medicatie 27-10
Vaccinatie
wat is dat?
wat is dat?
A
inenting
B
immuniteit
C
infectie
D
antistof
1 / 16
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Vaccinatie
wat is dat?
wat is dat?
A
inenting
B
immuniteit
C
infectie
D
antistof
Slide 1 - Quizvraag
Wie moet alert zijn op signalen van problemen met medicatie?
A
De arts
B
De verzorgende
C
De helpende
D
Alle zorgverleners
Slide 2 - Quizvraag
Wie mag wijzigingen in baxterzakjes uitvoeren?
A
De familie
B
De apotheek
C
De verzorgende
D
De klant zelf
Slide 3 - Quizvraag
Welke zorgverlener mag medicatie stoppen
A
De klant zelf
B
De familie
C
De verpleegkundige
D
De arts
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
parcetamol is een
A
stofnaam
B
merknaam
Slide 7 - Quizvraag
brufen is een
A
stofnaam
B
merknaam
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
analgetica zijn
A
hartmedicatie
B
bloedverdunners
C
rustgevende medicijnen
D
pijnstillers
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Welke medicijnen kun je geven bij astma/COPD ?
A
luchtwegverwijders
B
ontstekingsremmer
C
luchtwegverwijders en onstekingsremmer
D
geen van beide
Slide 14 - Quizvraag
Welke stelling is onjuist?
A
Nadroparine is een antistollingsmiddel
B
Insuline laat de glucosespiegel dalen
C
Morfine onderdrukt pijn
D
Atropine verlaagt de hartslag en de bloeddruk
