medicatie - injecteren berekenen 1

Rekenen 
medicatie en injecteren
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Rekenen 
medicatie en injecteren

Slide 1 - Tekstslide

Doelen

Medisch kunnen berekenen van:

Medicatie en injecteren


Slide 2 - Tekstslide

Procenten en Promille

Je zorgvrager moet 3 x daags 20 mg. morfine hebben.
Je hebt ampullen morfine van 1%.
Hoeveel ml geef je per dag?




Slide 3 - Tekstslide

Procenten en Promille

Je zorgvrager moet 30 mg. pethidine hebben.
Je hebt ampullen van pethidine 2,5 %
Hoeveel ml moet je geven?





Slide 4 - Tekstslide

Procenten en Promille

Als een zorgvrager 30 mg moet krijgen uit een voorraad van 5 ml van een 25 ‰ (lezen!!) oplossing, hoeveel ml dien je dan toe?



Slide 5 - Tekstslide

Internationale eenheden

Je zorgvrager moet 300.000 IE penicilline hebben. 
Je hebt de ampul penicilline van 1.000.000 IE opgelost in 5ml aquadest (of water voor injectie).
Hoeveel ml moet je geven?



Slide 6 - Tekstslide

Internationale eenheden
In verband met een ontsteking moet een zorgvrager Flemoxin toegediend krijgen. Op de afdeling zijn ampullen van 400.000 IE Flemoxin in poedervorm. Er moet 36.000 IE toegediend worden. Deze Flemoxin moet eerst nog opgelost worden met 10 ml water voor injecties. 

Hoeveel ml dien je toe?

Slide 7 - Tekstslide

En nog een lastige
volgende slide........

Slide 8 - Tekstslide

Internationale eenheden
Een patiënt krijgt 3 keer daags 36 IE insuline toegediend. In een ampul zit 10 ml 100IE/ml. Jij moet voor een maand ampullen bestellen bij de apotheek (maand is 30 dagen). 
We gaan ervan uit dat bij de levering de oude voorraad op is.
a Hoeveel ml insuline injecteer je per keer 
b Hoeveel ampullen bestel je voor deze patiënt 
(Je mag niet zonder insuline komen te zitten)

Slide 9 - Tekstslide

Antwoorden
volgende les.............

Slide 10 - Tekstslide