gevaarlijke stoffen begrippen

Wat betekent de rode kleur in de gevarendiamant?
A
Specifiek gevaar
B
Persoonlijk gevaar
C
Reactiviteit
D
Brandgevaar
1 / 12
volgende
Slide 1: Quizvraag
LogistiekMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Wat betekent de rode kleur in de gevarendiamant?
A
Specifiek gevaar
B
Persoonlijk gevaar
C
Reactiviteit
D
Brandgevaar

Slide 1 - Quizvraag

Wat betekent de gele kleur in de gevarendiamant?
A
Specifiek gevaar
B
Persoonlijk gevaar
C
Reactiviteit
D
Brandgevaar

Slide 2 - Quizvraag

Wat geeft het blauwe vlak van de gevarendiamant aan?
A
De stabiliteit van de stof.
B
Het gevaar voor brand.
C
De risico's voor de gezondheid.
D
De reactiviteit van een stof.

Slide 3 - Quizvraag

Waarvoor staat de H- bij H-zinnen
Waarvoor staat de P bij P- zinnen
A
H = Huidirritatie P = Pictogram
B
H = Hazard P = Pictogram
C
H = Huidirritatie P = Prevention
D
H = Hazard P = Prevention

Slide 4 - Quizvraag

Wat zijn H-zinnen?
A
Zinnen die het gevaar aangeven (hazard)
B
Zinnen die vertellen hoe je veilig kunt werken
C
Zinnen die vertellen wat er in een product zit

Slide 5 - Quizvraag

REACH-wetgeving gaat over de productie en handel van chemische stoffen. REACH staat voor:
A
Registratie Evaluatie Autorisatie en restrictie van CHemische stoffel
B
Rechten Evenals Actie CHemische stoffen
C
Route Evaluatie Air en Internationlal van CHemische stoffel

Slide 6 - Quizvraag

P-zinnen geven ... aan.
A
voorzorgmaatregelen
B
gevarenaanduidingen
C
eigenschappen
D
brandbaarheid

Slide 7 - Quizvraag

wat voor code is de 1202
A
GEVI-nummer
B
UN-nummer
C
Kemlercode
D
tel-nummer

Slide 8 - Quizvraag

Hoe heet het bovenste nummer op het oranje bord?
A
Stofidentificatienummer
B
UN-nummer
C
Gevi-nummer (gevaarsidentificatienummer)
D
Kemlerbord

Slide 9 - Quizvraag

Wat staat er op een veiligheidsinformatieblad?
A
Risico's en aanbevelingen van chemische stoffen.
B
Risico's en aanbevelingen van het weggooien van gevaarlijke stoffen.
C
Risico's en aanbevelingen van het gebruik van gevaarlijke stoffen.

Slide 10 - Quizvraag

Waarvoor gebruik je een oogdouche?
A
om een gevaarlijke of brandbare stof die je over je heen hebt gekregen af te spoelen
B
om een gevaarlijke stof in het oog uit te spoelen
C
om brandwonden te koelen

Slide 11 - Quizvraag

Waarvoor staat deze pictogram?
A
Oogdouche
B
Nooddouche
C
Noodknop
D
Groene kruis

Slide 12 - Quizvraag