1mavo 8.1 Lijnsymmetrie en vlakke figuren

8.1 lijnsymmetrie en vlakke figuren
Deze les leer je wat lijnsymmetrie is.
Aan het einde van de les kan je symmetrieassen tekenen.
Aan het einde van de les weet je welke driehoeken lijnsymmetrisch zijn.
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

8.1 lijnsymmetrie en vlakke figuren
Deze les leer je wat lijnsymmetrie is.
Aan het einde van de les kan je symmetrieassen tekenen.
Aan het einde van de les weet je welke driehoeken lijnsymmetrisch zijn.

Slide 1 - Tekstslide

Introductie
Overal om ons heen is symmetrie. Mensen vinden symmetrie mooi. 
Mooie gebouwen en tuinen zijn vaak symmetrisch: 
de linker- en de rechterhelft zijn dan hetzelfde.

Slide 2 - Tekstslide

8.1 Lijnsymmetrie

Slide 3 - Tekstslide

Vouwlijn
Je kunt de vlinder dubbelvouwen over de rode stippellijn. De twee helften passen dan precies op elkaar. Dit noemen we lijnsymmetrie.

Slide 4 - Tekstslide


Welke figuren zijn lijnsymmetrisch?
A
Alleen het vliegtuig.
B
Alleen het verkeersbord.
C
Geen van beide.
D
Allebei.

Slide 5 - Quizvraag

Symmetrieassen
Sommige figuren hebben meerdere symmetrieassen.
                                                        Het logo van Mercedes heeft
                                                        drie symmetrieassen.

                                                         Als je een symmetrieas tekent dan
                                                         loopt deze altijd door de figuur heen
                                                         en stopt niet bij de rand.    

Slide 6 - Tekstslide

Hoeveel symmetrieassen
heeft deze figuur?
A
1
B
2
C
4
D
8

Slide 7 - Quizvraag

Uitleg
Er zijn 4 symmetrieassen. 
Dit kun je controleren door het spiegeltje op de symmetrieassen te zetten.

Slide 8 - Tekstslide

timer
0:40

Slide 9 - Sleepvraag

Is deze figuur symmetrisch?
timer
1:00
A
ja
B
Nee

Slide 10 - Quizvraag

In de tekening hiernaast zie
je vlakke figuren die met
rode lijken zijn verdeeld.
Hoe heten die rode lijnen?
timer
0:20
A
strepen
B
symmetrieassen
C
lijntjes
D
benen

Slide 11 - Quizvraag

Hoeveel symmetrie-assen heeft dit figuur denken jullie?
timer
0:20
A
1
B
3
C
4
D
6

Slide 12 - Quizvraag

Wat betekent lijnsymmetrie?
timer
0:30
A
een moeilijk woord voor hoeken berekenen.
B
twee helften zijn hetzelfde
C
een vergroting
D
een ander woord voor driehoek

Slide 13 - Quizvraag

Is deze figuur symmetrisch?
Zo ja, hoeveel symmetrieassen
zijn er?
timer
0:20
A
Geen symmetrie.
B
Ja, 1 symmetrieas
C
Ja, 2 symmetrieassen.
D
Ja, 3 symmetrieassen.

Slide 14 - Quizvraag

Is deze figuur symmetrisch? Zo ja, hoeveel symmetrieassen
zijn er?
timer
0:20
A
Geen symmetrie
B
Ja, 1 symmetrieas
C
Ja, 2 symmetrieassen
D
Ja, 3 symmetrieassen

Slide 15 - Quizvraag

Hoeveel symmetrieassen hebben deze borden?

bord 1
bord 2
bord 3

timer
0:30
1 symmetrieas
3 symmetrieassen
2 symmetrieassen
0 symmetrieassen

Slide 16 - Sleepvraag

timer
1:00
Wel symmetrieas(sen)
Geen symmetrieas(sen)

Slide 17 - Sleepvraag

Hoeveel symmetrie assen heeft dit figuur?
timer
0:20
A
2
B
4
C
6
D
8

Slide 18 - Quizvraag

Welke verkeersborden en wieldoppen 
zijn lijnsymmetrisch?
timer
0:40
lijnsymmetrie
geen lijnsymmetrie

Slide 19 - Sleepvraag

Hoeveel symmetrieassen
heeft een vierkant?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 20 - Quizvraag

Hoeveel symmetrieassen
heeft een rechthoek?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 21 - Quizvraag

Symmetrische driehoek 
Dubbelvouwen over de symmetrie assen, past precies
PQ = QR = PR
Hoek P = Hoek Q = Hoek R

3 benen even lang
3 hoeken even groot
Gelijkzijdige driehoek


Slide 22 - Tekstslide

symmetrische driehoek
gelijkbenige driehoek 
2 gelijke benen
basis en basishoeken
tophoek
1 symmetrieas

Slide 23 - Tekstslide

4a. Een symmetrische driehoek met twee gelijke zijden is een .............
A
gelijkbenige driehoek
B
gelijkzijdige driehoek
C
geen driehoek
D
cirkel

Slide 24 - Quizvraag

Vul het goede woord in.
Een symmetrische driehoek met drie gelijke zijden is een.............
A
gelijkbenige driehoek
B
gelijkzijdige driehoek
C
geen driehoek
D
vierhoek

Slide 25 - Quizvraag

Maak de volgende opgaven:
deel 2 §8.1A (blz. 96 en verder): opgaven 3,5,6,8
deel 2 §8.1B (blz. 100 en verder): opgaven 15,16,17
Assenstelsel! opgave 15
 

Slide 26 - Tekstslide