Recht evenredig

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lineaire formules

Slide 2 - Tekstslide

H01.3 Terugblik
Vragen over het huiswerk

Slide 3 - Tekstslide

Geef
een formule
bij de tabel
Hoe zat het ook al weer?

Slide 4 - Open vraag

Welke formule past bij
een hellingsgetal -5
en startgetal 3
Hoe zat het ook al weer?
A
y = 3x + -5
B
y = 3 - 5x
C
y = -5 + 3x
D
y = 5x + 3

Slide 5 - Quizvraag

Geef de formule
bij de tabel:
Hoe zat het ook al weer?

Slide 6 - Open vraag

Gegeven: k = 19 - 3r
Bereken k als r = -2
Hoe zat het ook al weer?

Slide 7 - Open vraag

Wat is het startgetal bij de tabel?

Hoe zat het ook al weer?

Slide 8 - Open vraag

Bepaal het startgetal en hellingsgetal
in de volgende formule:
p=q+2
Hoe zat het ook al weer?
A
startgetal -1 hellingsgetal 2
B
startgetal 1 hellingsgetal 2
C
startgetal 2 hellingsgetal -1
D
startgetal 2 hellingsgetal 1

Slide 9 - Quizvraag

Welke formules horen bij een lineair verband?
1. y = 2x
2. y = - 25
3. y = 2 - 4x
Hoe zat het ook al weer?
A
1 en 2
B
2 en 3
C
1 en 3
D
1, 2 en 3

Slide 10 - Quizvraag

 Recht evenredig
Een grafiek en dus ook de bijbehorende formule van een lineair verband noemen we recht evenredig als deze grafiek door de oorsprong gaat.
Andere kenmerken:
-  startgetal is 0, 
-  tabel is een verhoudingstabel,
-  als x 3x zo groot wordt, wordt y OOK 3x zo groot
-  formule heeft de vorm y = ax

Wat zijn de kenmerken van zo'n tabel?

Slide 11 - Tekstslide

....... is een voorbeeld van een formule
van een recht evenredig verband.
A
y = 8
B
x = -3
C
y = 9x
D
y = 14 - 2x

Slide 12 - Quizvraag

Welke tabel hoort bij een
recht evenredig verband?
A
Tabel A
B
Tabel B
C
Geen van beide
D
Allebei

Slide 13 - Quizvraag

Welke grafiek hoort bij een
recht evenredig verband?
Er kunnen meerdere antwoorden goed zijn.
A
B
C
D

Slide 14 - Quizvraag

Welke tabel hoort bij een
recht evenredig verband?
A
Tabel A
B
Tabel B
C
Geen van beide
D
Allebei

Slide 15 - Quizvraag

Geef de formule
van grafiek 3.

Slide 16 - Open vraag

Wat kun je zeggen over de
grafieken 1 en 3?

Slide 17 - Open vraag

Einde les

Slide 18 - Tekstslide