les 2 week 37

les 1 week 37
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

les 1 week 37

Slide 1 - Tekstslide

Snelhechter inleveren!
Ghina, Filine, Casper,Yasmira,Rein, Sophie, Ela, Maaike,Yasin, Floris, Luuk en ?

Slide 2 - Tekstslide








Chapitre 1

Slide 3 - Tekstslide

Les devoirs
CH 1: Faire (maken): 
Introduction: ex 1 ab+, ex 2a, ex 3 
Bloc A: ex5 abc, ex 6abc, ex 7a
Apprendre (leren): Ch 1 voc A F-N/ N-F WB p.48

*Luister zelf naar de woorden online! Oefen met slim stampen











Slide 4 - Tekstslide

Lesdoelen (buts)
HW overhoren -> Vocabulaire A:
Je kunt de woorden uit voc A vertalen in het F-N / N-F
Bloc B:
Je kunt een tekst over selfies begrijpen
Je kunt app taal begrijpen
Bloc D: Het bijvoeglijk naamwoord  (deel 1; onregelmatige vormen)
ex 15: Je kunt het Franse bijvnw gebruiken en de onregelmatige vormen van het herkennen

Slide 5 - Tekstslide

Vocabulaire A
Ferme ton livre!

Slide 6 - Tekstslide

le message
A
de app
B
het bericht
C
de massage
D
de meester

Slide 7 - Quizvraag

j'y vais
A
ik wil graag
B
ik doe graag
C
ik ga weg
D
ik pak het

Slide 8 - Quizvraag

j'ai vu
A
ik heb gepakt
B
ik heb gezien
C
ik heb gekeken
D
ik heb gedaan

Slide 9 - Quizvraag

penser

Slide 10 - Open vraag

werken

Slide 11 - Open vraag

welkom
A
bonjour
B
heureux
C
coucou
D
bienvenue

Slide 12 - Quizvraag

a plus
A
tot ziens
B
tot morgen
C
tot later
D
tot ooit

Slide 13 - Quizvraag

de gsm
A
le portable
B
la portable

Slide 14 - Quizvraag

welk woord hoort er niet bij?
dire - drôle - attendre - penser
A
dire
B
drôle
C
attendre
D
penser

Slide 15 - Quizvraag

Hoe ging het?
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

Terugblik HW
Zijn er vragen? Liep je ergens tegenaan?

Samen bespreken introduction: ex 1 + 2

Slide 17 - Tekstslide

Bloc D Deel 1
Grammaire 
Het bijvoeglijk naamwoord/ L'adjectif

WB 30-31

Extra uitleg zie Grammaire achter in jouw WB!

Slide 18 - Tekstslide

  Het bijvoeglijk naamwoord
Een BN zegt iets over een zelfstandig naamwoord (personen, dieren, dingen).
Vorm: 



Plaats: NL: BN vòòr zelfstandig naamwoord
         FR: BN meestal achter zelfstandig naamwoord
MNL
VRL
ENV
    -
    e
MV
    s
   es

Slide 19 - Tekstslide

  Het bijvoeglijk naamwoord
UITZONDERING:
 -e (VRL)
Als het BN eindigt op -e, geen extra e
bv: une chose rouge
-s, -x (MNL) en MV
Als het BN eindigt op -s of -x, geen extra s 
bv: un livre français/ deux livres français
      un vieux sac/ des vieux sacs 

Slide 20 - Tekstslide

   Het bijvoeglijk naamwoord
Bijzondere vrouwelijke vormen

 -eux
Als het BN eindigt op -eux, eindigt de vrouwelijke vorm op -euse.
B.v.: heureux = heureuse 
 -if
Als het BN eindigt op -if, eindigt de vrouwelijke vorm op -ive.
B.v: sportif = sportive/ intensif = intensive

Slide 21 - Tekstslide

   Het bijvoeglijk naamwoord
Bijzondere vrouwelijke vormen

 -ien
Als het BN eindigt op -ien, komt er een -ne achter bij vrouwelijk enkelvoud
B.v.: ma copine italienne

Slide 22 - Tekstslide

le test!
Heb je goed opgelet?

On va pratiquer...


Slide 23 - Tekstslide

Wat betekent het woord:" adjectif " in het Nederlands?

A
bijvoeglijk naamwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord
D
bijwoord

Slide 24 - Quizvraag

Wat is de uitgang van het bijvoeglijk naamwoord,
mannelijk enkelvoud
A
e
B
s
C
-
D
es

Slide 25 - Quizvraag

Wat is de uitgang van het bijvoeglijk naamwoord,
mannelijk meervoud
A
s
B
niks
C
e
D
es

Slide 26 - Quizvraag

Wat is de uitgang van het bijvoeglijk naamwoord,
vrouwelijk enkelvoud
A
s
B
e
C
es
D
niks

Slide 27 - Quizvraag

Au travail!
- corriger les devoirs: Bloc A
Faire (maken): Bloc B: ex 8, 9abc, 10abc, 11a 
Bloc D: 15a, 15b: zelf lezen en doornemen, 15cd

Ben je klaar? ga je leren!
Apprendre: herhaal voc A + nieuw: voc B

Slide 28 - Tekstslide

Écris 1 mot du cours

Slide 29 - Woordweb

Les devoirs
Note les devoirs!
Faire (maken):
Bloc B: ex 8, 9abc, 10abc, 11a + Bloc D: 15a, lezen en doornemen 15b, 15cd

Apprendre (leren): herhaal voc A + nieuw: voc B

Slide 30 - Tekstslide