Week 6 h/v

Tekstdoelen
Wat heb je nodig?
- Kern lesboek
- Etui
- Schrift
- Laptop en oplader
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Tekstdoelen
Wat heb je nodig?
- Kern lesboek
- Etui
- Schrift
- Laptop en oplader

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik: welke tekstdoelen ken jij nog?


En welke kenmerken horen daarbij?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
- Ik weet wat activerende en amuserende teksten zijn en welke doelen een schrijver hiermee heeft
- Ik kan verschillende soorten en kernmerken van activerende en amuserende teksten herkennen
- Ik kan uitleggen waarom een tekst activerend of amuserend is

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Activeren
Doel: de lezer raakt overtuigd met het standpunt van de tekst/schrijver én komt in actie

Kenmerken:
- de tekst bevat een standpunt en argumenten
- de tekst is gebaseerd op de mening van de schrijver
- de schrijver wil de lezer overtuigen om iets te gaan doen (bijv. ergens lid van worden, geld doneren)
Voorbeelden: reclameteksten, advertenties, posters en folders

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Amuseren
Doel: de lezer beleeft plezier aan het lezen van de tekst

Kenmerken:
- de tekst bevat een grapje (of anekdote
- de tekst kan fictie en ook non-fictie zijn

Voorbeelden: gedicht, roman, strip, column en blogs

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Even oefenen
We bekijken samen enkele teksten. Bedenk welk tekstdoel de schrijver zou hebben.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

informeren

Slide 10 - Tekstslide

Overtuigen

Slide 11 - Tekstslide

activeren

Slide 12 - Tekstslide

beschouwen

Slide 13 - Tekstslide

amuseren
Aan de slag!

Kern les 4
Opdrachten: 1, 3, 5 en 6
Extra opdrachten: 2
Verdiepingsopdracht: 4 en 7

Leer vijf woordjes uit de woordenlijst












Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat is het verschil tussen een overtuigende en een activerende tekst?

Slide 15 - Tekstslide

Bij een activerende tekst overtuigt de schrijver niet alleen de lezer, maar zorgt hij er ook voor dat de lezer iets gaat doen/iets gaat uitvoeren