In deze les zitten 21 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 180 min
Onderdelen in deze les
Welkom!
03.06.2025
Slide 1 - Tekstslide
Planning
Terugblik
Verder 4.4
KNM
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Terugblik
Bespreken HW
Opdr. 68
KNM 6.1 opdr. 4
Vragen opdr. 69 t/m 73?
Slide 4 - Tekstslide
4.4
Luister naar tekst 4.4 (deel 1)
Wat heb je gehoord over Ellen?
Slide 5 - Tekstslide
4.4
Luister nog een keer naar de tekst
Probeer zo precies mogelijk te luisteren. Schrijf ook informatie op die je hoort.
Maak een tweetal
Wat heb je nog meer gehoord over Ellen?
Vertel het verhaal om de beurt na.
Hoe gaat het verhaal verder, denk je? Schrijf het in een paar woorden op.
Slide 6 - Tekstslide
4.4
Bekijk opdr. 78
Luister nu naar tekst 4.4 (deel 2)
Welke zin is waar?
Slide 7 - Tekstslide
4.4
Luister nu naar het hele verhaal
Maak een nieuw tweetal
Wat heb je gehoord? Vertel het hele verhaal samen na
Slide 8 - Tekstslide
4.4
Bekijk opdr. 81
Lees de tips
Welke tips vind jij interessant?
Welke tips doe jij al?
Slide 9 - Tekstslide
4.4
Bekijk het rode blokje op blz. 172
In sommige zinnen kun je de combinatie ''om...te...'' gebruiken
Ik gebruik een pen om dingen op te schrijven
Slide 10 - Tekstslide
4.4
Soms gebruik je in een zin alleen het woordje ''te''
Na de werkwoorden beginnen, beloven, besluiten, durven, hoeven, proberen, vergeten, vragen en weigerenkun je het woord ''te'' en een tweede werkwoord gebruiken.
Hij besluit te verhuizen naar Duitsland.
Sasha probeert de voordeur te openen.
De man weigert de boete te betalen.
Slide 11 - Tekstslide
4.4
Soms is het tweede werkwoord een scheidbaar werkwoord
Bij het gebruiken van ''te'' scheid je het werkwoord (net als bij om...te...).
De zoon van Mark belooft zijn tas op tijd in te pakken (inpakken is scheidbaar).
Rianne is vergeten de brief op te sturen (opsturen is scheidbaar).
Het kleine kindje durft de brug niet over te steken (oversteken is scheidbaar).
Slide 12 - Tekstslide
4.4
Let op!!!
Bij het werkwoord hoeven gebruik je altijd niet of geen.
Ik hoef geen koffie te halen.
In de zomer hoeven kinderen niet naar school te gaan.
Slide 13 - Tekstslide
wordwall.net
Slide 14 - Link
zichtbaarnederlands.nl
Slide 15 - Link
4.4
Maak opdr. 82, 83 + 84
Bespreken
Slide 16 - Tekstslide
4.4
Maak tweetallen
Pak werkblad 4.4a
Maak zo veel mogelijk goede zinnen met de zinsdelen
Let op het gebruik van te!
Zorg ervoor dat de zinnen logisch zijn!
Slide 17 - Tekstslide
4.4
Maak tweetallen
Bekijk opdr. 85
Cursist A leest de vraag
Cursist B geeft antwoord en maakt de zin af
Klaar? Draai de rollen om
Slide 18 - Tekstslide
4.4
Maak tweetallen
Bekijk opdr. 86
Lees de vragen
Geef antwoord. Gebruik het werkwoord tussen haakjes.
Bedenk zelf een tweede werkwoord
Slide 19 - Tekstslide
4.4
Maak tweetallen
Bekijk opdr. 87
Pak praatplaat ''alles verandert''
Pak een stapel kaartjes
Pak om de beurt een kaartje. Maak een zin bij de praatplaat