Semana 21: repaso del capítulo 4 (sin la G)

• Spaans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Profe: Luna      viernes: 26/05/23

¿Cómo estás?
Hoe gaat het?

😒🙁😐🙂😃

Plan:

Repasar los temas del capítulo 4 

Bekijk de onderwerpen van hoofdstuk 4

Recuerda/ Denk aan

1. ^{Llegar a tiempo/ Kom op tijd.}
2. ^{Venir preparado para la clase/ Kom voorbereid naar de les.}
3. ^{Traer tus materiales escolares/ Breng je schoolspullen.}

1. ^{No usar el teléfono durante la clase.}
2. ^{Solo usar el ordenador para trabajar en español.}
3. ^{Si recibes tres llamados de atención, serás expulsado de la clase.}
4. ^{Prestar atención y escuchar a la profesora.}
5. ^{Ser amable, respetuoso y educado.}

1. ^{Gebruik de telefoon niet tijdens de les.}
   
2. ^{Gebruik de computer alleen om in het Spaans te werken.}
   
3. ^{Als je drie waarschuwingen krijgt, word je uit de klas verwijderd.}
   
4. ^{Let goed op en luister naar de leraar.}
   
5. ^{Wees vriendelijk, respectvol en beleefd.}

¿Tienes planes para el fin de semana?
Heb je plannen voor het weekend?

¿Qué tal? (yo) _____ mal?

Esta semana Bruce y Jasper ______ enfermos.

Hoy  ________ viernes.

Evi _______ sentada

Janneke y Sara _____ compañeras de clase.

estoy

están

es

está

somos

Chateo con mis padres.

Levi y Jesse hacen un viaje.

Lotte escucha música.

Arjen y Manual juegan.

Quinn habla mucho.

estoy chateando

están viajando

está escuchando

están jugando

está hablando

Slim, verlegen, rustig, knap, lang, de plek, het plein, ongelooflijk, de vogel,

¿Cómo se dice 'voy a hacer una excursión en Italia' en holandés?

1. Ik ga naar Italië om te studeren
2. Ik ga een reis maken naar Italië
3. Ik ga naar Italië voor een vakantie
4. Ik ga een excursie doen in Italië

¿Cómo se dice 'mi amiga es deportista' en holandés?

1. Mijn vriendin is een kunstenaar
2. Mijn vriendin is een schrijver
3. Mijn vriendin is sportief
4. Mijn vriendin is een docent

¿Cómo se dice 'voy con mi novio' en holandés?

1. Ik ga met mijn collega's
2. Ik ga met mijn vriend
3. Ik ga met een groep vrienden
4. Ik ga met mijn familie

¿Cómo se dice 'estamos viajando por Venezuela' en holandés?

1. We plannen een reis naar Venezuela
2. We zijn in Venezuela
3. We reizen door Argentinië
4. We reizen door Venezuela

Welke woorden kun je gebruiken om te controleren of je SER of ESTAR moet gebruiken?

Wanneer maak je gebruik van ser of estar? 

De samenvatting is als volgt:

• SER = zijn + een eigenschap (langdurig of voor altijd).
• ESTAR = zijn + een toestand (tijdelijk, op een bepaald moment).

Om een handeling te beschrijven die bezig is wordt

Het Gerundium wordt amper gebruikt in het Nederlands. In het Spaans daarentegen komt het heel regelmatig voor. Een Gerundio wordt gebruikt om aan te geven dat een handeling plaats vind op het moment dat je het zegt.

Gebruik

Door –ando of –iendo achter de stam van het werkwoord te plaatsen.

Bijvoorbeeld

Ik ben aan het wandelen/eten wordt vertaald als estoy caminANDO/ comIENDO

https://deleahora.com/actividades/expresion-escrita/texto-informal-la-academia-de-idiomas

Libro de ejercicios (ejemplo pág. 17):

• Página 22

¡Y ahora: a practicar, practicar y… practicar un poco más!

En nu: oefenen, oefenen en... nog eens oefenen!

Libro de ejercicios

_{Página 15: 12 repasa
Página 16: B
Página 16/17: 14 Subraya y completa (A, B, C)
Página 18: D
Página 20: C}

_{Página 31: A, B, C}

_{Página 32: D, A, B}

wordwall.net

www.profedeele.es

Ejercicios:

• 1, 2, 4

https://create.kahoot.it/my-library/kahoots/all

¿Qué te pareció la lección?
Wat vond je van de les?

😒🙁😐🙂😃

¡Hasta la próxima clase!