Communicatie les 3: referentiekader

Communicatie les 3
Liedjes
Verdieping deelopdracht 2 bespreken
Deelopdracht 3: referentiekader
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Communicatie les 3
Liedjes
Verdieping deelopdracht 2 bespreken
Deelopdracht 3: referentiekader

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Dit nummer is van...
Gwen!

Welke herinnering hoort bij dit nummer?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Dit nummer is van...
Mareel!

Welke herinnering hoort bij dit nummer?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vorige week:
Verdieping deelopdracht 2

Maak een weergave van jouw eigen identiteit. Je mag zelf kiezen hoe je dit doet. Je mag bijvoorbeeld dingen over jezelf opschrijven of het visualiseren door middel van een moodboard. Een rap, een vlog, wees creatief! 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vertel!
Wat hebben jullie gemaakt?

Wat vond je van deze opdracht?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deelopdracht 3
Referentiekader

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Door welke bril kijk jij?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Referentiekader
Het geheel van kennis, ideeën, ervaringen en overtuigingen van waaruit iemand denkt en handelt.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Referentiekader
  • Je interpretatie van een boodschap wordt bepaald door je referentiekader:
    persoonlijke waarden, normen, kennis en ervaring. Het bepaalt de manier waarop je tegen gebeurtenissen aankijkt. 
  • Jouw referentiekader wijkt af van dat van anderen, dus dat kan ervoor zorgen dat je boodschappen anders opvat dan ze bedoeld zijn.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Slide 13 - Open vraag

Wat je ziet, heeft te maken met je referentiekader; met de manier waarop je naar dingen kijkt

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.Wat betekent referentiekader?
A
De normen en waarden die je zelf kent en gebruikt
B
Een voorbeeld uit je leven
C
Een rolemodel (voorbeeldpersoon)
D
Een les uit je leven.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Referentiekader
  • Waarden, normen
  • Opvoeding
  • Leefsituatie
  • Je werk
  • De media
  • Je vrienden
  • Hoe je geleerd hebt met elkaar om te gaan

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

referentiekader
Jou referentiekader bepaalt hoe je over dingen denkt.
Wat vinden jullie van:
- Vuurwerk
- Honden
- Wonen in de stad
- Merk kleding
- Kleine kinderen met een smartphone

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefening referentiekader:
Zoek bij de volgende emoties een afbeelding die jou aanspreekt
1. vrolijk
2. verdrietig
3. verbaasd
4. geïrriteerd
Vergelijk de afbeeldingen met je subgroepje

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Selectieve perceptie en referentiekader
Selectieve perceptie is het bewust of onbewust keuzes maken bij het waarnemen. Waar kijk ik wel naar, en waar geef ik geen aandacht aan? Ook bij verpleegkundigen speelt dit een rol, voornamelijk door hun referentiekader = alle persoonlijke waarden, normen, belangen, meningen en ervaringen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht in subgroep
- Bedenk een persoon die jullie best wel goed kennen.
- Bedenk nu een probleem of lastige situatie waar jij onlangs tegenaan bent gelopen?
a. Hoe zou de persoon in deze situatie reageren?
b. Hoe pakt de door jullie gekozen persoon problemen aan?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Verdieping deelopdracht 3
14:50 klassikaal verdieping bespreken + checking.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is normaal?

Slide 23 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voel jij je normaal?
Ja
Nee
Soms

Slide 24 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Checking deelopdracht 3:
Kun je uitleggen waarom je referentiekader een rol speelt m.b.t. hoe je tegen dingen aankijkt? 

Op welke manier ben jij je bewust van je eigen referentiekader?

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies