MODETHEO: Gezichtsmassage- Beenderstelsel. lverb

MODTH BEENDERSTELSEL
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 135 min

Introductie

Eerste les van de module harsen gezicht en lichaam.

Instructies

De student gaat veel zelfstandig de lesstof herhalen.

Onderdelen in deze les

MODTH BEENDERSTELSEL

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les 2 BEENDERSTELSEL
Module 5 Gezichtsmassage 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag
  • Herhalen massagegrepen
  • Functie beenderstelsel
  • Beensoorten
  • Beenvergroeiingen
  • Botten hersenschedel


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • De student kent de functies van het beenderstelsel.
  • De student kent de beensoorten (herhaling)
  • De student kent de beenvergroeiingen.
  • De student kent de botten van het hersenschedel.


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functies van het beenderstelsel

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menselijk skelet
Onder te verdelen in 3 gedeelte:
  • Schedel
  • Romp
  • Ledematen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het skelet van een volwassen mens bestaat uit ongeveer uit...?
A
500 botten
B
206 botten
C
350 botten
D
150 botten

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de functies
van het skelet?

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Functies skelet
  • Biedt ondersteuning
  • Stevigheid van het lichaam
  • Beschermen organen
  • Aanhechtingsplaats spieren
  • Maakt beweging mogelijk
  • Geven lichaam vorm
  • Produceert bloedcellen in beenmerg
  • Opslag van calciumzouten

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de functies
van je schedel?

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Functies schedel 
  • Beschermingvan de hersenen en evenwichtsorgaan
  • Bescherming en ondersteuning van neus, mond, keel en luchtpijp
  • Bepaalt vorm van het hoofd
  • Aanhechtingsplaatsen voor spieren 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beensoorten & vergroeiingen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beensoorten
  • Compact bot; de hardere buitenste schil van het bot
  • Spongius bot ; de binnenste poreuze, minder dichte lagen van het bot.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beenvergroeiingen
Schedelnaden; Dit zijn openingen tussen de botplaten van de schedel. In de eerste levensjaren kan de schedel snel groeien. De hersenen groeien dan ook snel. Als de hersenen stoppen met groeien, gaan de schedelnaden dicht. 
Verbening; harder worden van het bot.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet het binnenste van het bot?
A
compact botweefsel
B
sponsachtig botweefsel
C
beenvlies

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noem je de 'breuken/lijnen'
op je schedel?
A
Schedelnaden
B
Schedelbreuken
C
Schedelverbindingen
D
Schedelbruggen

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Botten van de hersenschedel

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Schedel
  • Wordt voor de geboorte aangelegd
  • Botstukken na de geboorte niet vergroeid maar met bindweefsel verbonden (fontanellen)
  • 4 mnd - 2 jaar
  • latijns botstuk = os

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schedel 
Wist jij dat de schedel uit de hersenschedel en de aangezichtsschedel bestaat? De hersenschedel is een beschermende kap om de hersenen. De aangezichtsschedel geeft vorm en steun aan het gelaat

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


HERSENSCHEDEL

Voorhoofdsbeen
Wandbeenderen
Achterhoofdsbeen
Slaapbeenderen
Wiggebeen
Zeefbeen


AANGEZICHTSSCHEDEL

Neusbeentjes
Ploegschaarbeen
Jukbeenderen
Bovenkaak
Onderkaak
Tongbeen

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hersenschedel
Schedeldak
  • Voorhoofdsbeen
  • Wandbeen
  • Achterhoofdsbeen
Slaapbeen
  • Tepelvormig uitsteeksel
  • Jukbeenuitsteeksel (jukboog)
  • Gewrichtskom
Schedelbasis
  • Voorhoofdbeen
  • Achterhoofdsbeen
  •  Slaapbeen
  • Wiggebeen (Turkse zadel)
  • Zeefbeen

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hersenschedel
Functie; beschermen hersenen

De beenderen zijn met elkaar verbonden door naadverbindingen (zijn ontstaan uit bindweefsel).

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorhoofdsbeen
Vlak boven de oogkassen zitten openingen voor bloedvaten en zenuwen 

Aan weerszijden boven de neus zitten voorhoofdsholten


Slide 26 - Tekstslide

Het voorhoofdsbeen (os frontale) is een plat, gebogen beenstuk aan de voorkant en bovenkant van de schedel. Het vormt:
  • het voorhoofd
  • de bovenzijde van de oogkassen
  • het bovenste gedeelte van de neusholte
  • de onderzijde van de schedelholte
Vlak boven de oogkassen zitten openingen waar bloedvaten en zenuwen door naar buiten lopen. Aan beide zijden van de neus liggen de voorhoofdsholten. Deze staan in verbinding met de neusholte.
Achterhoofdsbeen
Hierin ziet het achterhoofdsgat voor bloedvaten en zenuwen.

Vormt ook de verbinding tussen hersenholte en ruggenmergholte.

Grenst aan:
  • Wandbeenderen
  • Slaapbeenderen




Slide 27 - Tekstslide

Het achterhoofdsbeen (os occipitale) vormt de achterkant en de onderkant van de schedel. Onderaan zit een ovale opening: het achterhoofdsgat. Hier lopen zenuwen en bloedvaten doorheen. Het achterhoofdsgat vormt de verbinding tussen de hersenholte en de ruggenmergholte.
Samen met de atlas (bovenste halswervel) vormt het achterhoofdsbeen een eigewricht. Aan beide kanten van het achterhoofdsgat ligt een gewrichtsknobbel. Die knobbels passen precies in de gewrichtskommen van de bovenste halswervel (de atlas). Hierdoor kun je ja knikken. 
Wandbeenderen
Plaats;  aan weerszijden van de hersenschedel.

Grenzen aan:
  • Voorhoofdsbeen
  • Achterhoofdsbeen
  • Slaapbeenderen
  • Wiggebeen


Slide 28 - Tekstslide

Het wandbeen (os parietale) is een plat, gebogen beenstuk. Er zijn twee wandbeenderen: aan beide zijden van het schedeldak één. 
Slaapbeenderen
Hierin zitten :
  • Schelp (hierin de uitwendige oorschelp en is de gewrichtskom van de onderkaak)
  • Tepelvormig uitsteeksel (onder en achter de oorschelp)
  • Jukbeenuitsteeksel (vormt met het slaapbeenuiststeeksel van het jukbeen, de jukboog).


Slide 29 - Tekstslide

De slaapbeenderen (os temporale) liggen aan weerszijden van de hersenschedel. Het slaapbeen bestaat uit verschillende delen:
De schelp: een licht gebogen plaat waarin onder andere de gewrichtskom voor de onderkaak zit en de uitwendige ooropening met een deel van de gehoorgang.
Het tepelvormig uitsteeksel, onder en achter de oorschelp. Hier is de borstbeen-sleutelbeen-tepelspier aan gehecht. Het uitsteeksel heeft een functie bij het buigen van het hoofd en het openen van de mond met de onderkaak.
Het jukbeenuitsteeksel is een naar achteren gericht uitsteeksel van het slaapbeen. Samen met het slaapuitseeksel (van het jukbeen) vormt het de jukboog.
Het rotsbeen dat naar binnen uitsteekt en een deel van de schedelbasis vormt. Hierin liggen het inwendige gehoororgaan en het evenwichtsorgaan.
Slaapbeenderen

Grenzen aan:



  • Wandbeenderen
  • Achterhoofdsbeen
  • Wiggebeen
  • Jukbeenderen

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wiggebeen
Plaats:  Dwars door de schedel in het wiggebeen zit een uitholling = Turkse zadel, hierin ligt de hypofyse.

Grenst aan:
  • Voorhoofdsbeen
  • Slaapbeenderen
  • Zeefbeen
  • Wandbeenderen




Slide 31 - Tekstslide

Het wiggebeen (os spenoidale) loopt horizontaal door de schedel en vormt het grootste deel van de schedelbasis. Samen met het voorhoofdsbeen vormt het wiggebeen de achterwanden van de oogkassen. In het midden van het wiggebeen zit een uitholling. Dit is het Turks zadel, waarin de hypofyse (het hersenaanhangsel) ligt.
Zeefbeen
Vormt het dak van de neusholte en de binnenzijwanden van de oogkassen.

Grenst aan:
  • Wiggebeen
  • Voorhoofdsbeen

Slide 32 - Tekstslide

Het zeefbeen (os ethmoidale) is gevestigd in de schedelbasis en is een horizontaal plaatje met twee zijstukken. Het plaatje vormt het dak van de neusholte. De zijstukken vormen voor een deel de binnenzijde van de oogkassen.
Het zeefbeen dankt zijn naam aan de vele openingen in het bot. Hier lopen bloedvaten en reukzenuwen doorheen.
Botten in je schedel zijn
A
naadverbindingen
B
vergroeiingen
C
kraakbeen
D
gewricht

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt er beschermd door onze schedel?
A
longen
B
hart
C
darmen
D
hersenen

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heb je de les ervaren?
😒🙁😐🙂😃

Slide 35 - Poll

Deze slide heeft geen instructies