5-3 Resultante kracht (5.2)

vorige les
  • herhaling;( de wetten van Newton)
  • krachten tekenen in een drichting (dimensie)
  • Toepassing van het begrip Nettokracht (resulterende kracht)
  • Huiswerk (11 t/m 32)

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

vorige les
  • herhaling;( de wetten van Newton)
  • krachten tekenen in een drichting (dimensie)
  • Toepassing van het begrip Nettokracht (resulterende kracht)
  • Huiswerk (11 t/m 32)

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • verschil tussen mssa en gewicht 
  • verschil tussen een krachtmeter, een balans en een veerrunster(weegschaal) 
  • begrip en berekenen dichtheid  
  • Fz vergelijken op twee palneten  
  • opwaarste kracht en de wet van Archimedes

Slide 2 - Tekstslide

voorbeeld; een blok op de tafel
teken "een blok op de tafel". Teken daarbij drie krachten, de zwaartekracht Fz, het gewicht FG en de normaalkracht  FN.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Krachten op een auto
             = duwkracht
             = wrijvingskracht

De duwkracht en wrijvingskracht zijn in de tegenovergestelde richting.                      is groter dan             dus                is naar rechts.


Fduw
Fw
Fduw
Fw
Fres

Slide 5 - Tekstslide

de eerste wet van newton
Als de duwkracht evengroot is als de wrijvingskracht, dan is de resultante kracht gelijk aan 0 N


Er is dan geen versnelling DUS
  • de auto staat stil OF
  • de auto heeft een constante snelheid 
Fduw=Fw
Fres=0N

Slide 6 - Tekstslide

Resultante kracht laat snelheid veranderen
Als de duwkracht groter is dan de wrijvingskracht, dan is de resultante kracht groter dan 0 N
               > 

Dan is er een versnelling in de 
richting van de resultante kracht.
         Dit staat ook bekend als de tweede wet van Newton
    Fduw
    Fw

    Slide 7 - Tekstslide

    Resultante kracht laat snelheid veranderen
    Als er geen duwkracht meer is, dan blijft alleen de wrijvingskracht over, en dan is de 
    resultante kracht in de 
    tegenovergestelde richting 
    dan de beweging

                               De auto gaat dus vertragen

      Slide 8 - Tekstslide

      ( massa en gewicht)  (balans -weegschaal) 
      • massa; de hoeveelheid stof in kg, m(kg)
      • gewicht FG; de kracht van een voorwerp op de ondergrond/ondersteuning (wegens de zwaartekracht)
      • met een weegschaal en een balans meet je de massa van een voorwerp. 
      • het verschil tussen een balans en een weegschaal? 

      Slide 9 - Tekstslide

      Dichtheid (formule)
      ρ=VmρV=mm=ρVV=ρm
      ρ=dichtheid(kg.m3ofm3kg)
      m=massa(kg)
      V=volume(m3)

      Slide 10 - Tekstslide

      8 belangrijke sommen 
      36; makkelijk Fnetto=0 a=0m/s2 v is constant Fz=Fw
      38; eeneheid begrip
      39 en 41; Fz=mg vergelijken voor twee planeten
      44; verschil tussen een balans en een weegschaal en Fz vergelijken op twee planten
      45; stof van hfd. 2  g= delta v/delta t
      47; begrip dichtheid moeilijk! v bol= 4/3 keer pi  r tot de derde 
      50; begrip opwaarste kracht de wet van Archimedes



      Slide 11 - Tekstslide

      doelen bereikt?
      • verschil tussen mssa en gewicht
      • verschil tussen een krachtmeter, een balans en een veerrunster(weegschaal)
      • begrip en berekenen dichtheid 
      • Fz vergelijken op twee palneten 
      • opwaarste kracht en de wet van Archimedes

      Slide 12 - Tekstslide

      Slide 13 - Tekstslide

      Slide 14 - Tekstslide

      Slide 15 - Tekstslide

      Maak opgaven 18 (blz 199)
      Think 
      Pair 
      Share
      timer
      2:00
      Goed nadenken 
      bij c

      Slide 16 - Tekstslide

      Antwoorden 18
      a) 600 N
      b) 0N
      c) 900N, omdat er een constante snelheid is

      Slide 17 - Tekstslide

      Maak opgaven 15 (blz 198)
      Think
      Pair
      Share


      timer
      2:00

      Slide 18 - Tekstslide

      Antwoorden opgaven 15
      a) Versnelling
      b) Stilstaand of een constante sneleheid
      c) Vertraging
      d) Beweegrichting laten veranderen

      Slide 19 - Tekstslide

      De resultante en de richting van de snelheid
      Een resultante kracht kan 
      • de beweegrichting laten versnellen als het in de richting van de beweging is,
      • laten vertragen als het in de tegenovergestelde richting van beweging is
      • Van richting laten veranderen (denk maar aan een windstoot van de zijkant)

      Slide 20 - Tekstslide

      Slide 21 - Video

      Slide 22 - Video

      Slide 23 - Video

      Maak opgaven 20 (blz 200)
      timer
      4:00

      Slide 24 - Tekstslide

      Slide 25 - Tekstslide

      De derde wet van Newton
      Een vliegtuig en raket hebben een straalmotor
      De aandrijving heeft iets te maken met de derde wet van Newton

      De straalmotor duwt verbrandingsgassen uit de motor (actie)
      De gasdeeltjes oefenen een even grote kracht maar in de tegengestelde richting op de straalmotor uit (reactiekracht)
      actie=reactie

      Slide 26 - Tekstslide

      Maak opgaven 24 (blz 201)
      Think
      Pair
      Share
      timer
      2:00

      Slide 27 - Tekstslide

      Slide 28 - Tekstslide

      Samenvatting:
      • Resultante kracht
                     - Resultante kracht = 0 dan is de snelheid 0 of constant
                     - Resultante kracht groter dan 0, dan is er versnelling in 
                         de richting van de kracht.
      • Derde wet van Newton
                    - actie = - reactie

      Slide 29 - Tekstslide

      Huiswerk volgend lesuur
      Leerling 3 van jullie groepje 
      gaat tijdens de volgende les 
      de tweede wet van Newton 
      uitleggen, dat is F = ma

      Slide 30 - Tekstslide