8.5 Duurzaamheid

8.5 Duurzaamheid
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

8.5 Duurzaamheid

Slide 1 - Tekstslide



Leerdoelen:
  • Ik kan een ecologisch evenwicht in grafieken herkennen en de populatiegrootte voorspellen.
  • Ik kan gevolgen uitleggen van niet biologisch afbreekbare gifstoffen in voedselketens.
  • Ik kan duurzame ontwikkeling bij de voedselvoorziening en energieproductie herkennen en beschrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Ecosysteem: 
een afgegrensd gebied met een wisselwerking tussen de plaatselijke abiotische en biotische factoren. 

Ecosysteem:
een begrensd gebied waarin organismen met elkaar en met de levenloze natuur relaties hebben. 

Slide 3 - Tekstslide

Levensgemeenschap: alle planten, dieren en micro-organismen (bacteriën en schimmels) in een bepaald gebied.

In één ecosysteem (gebied) leeft dus één levensgemeenschap. 

Toch heeft elke soort een leefomgeving nodig met specifieke biotische en abiotische factoren. Dit noemen we habitat.

Slide 4 - Tekstslide

Draagkracht van een ecosysteem: 
het maximale aantal organismen van een soort dat in een gebied kan leven zonder dat het ecosysteem veranderd
(hangt af van bijv. aantal schuilplaatsen, broedplaatsen, voedsel. Of bij planten: hoeveelheid licht, water, mineralen, etc))
Ecologisch evenwicht: de populatiegroottes nemen toe en af, maar schommelen voor langere tijd rond een gemiddelde.

Slide 5 - Tekstslide

EUTROFIERING = verrijking van het oppervlaktewater met voedingsstoffen



Hoe leidt eutrofiering tot de dood van vissen en bodemdieren?

Slide 6 - Tekstslide

Persistente stoffen: 
niet/slecht biologisch afbreekbare stoffen die in organismen blijven zitten

Accumulatie: ophoping van persistente stoffen. Concentratie neemt met elk trofisch niveau toe.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Duurzaamheid gaat over de 'houdbaarheidsdatum' van onze leefomgeving. 

-Niet meer bomen kappen dan het aantal dat bij groeit. 
-Zorgen voor gesloten kringlopen van stoffen die anders opraken. 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video