les 24 futurum

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

groepsopdracht: schrijf op witbord groep 1 / groep 2 bellum / groep 3 nomen / groep 4 dies / groep 5 res

de a-stam en e-stam vormt de futurum door stam+b+uitgang. Wat is het onderscheid met de imperfectum?

ero	pot-ero	ib-o	vol- am	fer- am
Eris	pot-eris	ib-is	vol-es	fer-es
erit	pot-erit	ib-it	vol-et	fer-et
erimus	pot-erimus	ib-imus	vol-emus	fer-emus
eritis	pot-eritis	ib-itis	vol-etis	fer-etis
erunt	pot-erunt	ib-unt	vol-ent	fer-ent

esse.           posse          ire.               volle.            ferre

Wat is jullie 1e strategie? Noem voor en nadelen

Wat is jullie 2e strategie? Noem voor- en nadelen.

Welke dictator werd er benoemd na de nederlaag bij het Trasimeense Meer?

1. Quintus Fabius
2. Flaminius
3. Varro
4. Aemilius Paulus

Welke tactiek paste Quintus Fabius toe tegen Hannibal?

Welke twee consuls volgden Quintus Fabius op?

1. Marcus Antonius en Octavianus
2. Aemilius Paulus en Varro
3. Flaminius en Scipio Africanus
4. Gaius Caesar en Tullius Cicero

Wat is typerend voor de futurum in de uitgang, bi of ba?

1. bi
2. ba

Wat is de futurum van esse in de 1e persoon meervoud

1. ero
2. ferimus
3. feremus
4. primus