wk 34: les 1+2

Woensdag 19 augustus - V1b
Vandaag
Vijfde uur
  • Wat verwachten we van elkaar?
  • Planning periode 1
  • Start sprookje

Zesde uur
Start werkwoordspelling
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Woensdag 19 augustus - V1b
Vandaag
Vijfde uur
  • Wat verwachten we van elkaar?
  • Planning periode 1
  • Start sprookje

Zesde uur
Start werkwoordspelling

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de les...
...weet je wat de planning is voor periode 1.
...weet je welke kenmerken een sprookje kan hebben.

Slide 2 - Tekstslide

Wat verwachten we van elkaar?
Wat verwacht ik van jullie?
  • Mobiel = uit en in je tas
  • Steek je vinger op als je iets wilt zeggen, een persoon tegelijk aan het woord
  • Overleggen mag zachtjes op aangegeven momenten
  • Geen games, online shoppen, webwhatsapp etc.
  • Huiswerk = af en bij je
  • Elke les een leesboek bij je (we starten met 10 minuten stillezen)(@ATCleest)

Wat verwachten jullie van mij?

Slide 3 - Tekstslide

Planning periode 1
week 41    Schrijven en spelling: sprookje                       weging 3x  
week 46   Werkwoordspelling 1                                            weging  3x    
week 48   Fictie: Op Niveau blok 1 t/m 5 + Wonder      weging 2x  

Slide 4 - Tekstslide

Woordweb 'sprookjes'

Slide 5 - Tekstslide

Sprookje voorlezen

Slide 6 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Delen (met je buur): maak samen een top 5
  • Uitwisselen: we bespreken de opdracht klassikaal

Slide 7 - Tekstslide

Kenmerken sprookje
  • Oorspronkelijk uit de middeleeuwen (‘sproke’ = verhaal/vertelling)
  • Mondeling doorverteld, volksverhaal
  • “Er was eens…”, ‘En ze leefden nog lang en gelukkig.”
  • Bevatten een moraal of (levens)les
  • Bepaalde voorspelbaarheid
  • Magie (bijv. dieren of voorwerpen die kunnen praten)
  • Het getal 3, 7 of 12
  • Vaste structuur en opbouw (komen we op terug!)
  • Thema (bijv. volwassen worden, je afzetten tegen je ouders, op zoek gaan naar liefde, vriendschap of avontuur)

Slide 8 - Tekstslide

Kenmerken sprookje
  • Stereotype personages
  • Hebben een opdracht/doel, krijgt daarbij hulp
  • Slechte eigenschappen (bijv. hebzucht) worden bestraft
  • Goede eigenschappen (bijv. onzelfzuchtigheid, mededogen) worden beloond
  • Personages hebben vaak niet echt een naam (bijv. Roodkapje, Sneeuwwitje, Goudlokje)
  • Personages zijn niet diepgaand, maar hebben één kenmerkende eigenschap (goed of slecht)
  • Personages wonen ‘In een land hier ver vandaan..’, komen in onbekende gebieden terecht en beleven daar hun avonturen

Slide 9 - Tekstslide

Einde van deze les

Slide 10 - Tekstslide

Einde van deze les
Heb je de lesdoelen behaald?

Slide 11 - Tekstslide

Wat is je favoriete sprookje?
A
Roodkapje
B
Sneeuwwitje?
C
De drie biggetjes
D
Hans en Grietje

Slide 12 - Quizvraag