Cursus 7 Spelling Par. 3 Laatste letter -d of -t

Welkom!
Op tafel heb je liggen:
  • Laptop: klaar om van start te     gaan. (Magister -> Leermiddelen -> Nieuw Nederlands KGT)
  • Eventueel schrift met etui
  • Werkboek
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Op tafel heb je liggen:
  • Laptop: klaar om van start te     gaan. (Magister -> Leermiddelen -> Nieuw Nederlands KGT)
  • Eventueel schrift met etui
  • Werkboek

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?

  • Lesdoelen bespreken
  • Terugblik vorige les
  • Opdracht met de laptop 
  • Tijd over? Start met het huiswerk
  • Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Je leert woorden spellen die eindigen op een -d of een -t.
 
§ 3 Laatste letter -d of -t

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik vorige les: Hoofdletters

Slide 4 - Tekstslide

Terugblik vorige les: Leestekens

Slide 5 - Tekstslide

Wanneer gebruik je hoofdletters?
A
Aan het begin van de zin.
B
Namen van mensen, landen en steden.
C
Aan het eind van de zin.
D
Als je gefeliciteerd schrijft.

Slide 6 - Quizvraag

Een goede zin heeft:
A
Hoofdletter(s), punten en soms andere leestekens
B
Hoofdletter(s)
C
Hoofdletter(s), punten
D
Punten

Slide 7 - Quizvraag


Zijn de hoofdletters en leestekens in de zin juist of onjuist toegepast?​

‘Hoeveel kosten deze schoenen?’ informeerde Roberts vader.​
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Achter welke zin hoort een vraagteken? ​

A
In de boeken Harry Potter wordt zwerkbal gespeeld​
B
Je moet de slurk door een ring gooien bij zwerkbal​
C
Is het niet lastig om op een bezem te vliegen​

Slide 9 - Quizvraag

Welk leesteken hoort er achter de zin?

Ik ben blij dat het bijna vakantie is

A
een punt
B
een uitroepteken
C
een vraagteken
D
niets

Slide 10 - Quizvraag

§ 3 Laatste letter -d of -t
Sommige woorden eindigen op een t-klank.
Zo’n woord schrijf je
  • soms met een -t: olifant, wit.
  • soms met een -d: paard, verwond.


Met de verlengproef weet je welke letter je moet gebruiken.



Slide 11 - Tekstslide

§ 3 Laatste letter -d of -t
Zo werkt de verlengproef



Controleer eerst of het woord de persoonsvorm is. Als het woord géén persoonsvorm is, maak je het langer door er -e, -en of -eren achter te zetten.
  • Hoor je een t? Schrijf dan een -t aan het eind:
– late → laat;
– boten → boot.
  • Hoor je een d? Schrijf dan een -d aan het eind:
– rode → rood;
– tanden → tand;
– kinderen → kind.


Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag met het
huiswerk
Leerdoelen voor deze paragraaf
Je leert woorden spellen die eindigen op een -d of een -t.

Cursus 7 Spelling
§ 3 Laatste letter -d of -t
Opdracht 1 t/m 6


Slide 13 - Tekstslide

Exit ticket
Hoe werkt de verlengproef?

Slide 14 - Open vraag

Fijne dag & tot de volgende les!
Pak je tas weer in &
blijf zitten tot de bel gaat.
Staat je huiswerk in je agenda?

Slide 15 - Tekstslide