TVO bijeenkomst 3

TVO bijeenkomst 3
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

TVO bijeenkomst 3

Slide 1 - Tekstslide

May: hst 1 + 2
timer
12:00

Slide 2 - Tekstslide

Presentaties

- Taalsteun

- Context

- Interactie

timer
6:00

Slide 3 - Tekstslide

Leerlingen zelf aanvullende informatie laten verzamelen is een voorbeeld van leren met taalsteun.
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Voldoende feedback op formuleringen is een voorwaarde tot succesvolle taalverwerving
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Monitoren en feedback geven is een voorbeeld van het ankerpunt 'leren met taalsteun'.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Wat zie je op de foto?

A
het sheltered content-model
B
sociaalconstructivisme
C
kwadrant van Cummins

Slide 7 - Quizvraag

Scaffolding betekent, het bieden van steun die nodig is om de taak uit te voeren, met als doel het daarna zelf te kunnen.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Het bevorderen van begrip, met name van leesteksten is een van de doelen van context.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

De vorm van samenwerkend leren die jullie gebruikt hebben heet 'Brainstorm'.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Welke vorm van feedback zie je hier?
- Wat zie je als het eb wordt?
- Op het strand.
- Ja, wat zie je dan op het strand.
A
bevestigende feedback
B
verhelderende feedback
C
verbeterende feedback

Slide 11 - Quizvraag

Pars pro toto, experts en Brainstorm zijn vormen van samenwerkend leren.
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Bij een snelschrijfopdracht schrijven leerlingen in 5 minuten een (half) kantje vol met associaties rond het thema. Dit is een voorbeeld van de .............
A
interactie
B
context
C
taalsteun

Slide 13 - Quizvraag

Complexere syntaxis hoort bij schools taalgebruik en minder bij dagelijks taalgebruik.
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Onder .......... verstaan we: de vaardigheid taal op een abstract niveau te gebruiken, om zo in een schoolse context nieuwe informatie te kunnen verwerven en verwerken.
A
TVO
B
registers
C
DAT-taa
D
CAT-taal

Slide 15 - Quizvraag

Hogere eisen van een leraar zorgen voor betere resultaten, dit noemen we ook wel het .................
A
sheltered content-model
B
betekenisonderhande-ling
C
pygmalioneffect
D
leerstrategie

Slide 16 - Quizvraag

Het onderwerp zichtbaar en tastbaar maken, voorkennis ophalen en structureren van het denkproces zijn handvatten die kenmerkend zijn voor leren in een rijke context.
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Een sleutelschema is een krachtige manier om de leerstof inzichtelijk te maken.
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Binnen taal verwerving is het belangrijk om richting te geven aan het proces van DAT naar CAT-taal
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Moeilijke teksten

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Wat maakt een tekst makkelijk/ moeilijk?

Slide 28 - Woordweb

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Huiswerk

- Maak de opdracht af.

- Neem een les uit je eigen vakgebied mee.

Slide 33 - Tekstslide