8 je leeft samen b 1 tm 3

thema 8 je leeft samen 
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

thema 8 je leeft samen 

Slide 1 - Tekstslide

wat zijn specifieke eigenschappen (karakter) van jou

Slide 2 - Woordweb

leerdoelen
  • Je kunt culturen, subculturen omschrijven 
  • Je kunt uitleggen wat gedrag is en waardoor gedrag wordt veroorzaakt
  • Je kunt uitleggen wat het verschil in gedrag tussen mensen en dieren is
  • Je kunt omschrijven wat sociaal gedrag is
  • Je kunt omschrijven wat een comminucatiestoornis is 
  • Je kunt het verschil tussen uitstraling en uiterlijk uitleggen.
  • Je kunt uitleggen wat het verschil tussen pesten en plagen is 
  • Je kunt omschrijven wat vandalisme is

Slide 3 - Tekstslide

Vespreiding van culturen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Iedereen is anders


 

Iedereen is een individu, je bent een uniek persoon. Ook ben je een sociaal iemand. Je leeft tussen en met andere mensen. De grote groep mensen waarin je samen leeft noem je een cultuur.
Je woont bijv. in de Nederlandse cultuur. Binnen een cultuur kan ook een subcultuur ontstaat. bijv. dat je bij een groepje mensen hoort die zich dan weer hetzelfde gedraagt. Zoals een groepje Go Ahead Eagles Supportes, dat is een subcultuur.

Slide 6 - Tekstslide

Gedragsregels 

Iedere cultuur heeft gedragsregels. Dat zijn regels hoe je hoort te gedragen. 
Normen: dit zijn gedragsregels waarvan iedereen vindt dat je daar aan moet houden. Dus wees aardig, hoe gedraag je bij je familie, je mag niet stelen enz. 
Waarden: is wat je belangrijk vindt, bijv. eerlijkheid, respect voor anderen, rechtvaardigheid en vrijheid vindt je belangrijk 

Slide 7 - Tekstslide

Met wie je omgaat, hangt af van waarden en normen.
Wat geven waarden aan?

A
Ze geven aan wat jij belangrijk vindt.
B
Ze geven aan wat jij juist wel of niet doet.
C
Ze geven aan wat je belangrijk vindt en juist wel of niet doet.

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een norm

Slide 9 - Open vraag

Tot welke subcultuur behoor je ?
A
Gothics
B
Kakkers
C
Sporters
D
Nerds

Slide 10 - Quizvraag

Wat is gedrag 
Alles wat een mens of dier doet is gedrag. Bijv. kijken, lachen.
Gedrag van mensen en dieren lijken veel op elkaar. 
Mensen en dieren vangen prikkels op uit hun omgeving. Een prikkel kan van alles zijn, geur, geluid of iets wat je proeft. Zintuigen reageren op prikkels. 
De reactie die je geeft op op een prikkel heet de respons. 
Gedrag bestaat uit handelingen die samenhangen. 

Slide 11 - Tekstslide

Het gedrag van een politiehond is:
A
Natuurlijk gedrag
B
Aangeleerd gedrag

Slide 12 - Quizvraag

Een hond kwispelt als hij een andere hond ziet.
A
Wel gedrag
B
Geen gedrag

Slide 13 - Quizvraag

Een prikkel kan ervoor zorgen dat er een (reactie) respons komt

A
ja
B
nee

Slide 14 - Quizvraag

Noem 3 voorbeelden van gedrag

Slide 15 - Open vraag

Ben jij sociaal? wat heb je dan gedaan?

Slide 16 - Woordweb

sociaal gedrag 
Gedrag waarbij je rekening houdt met anderen is sociaal gedrag. Dit gedrag leer je. Sociaal gedrag leer je ook door te spelen, je leert met soortgenoten om te gaan. 
Soms zijn er dieren die niet in de groep leven, deze dieren leven solitair. 

Slide 17 - Tekstslide

territoriumgedrag 
Veel diersoorten hebben een eigen leefgebied. In dat gebied laten ze geen andere dieren toe, zo'n eigen gebied noemen we territorium. 
Vooral mannetjes bewaken hun territorium. Dit wordt gedaan door vechten. 
Mensen bakenen ook hun territorium af. bijv. met een hek in de tuin 

Slide 18 - Tekstslide

Rangorde 
Een groep wolven of honden heet een roedel. Een groep runderen heet een kudde. De groep wordt geleid door het sterkste mannetje, daarnaast is er ook een dominant vrouwtje. (dominant = overheersend). De andere dieren in de groep zijn onderdanig. De volgorde van dominant tot onderdanig noem je rangorde. Mensen hebben ook rangorde, denk aan een directeur, teamleiders en arbeiders 

Slide 19 - Tekstslide

Wat is dominant gedrag
A
De poes loopt te spinnen
B
Een zebra voedt haar jong
C
Een tijger vecht met een andere tijger

Slide 20 - Quizvraag

Territorium - Territoriumgedrag
Wat is NIET waar?

A
Een territorium is een eigen leefgebied
B
De grenzen van een territorium worden afgebakend
C
Vooral vrouwtjes bewaken het territorium
D
Het territorium wordt verdedigd door te dreigen en evt. te vechten is territoriumgedrag

Slide 21 - Quizvraag

Bekijk de chimpansees op de afbeelding hiernaast.

Van welk gedrag is hier sprake?

A
agressief gedrag
B
paringsgedrag
C
sociaal gedrag
D
vluchtgedrag

Slide 22 - Quizvraag

Bekijk de ratten op de afbeelding hiernaast.

Van welk gedrag is hier sprake?

A
agressief gedrag
B
paringsgedrag
C
sociaal gedrag
D
vluchtgedrag

Slide 23 - Quizvraag

Bonobo's zijn apen die elke ruzie of probleem goed maken met een vrijpartij. Bij de bonobo's wordt aardig wat afgesekst.

Hoe noem je dit gedrag?

A
Balts
B
Sociaal gedrag
C
Dreiggedrag
D
Territoriumgedrag

Slide 24 - Quizvraag

Vul in wat je deze les hebt geleerd

Slide 25 - Open vraag