oefenvragen temperatuur

leg uit het begrip hypothermie
1 / 17
volgende
Slide 1: Open vraag

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

leg uit het begrip hypothermie

Slide 1 - Open vraag

leg uit het begrip hypothermie

Slide 2 - Open vraag

wat is je normale lichaamstemperatuur

Slide 3 - Open vraag

Als je lichaamstemperatuur te hoog is, dan neemt de doorbloeding ....
A
toe
B
af

Slide 4 - Quizvraag

waar bevind zich het temperatuur regelcentrum

Slide 5 - Open vraag

leg uit het begrip kerntemperatuur en welke onderdelen van het menselijk lichaam zijn hierbij betrokken

Slide 6 - Open vraag

wanneer de temperatuur daalt ontstaat er een vaatverwijding
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

door koorts ontstaat er een langzame ademhaling
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quizvraag

bij ouderen is er door koorts een verhoogd risico op ...
A
decubitus
B
dehydratie
C
delier
D
Antwoord A,B,C

Slide 9 - Quizvraag

Koorts is een ziekte
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quizvraag

remitterende koorts
A
temp is altijd 38 °C
B
temp is lager dan 36 °C
C
temp verschil ochtend en middag is 1°C
D
antwoord A,C zijn juist

Slide 11 - Quizvraag

waar ligt het temperatuur regulerend centrum
A
huid
B
hypothalamus

Slide 12 - Quizvraag

bij typus inversus heeft een patiënt
A
in de middag koorts en in de ochtend een normale temperatuur
B
in de ochtend koorts en in de middag een normale temperatuur

Slide 13 - Quizvraag

een symptoom van hypothermie is
A
snelle ademhaling
B
snelle hartslag
C
verlaagde bloeddruk
D
zweten

Slide 14 - Quizvraag

als je spreekt over de lichaamstemperatuur dan heb je het over de
A
kerntemperatuur
B
schiltemperatuur

Slide 15 - Quizvraag

vasodilatatie ontstaat door
A
koude
B
warmte

Slide 16 - Quizvraag

oefenvragen temperatuur

Slide 17 - Tekstslide