6.1a Optellen en aftrekken met negatieve getallen deel 1
Welkom Mavo 1A
Ga op je plek zitten.
Leg je wiskundeschrift en een pen op tafel
Jas uit, telefoon weg :)
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1
In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Welkom Mavo 1A
Ga op je plek zitten.
Leg je wiskundeschrift en een pen op tafel
Jas uit, telefoon weg :)
Slide 1 - Tekstslide
Welkom Mavo 1B
Ga op je plek zitten.
Leg je wiskundeschrift en een pen op tafel
Jas uit, telefoon weg :)
Slide 2 - Tekstslide
Mededeling smartrekenen
Op maandag check ik of je de week daarvoor (dus t/m zondagavond) 60 minuten gerekend hebt.
Soms staat er bij mij een ander aantal effectieve minuten dan bij jou. Heb je een aantekening, maar staat er bij jou wel 60 minuten? Stuur me dan een printscreen (waarbij ook de datum zichtbaar is) en dan laat ik de aantekening meteen verwijderen!
Doet het programma het niet? Dat stuur je mij een printscreen van de melding. Let op: is dit in het weekend: dan kan ik je niet helpen. Eigen verantwoordelijkheid om op tijd te beginnen.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Leerdoelen
§6.1 optellen en aftrekken van negatieve getallen
Aan het eind van de les weten/kunnen jullie:
.... Temperatuurverschillen te berekenen
.... Wat een negatiefmin en aftrekmin is
.... Optellen met positieve en negatieve getallen
Slide 5 - Tekstslide
Even herhalen!
Slide 6 - Tekstslide
Wat is een negatief getal?
Slide 7 - Open vraag
Welk getal is GROTER? -3 of 2? (denk aan de getallenlijn!)
A
-3
B
2
Slide 8 - Quizvraag
Welk getal is GROTER? -3 of -4? (denk aan de getallenlijn!)
A
-3
B
-4
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Optellen en aftrekken
Met negatieve getallen optellen en aftrekken
Houd de getallenlijn in gedachten.
Let op:
Slide 12 - Tekstslide
Als ik een plussom heb, wordt mijn getal dan groter of kleiner?
En welke kant ga ik dan op op de getallenlijn?
Slide 13 - Tekstslide
-1 + 4 = (4 stapjes naar rechts)
-2 - 2 = ( 2 stapjes naar links)
Slide 14 - Tekstslide
5 - 1 = -2 - 2 =
-5 + 2 = 4 - 6 =
Samen oefenen
Slide 15 - Tekstslide
Let op er zijn uitzonderingen!
Staat er een + en een - naast elkaar dan wordt het een -
dus
3 + -2 =
(+ - wordt - )
3 - 2 = 1
Slide 16 - Tekstslide
Aantekening paragraaf 6.1
Als je optelt ga je stapjes naar .............. op de getallenlijn.
Als je aftrekt ga je stapjes naar ............. op de getallenlijn
+ - naast elkaar in een som wordt ............
Slide 17 - Tekstslide
Waarom is + - hetzelfde als -?
3 + 1 =
Slide 18 - Tekstslide
Waarom is + - hetzelfde als -?
3 + 1 = 4
3 + ... =
Slide 19 - Tekstslide
Waarom is + - hetzelfde als -?
3 + 1 = 4
3 + 0 = 3
3 + ... =
Slide 20 - Tekstslide
Waarom is + - hetzelfde als -?
3 + 1 = 4
3 + 0 = 3
3 + - 1 = 2
3 + ... =
Slide 21 - Tekstslide
Waarom is + - hetzelfde als -?
3 + 1 = 4
3 + 0 = 3
3 + - 1 = 2
3 + - 2 = 1
3 + ... =
Slide 22 - Tekstslide
Waarom is + - hetzelfde als -?
3 + 1 = 4
3 + 0 = 3
3 + - 1 = 2
3 + - 2 = 1
3 + - 3 = 0
3 + ... =
Slide 23 - Tekstslide
Waarom is + - hetzelfde als -?
3 + 1 = 4
3 + 0 = 3
3 + - 1 = 2
3 + - 2 = 1
3 + - 3 = 0
3 + - 4 = -1
Slide 24 - Tekstslide
We gaan quizen!
Slide 25 - Tekstslide
-2 - 2 =
A
3
B
0
C
-4
D
4
Slide 26 - Quizvraag
-1 + 4 =
A
-5
B
3
C
2
D
0
Slide 27 - Quizvraag
Bij optellen ga je stapjes naar........op de getallenlijn
A
rechts
B
links
Slide 28 - Quizvraag
Bij aftrekken ga je stapjes naar....op de getallenlijn