3HV - Les 2 Hay/Estar/Ser

Programa
  1. Controlamos deberes
  2. Hay/ Estar/ Ser
  3. Vocabulario
  4. Deberes
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Programa
  1. Controlamos deberes
  2. Hay/ Estar/ Ser
  3. Vocabulario
  4. Deberes

Slide 1 - Tekstslide

Controlamos los deberes
Voca Unidad 6
1-10 NL-SP

Slide 2 - Tekstslide

Ser= zijn

Slide 3 - Tekstslide

Usos Ser
Betekenis: zijn

Gebruik
- vaste eigenschappen, bv lengte.
- Identiteit (nationaliteit, geslacht, beroep en afkomst)
- Tijd, data, dagen en gebeurtenissen
- Waarvan iets gemaakt is,
- Iemand zijn eigendom

Slide 4 - Tekstslide

Estar = zijn/ liggen/ zich bevinden

Slide 5 - Tekstslide

Usos Estar
Betekenis: Zijn/ liggen/ zich bevinden

Gebruik:
- plaatsbepaling
- gevoel, stemming, emotie
- fysieke toestanden
- uiterlijkheid
- Burgelijke staat (getrouwd, gescheiden, overleden, etc.)

Slide 6 - Tekstslide

Haber: er is/ er zijn

Slide 7 - Tekstslide

Ser vs estar vs haber

Slide 8 - Tekstslide

Hay/Estar/Ser(zijn)
Moet je een Spaanse  zin maken met 'zijn'? Volg altijd deze top 3 :

1. Hay (staat er letterlijk 'er is' of 'er zijn' in de zin?)

2. Estar (kun je 'zijn' vervangen door 'zich bevinden'?)

3. Ser (in de overige gevallen). 

Let op: je kunt je ook in een tijdelijke emotionele staat bevinden. Bijv. verdrietig, boos, verliefd etc. Ook dan gebruik je 'estar'.

Slide 9 - Tekstslide

¿hay? ¿ser? ¿estar?

Página 67, ejercicios 3 y 4

Slide 10 - Tekstslide

¡Practicamos!
                                    Ejemplo:

España e                                       España  es un país muy interesante.
                                                    España está en el Sur de Europa.
                                                       En España hay muchas montañas.

¡Ahora tú!

Slide 11 - Tekstslide

                Escuchar: el transporte




Página 63, ejercicio 4

Audio 1
Audio 2
Audio 3
Audio 4
Audio 5

Slide 12 - Tekstslide

Vocabulario: el transporte
Página 64, ejercicio 5             
Ej. 5

Slide 13 - Tekstslide

Lee y escucha
Página 64, ejercicio 6

Audio 1 Barcelona
Audio 2 Madrid.

Slide 14 - Tekstslide

Deberes
Estudiar (=leren)

Voca Unidad 6
1-20 NL-SP

Slide 15 - Tekstslide