5GL V3 chap 1 C (bez. v.n.w.,ook zelstandig gebruikt)

bonjour

Wat is een bezittelijke v.n.w.?

mijn, jouw,zijn/haar, ons/onze, jullie, hun

+

Z.N.W.

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

bonjour

Wat is een bezittelijke v.n.w.?

mijn, jouw,zijn/haar, ons/onze, jullie, hun

+

Z.N.W.

Slide 1 - Tekstslide

in het Frans kijk je naar het ZNW:






denk aan het kruis!  

b.v. "mijn"

is het meervoud of enkelvoud? mes

is het mannelijk of vrouwelijk? mon of ma

Slide 2 - Tekstslide

soms is er een uitzondering

mon amie

=

mijn vriendin

"mon" is hier raar want "amie" is ....

maar het is wel nodig vanwege ....

Slide 3 - Tekstslide

MA  AMIE is fout! ook ta, sa amie

mon amie

=

mijn vriendin

"mon" is hier raar want "amie" is VROUWELIJK

maar het is wel nodig vanwege KLANKBOTSING

Slide 4 - Tekstslide

conclusie...
als het woord niet meervoud is
en begint met een klinker of een stomme H
dan gebruik je de mannelijke vorm.
ma histoire (v) => mon histoire
ta adresse (v) => ton adresse
                                                           en ook:  mon hôtel (m)
                                                                             son ami (m)

Slide 5 - Tekstslide

(mijn) ... poisson rouge
A
ma
B
mon
C
mes
D
ton

Slide 6 - Quizvraag

(zijn/haar) ... chat
A
son / sa
B
sa /sa
C
son / son
D
sa / son

Slide 7 - Quizvraag

(jouw) .... amie
A
ta
B
sa
C
tes
D
ton

Slide 8 - Quizvraag

(haar) ... interdiction
A
son
B
sa
C
mon
D
ses

Slide 9 - Quizvraag

(onze) ... collège
A
votre
B
notre
C
nous
D
nos

Slide 10 - Quizvraag

(hun) ... plage
A
leurs
B
notre
C
votre
D
leur

Slide 11 - Quizvraag

(jullie) ... copain

Slide 12 - Open vraag

(haar) ... père

Slide 13 - Open vraag

(zijn) ... mère

Slide 14 - Open vraag

(onze) ... animaux domestiques

Slide 15 - Open vraag

(hun) ... frères et soeurs

Slide 16 - Open vraag

(mijn) ... village

Slide 17 - Open vraag

( haar) ... semaines

Slide 18 - Open vraag

(zijn) ... soeur

Slide 19 - Open vraag

(jouw) ... histoire

Slide 20 - Open vraag

bez.vnw zelfstandiggebruikt
gebruik hier ook het kruis
|
le mien        |   la mienne
_____________________|_____________________
les miens         |    les miennes
 |
ook voor: tien / sien

Slide 21 - Tekstslide

et la suite....
le nôtre      |     la nôtre
le vôtre     |    la vôtre
le leur       |    la leur
____________________________|____________________________
les nôtres     |  les nôtres   
les vôtres   |   les vôtres
les leurs   |  les leurs
|

Slide 22 - Tekstslide

Hoe zit het dan?
mon frère = le mien  |  ma soeur = la mienne
ton ami = le tien         |   ta maison = la tienne
            son chien = le sien   |   sa robe = la sienne                
                                                                              | Let op!  son amie = la sienne (amie=vr!)
____________________________|_______________________________
mes frères = les miens    |   mes soeurs = les miennes
  tes amis = les tiens        |   tes maisons = les tiennes
ses chiens = les siens   |   ses robes = les siennes   
                                                             | Let op! ses amies = les siennes

Slide 23 - Tekstslide

ma soeur est casse-pieds et
(de jouwe) ...
A
la tien
B
la mienne
C
les tiennes
D
la tienne

Slide 24 - Quizvraag

Notre voiture est bleue et ... , monsieur Martin?

Slide 25 - Open vraag

Bonjour Martine, les enfants de ma soeur se couchent tard et ... ?

Slide 26 - Open vraag

Mon histoire est assez longue mais (die van hem) est très longue.
A
la sien
B
la mienne
C
la sienne
D
la leur

Slide 27 - Quizvraag

Notre hôtel est luxueux, (die van haar) est très simple mais correct.
A
la sienne
B
le sien
C
le mien
D
la vôtre

Slide 28 - Quizvraag