1.3 lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 3

1.3 lezen

Wat weet jij nog van de vorige les?

In de vorige les heb je kennis gemaakt met verschillende leesstrategieën. Kun je ze nog benoemen?

Tekstdoel

Een tekstdoel is wat de schrijver wil bereiken met de tekst. Waarom heeft hij de tekst geschreven?

Wat wil de schrijver bereiken met een informerende tekst, noem een voorbeeld.

De schrijver wil de lezer een mening geven en proberen de lezer zijn mening over te laten nemen. Over welk tekstdoel wordt hier gesproken?

1. Informeren
2. Activeren
3. Overtuigen
4. Amuseren

Wanneer de schrijver de lezer wil vermaken, noemen we tekstdoel amuseren. Noem een voorbeeld van een amuserende tekst.

Tekstkenmerken

Een tekst heeft bepaalde kenmerken: Een inhoud (thema), een vorm (taalgebruik en structuur) en een bedoeling (doel). 

In de volgende slides gaan we hier wat dieper op in. 

Een van eerste kenmerken van een tekst is het onderwerp. Wat wordt bedoelt met het onderwerp van een tekst?

Een samenvatting van de tekst in één zin, noemen ze ook wel een:

1. Hoofdgedachte
2. Inleiding
3. Slot

Wat beschrijf je in de inleiding van een tekst?

De schrijver rondt de tekst af, hoe noem je dit stukje tekst?

Wat is het doel van een slot?