2.6 Formules met letters 1A1

Formules met letters
klas 1A1
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Formules met letters
klas 1A1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
Herhaling
uitleg paragraaf 2.6
Opgaven maken
Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen
Je kan een woordformule omschrijven naar een letterformule

Je kan een waarde bereken uit een letterformule

Je kan uitleggen wat de betekenis is van een getal en letter aan elkaar

Je kan door middel van schatten de variabele berekenen waarvan een  letterformule afhangt. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling
Een appelboom bevat 65 appels. Elke dag vallen er gemiddeld 5 appels van de boom. Welke woordformule hoort hierbij? (appels aan boom = ....)

Slide 4 - Tekstslide

De lege regels worden ingevuld door beschrijvingen op het bord
appels aan boom = 65 - 5∙aantal dagen.

Na welke dag zijn alle appels van de boom?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Formules met letters
appels aan boom = 65 - 5∙aantal dagen

 





Slide 6 - Tekstslide

De lege regels worden ingevuld door beschrijvingen op het bord
Formules met letters
appels aan boom = 65 - 5∙aantal dagen

aantal dagen = 6

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Formules met letters
appels aan boom = 65 - 5∙aantal dagen

aantal dagen = 6
d = 6 
a = 65 - 5 ∙d

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Formules met letters
a = 65 - 5 ∙ d



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Formules met letters
a = 65 - 5 ∙ d

5∙d = 5d (zonder vermenigvuldiginsteken)
8 ∙ t = 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mag je 7∙3 verkorten? (dus zonder vermenigvuldigingsteken)
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Formules met letters
Formules zonder een verhaal 
"Bereken 8 - 4n voor n = 5"



Slide 12 - Tekstslide

De lege regels worden ingevuld door beschrijvingen op het bord
Bereken 3(k-5) voor k = 9
A
34
B
12
C
7
D
3/4

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Formules met letters
Bij Hotel de Maan kan de prijs voor een kamer als volgt worden berekend: 
p = 60n + 140 ( p = prijs in euro's en n = aantal nachten)


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

p = 60n + 140
Bereken hoeveel je moet betalen voor 4 nachten verblijf
A
240 euro
B
744 euro
C
604 euro
D
380 euro

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

p = 60n + 140
Familie de Vries moet 560 euro betalen. Hoeveel nachten zijn ze gebleven?
A
4 nachten
B
5 nachten
C
6 nachten
D
7 nachten

Slide 16 - Quizvraag

Wie het antwoord goed had, gaat verder met de opdrachten. Anderen letten nog op bij de uitwerking. 
Opdrachten
76 t/m 86 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereken 4 - 3(5 - d) voor d = 2
A
-29
B
- 5
C
- 33
D
13

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verjaardagsfeest
Familie Meijer gaat naar een verjaardag die best ver reizen is. 
Hoeveel kilometer k ze nog moeten, kan beschreven worden met de formule: 
k = 480 - 80u
u = aantal uren onderweg

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

k = 480 - 80u
Na hoeveel uren zijn ze op de verjaardag?
A
6 uren
B
7 uren
C
8 uren
D
9 uren

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
76 t/m 86

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies