4H Crisis 1.1 en 1.2

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Wat gaan we doen

Leerdoelen: 

Economie is keuzes maken en voorzien in behoeften

Voor zowel bedrijven als consumenten

Verschil kennen  tussen diensten en goederen

Relatie tussen begrippen begrijpen

Invloed van de ECB > rente niveau

Opofferingskosten kunnen berekenen

Wat gaan we doen

Uitleg lesstof                                           20 min

In tweetallen de opgaven maken:

1,1 -  1.4- 1.7 - 1.8 - 1.9 - 1.12 - 1.13 - 1,15

1.17 - 1.20 - 1.22

Crisis Kiezen en ruilen 

Bedrijven

Waar geef je je geld aan uit?

Waar baseert het bedrijf zijn keuzes op?

Wat is gunstiger: kapitaal of arbeid?

1a. Aardgasprijzen zijn flink gestegen sinds 2021. Wat kan een reden zijn

1. Daling gas uit Groningen
2. Oorlog in Oekraïne
3. Aantrekkende economie
4. Wereldwijd meer vraag naar gas

1b. In mei kost een m3 gas €0,20 ex energiebelasting en btw. In november is dat € 1,21 per m3. Wat is de procentuele prijsstijging?

Consumentenvertrouwen

Consumentenvertrouwen - bestedingen

Bestedingen - productie

Productie - werkgelegenheid

Stimuleren economie

Wat kun je doen met je geld: 2 mogelijkheden

Rol ECB

De Europese Centrale bank (ECB) beheert de euro. Zij maakt het economisch en monetair beleid van de EU en voert dat uit. Haar belangrijkste doel is de prijzen stabiel houden en daardoor zorgen voor economische groei en werkgelegenheid.

CONSUMEREN

INVESTEREN

Jij koopt een frikandelbroodje

Een slager koopt een kassa

Jamal koopt planten voor zijn tuin

Intratuin koopt tuinplanten

Wat is schaars

Een product is schaars, als er een offer of inspanning moet worden geleverd om het goed te maken

Deze producten of diensten kosten geld

Vrije goederen kosten geen geld

Middelen

Geld en tijd en producten

Alternatief aanwendbaar

KEUZES MAKEN

OPOFFERINSKOSTEN

Je maakt een keuze en laat daarvoor wat anders schieten

Opbrengsten van het beste, niet gekozen alternatief

OPOFFERINSKOSTEN

Een voorbeeld:

een avondje naar de bioscoop kost € 15

een concertbezoek kost € 45

Met het geld dat je kwijt bent voor één concertbezoek, kun je ook 3 keer naar de bioscoop.

Wanneer je naar een concert gaat, offer je dus 3 bioscoopbezoeken op. De opofferingskosten voor 1 concert zijn 3 bioscoopbezoeken.

In tweetallen:

Opgaven:

1,1 -  1.4- 1.7 - 1.8 - 1.9 - 1.12 - 1.13 - 1,15

1.17 - 1.20 - 1.22

Kiezen:
wat beïnvloedt een keuze

De rente wordt verhoogd:
gevolgen?

Huiswerk

Opgaven:

1,1 -  1.4- 1.7 - 1.8 - 1.9 - 1.12 - 1.13 - 1,15

1.17 - 1.20 - 1.22

Bestudeer paragraaf 1.1 en 1.2

Lees 1.3 en 1.4 door

Volgende les Budgetlijn