bvj th1 verbranding & ademhaling bs1 verbranding

• Mens & Natuur
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Wat voor energie maken de cellen in jouw lichaam?

1. Warmte-energie
2. Licht-energie
3. Bewegingsenergie
4. Kern-energie

Wat is de brandstof?

1. bomen en gras
2. benzine en gras
3. bomen en papier
4. benzine

Welke energie komt er vrij?

1. elektrische energie
2. warmte
3. elastische energie
4. bewegingsenergie

Welke stoffen komen vrij bij de verbranding

1. rook
2. water en rook
3. water, rook en koolstofdioxide

Wat was hier de brandstof?

1. Benzine
2. Glucose (suiker)
3. Gas
4. Olie

de afvalstoffen van verbranding adem je uit

1. Ja
2. Nee

Welke verbrandingsproducten ontstaan er bij de verbranding in je lichaam?

1. Koolstofdioxide en glucose.
2. Koolstofdioxide en water.
3. Zuurstof en glucose.
4. Zuurstof en water.

welke verbrandingsproducten ontstaan er bij de verbranding in je lichaam

1. glucose en koolstofdioxide
2. glucose en zuurstof
3. koolstofdioxide en water
4. zuurstof en water

Welke organismen doen aan verbranding?

1. Appelboom
2. Konijn
3. Aap
4. alle 3

Wat is het doel van verbranding?

1. Energie vrijmaken
2. Afval maken
3. Nieuwe stoffen maken
4. De brandweer helpen

Je lichaam gebruikt niet altijd evenveel energie.

Als je tv kijkt gebruikt je veel / weinig energie

1. veel
2. weinig

Waar in je lichaam bevindt zich de reservevoorraad energie?

1. In het beenmerg
2. In de vetcellen onder de huid
3. In je lever en spieren
4. In de vetcellen tussen de organen

Verbranding vind plaats in?

1. Dieren & planten
2. Schimmels & bacteriën
3. Alle organismen
4. Planten & schimmels

waarom heeft je lichaam energie nodig?

1. om te eten
2. beweging en warmte
3. warm
4. sporten

Bij verbranding ontstaat:

1. Zuurstof
2. Stikstof
3. Koolstofdioxide
4. Vuur

Wat heb je niet nodig voor verbranding?

1. Ontbrandingstemperatuur
2. Brandstof
3. Koolstofdioxide
4. Zuurstof

Wat is een verbranding?

1. reactie met vlammen
2. reactie met rookontwikkeling
3. reactie met zuurstof
4. reactie met warmte ontwikkeling

Waar in je lichaam bevindt zich de reservevoorraad energie?

1. In het beenmerg
2. In de vetcellen onder de huid en tussen organen
3. In je lever en spieren
4. Alle gegeven antwoorden zijn juist