Herhalen 5.1, 5.2 , 5.3 en 5.4

5.1 Reacties en reactieproducten
5.2 Reactievergelijkingen opstellen
5.3 Rekenen aan reacties
5.4 Versterkt broeikaseffect

1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

5.1 Reacties en reactieproducten
5.2 Reactievergelijkingen opstellen
5.3 Rekenen aan reacties
5.4 Versterkt broeikaseffect

Slide 1 - Tekstslide

Opbouw van de les
  • Invullen vragenlijst VIL
  • Maken weektaak 5.4
  • Zelfstandig herhalen 5.1, 5.2 en 5.3 in Lessonup
  • 5 min pauze
  • Zelfstandig herhalen 5.1, 5.2 en 5.3 in Lessonup
  • Practicum

Slide 2 - Tekstslide

Invullen vragenlijst over mij als docent
  • doel: zodat ik ervan kan leren
  • online invullen
  • anoniem
  • vul het voor jezelf in
  • wees eerlijk 
  • invullen duurt ongeveer 5 minuten
  • klaar? maak weektaak 5.4
timer
1:00

Slide 3 - Tekstslide

Keuze: wat wil je herhalen?
In Lessonup staan 3 lessen (code WIUIK)
Nog meer oefenen? Vraag een werkblad.
timer
8:00

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen 5.1
5.1.1 Je kunt aan de hand van de molecuulformule van een brandstof voorspellen welke verbrandingsproducten ontstaan.
5.1.2 Je kunt zuurstof en waterstof aantonen met aantoningsreacties.
5.1.3 Je kunt de reactieproducten koolstofdioxide en water aantonen met reagentia.

Slide 5 - Tekstslide

Verbrandingsproducten
Element
Naam van oxide
Formule
Koolstof (C)
Koolstofdioxide
Waterstof (H)
Water
Zwavel (S)
Zwaveldioxide
CO2
H2O
SO2
brandstof + zuurstof ---> oxide

Slide 6 - Tekstslide

Aantoningsreacties
  • Waterstof: als je er een vlam bij houdt hoor je een 'plop'-geluid
  • Zuurstof: als je er een gloeiende satéprikker bijhoudt gaat deze feller gloeien
Toestel van Hofman

Slide 7 - Tekstslide

3 soorten reagens
Wit
Blauw
Wit
Geel
Helder
Wit
Water
Water
CO2
Wit kopersulfaat
Custardpoeder
Helder kalkwater

Slide 8 - Tekstslide

Welke stof toon je aan door er een gloeiende satépikker bij te houden?
A
Waterstof
B
Koolstofdioxide
C
Zuurstof
D
Zwavel

Slide 9 - Quizvraag

Welke kleur wordt wit kopersulfaat als je er water bij doet?
A
Oranje
B
Groen
C
Paars
D
Blauw

Slide 10 - Quizvraag

Van welke stof is CO2 het verbrandingsproduct?
A
Waterstof
B
Zwavel
C
Magnesium
D
Koolstof

Slide 11 - Quizvraag

Welke verbrandingsproducten ontstaan er bij de verbranding van C4H10
A
SO2,H2O
B
CO2,H2O
C
H2O
D
CO2,SO2

Slide 12 - Quizvraag

Welke verbrandingsproducten ontstaan er bij de verbranding van CS2?
A
SO2,H2O
B
CO2,H2O
C
H2O
D
CO2,SO2

Slide 13 - Quizvraag

Leerdoelen 5.2
5.2.1 Je kunt de systematische naamgeving gebruiken om een naam of molecuulformule van een stof te noteren.
5.2.2 Je kunt de reactievergelijking van een verbrandingsreactie opstellen.
5.2.3 Je kunt een reactievergelijking opstellen op basis van een omschrijving.

Slide 14 - Tekstslide

Telwoorden
rij mono
dilemma
triathlon
tetris
pentagram
1 = mono
2 = di
3 = tri
4 = tetra
5 = penta

Slide 15 - Tekstslide

Uitgang van de stofnaam
laatste element
uitgang
O
oxide
Cl
chloride
S
sulfide
F
fluoride
I
jodide
P
fosfide
In tandpasta zit fluoride

Slide 16 - Tekstslide

Stappenplan: van molecuulformule naar systematische naam
1.) Noteer de cijfers uit de formule en geef het bijbehorende telwoord.

2.) Noteer de symbolen uit de formule en geef de bijbehorende stofnaam.

3.) Zet de telwoorden en namen in de juiste volgorde achter elkaar.

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeld:
1.) Noteer de cijfers uit de formule en geef het bijbehorende telwoord. 
 1 = mono -> hoort bij het eerste element, dus die kan je weglaten
 3 = trio
2.) Noteer de symbolen uit de formule en geef de bijbehorende stofnaam. 
 S = zwavel
 O = zuurstof -> dit staat aan het eind dus het wordt: oxide
3.) Zet de telwoorden en namen in de juiste volgorde achter elkaar.
 Zwaveltrioxide

SO3

Slide 18 - Tekstslide

Wat is de molecuulformule van koolstofdisulfide?

Slide 19 - Open vraag

Stappenplan: van systematische naam naar molecuulformule
a.) Noteer de naam van de elementen met het symbool erachter.

b. Zet het bijbehorende cijfer achter het telwoord.

c. Zet de symbolen met hun index op de juiste volgorde bij elkaar.

Slide 20 - Tekstslide

Voorbeeld koolstofdioxide
a.) Noteer de naam van de elementen met het symbool erachter.
 koolstof = C
 oxide = zuurstof = O
b. Zet het bijbehorende cijfer achter het telwoord.
 di = 2
c. Zet de symbolen met hun index op de juiste volgorde bij elkaar.
 

CO2

Slide 21 - Tekstslide

Wat is de systematische naam van
P2O5

Slide 22 - Open vraag

Het opstellen van een reactievergelijking
Drie soorten reacties:
  1. Verbrandingsreactie: brandstof + zuurstof -> één of meer oxide
  2. Ontledingsreactie: één beginstof -> meerdere reactieproducten
  3. Vormingsreactie: twee beginstoffen -> één of meer reactieproducten 

Slide 23 - Tekstslide

Het opstellen van een reactievergelijking
Stappenplan:
1. Bekijk wat voor soort reactie het is
2. Onderstreep stofnamen en molecuulformules
3. Noteer beginstoffen en reactieproducten
4. Zet de beginstoffen en reactieproducten in een reactieschema
5. Vervang stofnamen door molecuulformules
6. Maak de reactievergelijking kloppend

Slide 24 - Tekstslide

Voorbeeld
De verbranding van methaan  (               )
CH4

Slide 25 - Tekstslide

Voorbeeld: verbranding methaan
1. wat voor soort reactie? verbranding
2. onderstreep stofnamen en molecuulformules
3. beginstoffen: methaan en zuurstof
     eindstoffen: koolstofdioxide en water
4. reactieschema: methaan + zuurstof --> koolstofdioxide + water
5. reactievergelijking: 
6. kloppende reactievergelijking
CH4
CH4+O2CO2+H2O
CH4+2O2CO2+2H2O

Slide 26 - Tekstslide

Leerdoelen 5.3
5.3.1 Je kunt met de wet van massabehoud uitleggen dat stoffen in vaste verhoudingen met elkaar reageren.
5.3.2 Je kunt berekeningen uitvoeren aan de hand van massaverhoudingen.

Slide 27 - Tekstslide

Wet van behoud van massa
Massa beginstoffen =
massa reactieproducten

Slide 28 - Tekstslide

Massaverhouding
Sla          + dressing             Salade
250 gram  
50 gram  
300 gram  

Slide 29 - Tekstslide

Massaverhouding
sla
250
dressing
50
1
25
salade
300

Slide 30 - Tekstslide

Massaverhouding
sla
250
5
125
dressing
50
1
25
salade
300
6
150

Slide 31 - Tekstslide

Stappenplan: rekenen met massaverhoudingen
1. Maak een verhoudingstabel
2. Noteer de stofnamen in de eerste kolom.
3. Noteer de massaverhouding in de tweede kolom.
4. Vul de gevraagde massa in.
5. Vul de verhoudingstabel verder in.

Slide 32 - Tekstslide

Voorbeeld
Bij de ontleding van waterstofperoxide ontstaan water en zuurstof in de verhouding 36:32. Hoeveel gram waterstofperoxide moet je ontleden om 100 gram water te maken?
waterstofperoxide
68
1,888
189
water
36
1
100
zuurstof
32
klik hier
Dit weet je omdat de wet van behoud van massa geldt. Je kan de massa van water en zuurstof bij elkaar optellen

Slide 33 - Tekstslide

Aluminiumoxide wordt ontleed in aluminium en zuurstof in de verhouding 108 : 96. Hoeveel gram aluminiumoxide heb je nodig om 500 gram aluminium te krijgen?

Slide 34 - Open vraag

Aan de slag!
Maak de opgaven op het werkblad
timer
1:00

Slide 35 - Tekstslide

Verbranden van magnesium
Practicum

Slide 36 - Tekstslide

Doel
Je verbrandt magnesium en gaat na welke stof daarbij ontstaat.

Slide 37 - Tekstslide

Veiligheid
Trek een labjas aan en zet een veiligheidsbril op

Slide 38 - Tekstslide

Benodigdheden

Slide 39 - Tekstslide

Brander aansteken

Slide 40 - Tekstslide

Proef 1
• Doe een stukje magnesiumlint in een reageerbuis.
• Steek de brander aan en maak een ruisende blauwe vlam.
• Klem de reageerbuis in de reageerbuisknijper.
• Verhit de reageerbuis een paar tellen in de blauwe vlam.
Haal de reageerbuis uit de vlam en zet deze op de pauzevlam

Slide 41 - Tekstslide

Is er een chemische reactie opgetreden?
A
Ja
B
Nee

Slide 42 - Quizvraag

Proef 2
• Pak het stukje magnesiumlint met een kroezentang vast.
• Houd het stukje magnesiumlint in een ruisende vlam.
• Als er iets gebeurt, haal je het stukje magnesium met de kroezentang uit de vlam (afbeelding 1).
• Houd het brandende magnesium boven het tegeltje.
• Kijk niet rechtstreeks in de vlam van het brandende magnesium.

Slide 43 - Tekstslide

Is er een chemische reactie opgetreden?
A
Ja
B
Nee

Slide 44 - Quizvraag

Is er een verbranding opgetreden?
A
Ja
B
Nee

Slide 45 - Quizvraag

Noteer het reactieschema in woorden

Slide 46 - Open vraag

Stel de reactievergelijking op. De formule van magnesiumoxide is MgO(s). Noteer ook de faseaanduidingen.

Slide 47 - Open vraag

Geef de reactievergelijking van de verbranding van
CH4

Slide 48 - Open vraag