Par 3.4 les 2

Par 3.4 les 2
Goedemorgen. Ga rustig zitten.
Jas in kluis of over je stoel
Telefoon in telefoontas
En pak alvast je spullen

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Par 3.4 les 2
Goedemorgen. Ga rustig zitten.
Jas in kluis of over je stoel
Telefoon in telefoontas
En pak alvast je spullen

Slide 1 - Tekstslide

Agenda les
  • terugkoppeling vorige les a.d.h.v. leerdoelen 
  • uitleg de organisatie van een bedrijf a.d.h.v. opdracht
  • Zelf aan de slag d.m.v. opdrachten boek
  • Huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen par 3.4
  • Je kunt uitleggen wat een organisatie is en toelichten welke soorten organisaties er bestaan en welke taken managers in een organisatie hebben. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Pak je boek en open bladzijde 96
  • Ik geef 3 mensen achter elkaar de beurt  om stukje te lezen
  • Maak nu opdracht 9. Je hebt 2 minuten. Stil en zelfstandig.

Slide 4 - Tekstslide

Antwoord opdracht 9
Voordeel lijnorganisatie: Elke werknemer heeft één baas, dat geeft duidelijkheid

Slide 5 - Tekstslide

Staf: specialistische afdeling die de leiding adviseert en ondersteunt.
Lijnorgansatie: een organisatie waarbij iedere werknemer één baas boven zich heeft.












Lijn-staforganisatie: een lijnorganisatie met een staf (zie bron 1)

Slide 6 - Tekstslide

Maak opdracht 10a en b
Hoe: stil en zelfstandig. Lees bron 2 op blz 97 en maak opdracht 10
Klaar: ga verder met opdracht 11
Tijd: 5 minuten
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Antwoord opdracht 10
 10a:  Ja, het zijn specialisten, ze functioneren naast de hiërarchische structuur. Als ze het onverantwoord vinden om iemand te laten spelen, kan een baas dat niet tegengaan.
 10b: Mensen van het medisch team hebben specifieke kennis. Het is voor een baas moeilijk om een arts die onder hem valt, te corrigeren als de baas geen medische kennis heeft.

Slide 8 - Tekstslide

Maak opdracht 11
Hoe: stil en zelfstandig. Bekijk bron 3 op blz 97 en maak opdracht 11.
Tip kijk in je aantekeningen van vorige les over ondernemingsvormen
Klaar: ga verder met opdracht 11
Tijd: 5 minuten
timer
5:00

Slide 9 - Tekstslide

Antwoord opdracht 11
Een vereniging, want ze hebben een ledenraad. Alleen een vereniging heeft leden.

Slide 10 - Tekstslide

Maak opdracht 12
Hoe: stil en zelfstandig. Lees bron 4 op blz 98 en maak opdracht 12a 
Klaar: ga verder met opdracht 12 b e.v.
Tijd: 5 minuten
timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide

Antwoorden opdracht 12a t/m c
  • a.  De mate van invloed kan in de statuten worden vastgelegd.
  • b.  Een vereniging heeft leden die een bestuur kiezen. Het bestuur moet verantwoording afleggen aan de leden. De leden kunnen (een slagvaardig) beleid tegenhouden. Een stichting kan niet worden afgeremd door leden die het bestuur ter verantwoording roepen.
  • c. Er zijn ook andere kosten, bijvoorbeeld de huur van het pand. Fout antwoord: ‘zij rekenen een winstmarge’, want een stichting heeft geen winstdoel.

Slide 12 - Tekstslide

Antwoorden opdracht 12d t/m f
  • d.  Organiseren: zij verdeelt de productiefactoren (de werknemers) over het uit te voeren werk.
  • e.  Een kwartaal moet vooruitbetaald worden, dus: € 6,40 × 5,25 (uur) × 5 (dagdelen) × 13 (weken) = € 2.184.
  • f. Het bestuur moet in een vereniging beter luisteren naar de leden, voelt zich waarschijnlijk ook meer geroepen om beter te luisteren. De leden voelen zich meer verbonden met de vereniging, omdat ze meer invloed hebben. Ze kunnen een bestuur kiezen dat beter bij hun verlangens past

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk
  • maak opdracht 2 t/m 12
  • lees paragraaf 3.3 nogmaals en 3.4
  • Leer de aantekeningen van alle ondernemingsvormen uit je aantekeningenschrift.

Slide 14 - Tekstslide